Sneeuwstorm in een glas water

Thuiswerkalarm, alles erop en eraan. Tsja, beter op voorhand gewaarschuwd dan op het moment zelf in de problemen, zoals vorige keer, zeker? Maar die sneeuw, dat was het toch niet. Ja, er is een beetje gevallen, da’s waar. Maar alles kon hier normaal doorgaan. Mijn lunch was helaas sowieso geschrapt, een vergadering bij de tegenpartij. Maar Kobe kon probleemloos naar zijn fagotles, en tegen zes uur stonden er hier twee jongens voor Wolfs verjaardagsfeestje. De derde kon helaas niet. En de geplande Escape Room hebben we ook afgezegd, niet omwille van de sneeuw, maar wel omdat een van hen net een paar dagen ziek was geweest en dus nog niet helemaal op zijn plooi was. Tsja, Wolf was er vorige zaterdag gaan slapen en had toen ’s nachts moeten overgeven. Hij is toen de maandag en dinsdag thuis gebleven, duidelijk grieperig, en hij heeft duidelijk zijn maten aangestoken. Tsja…

Maar blijkbaar lieten ze het niet aan hun hart komen: er werd chips en frisdrank naar boven gesleurd, en ze hebben de hele tijd spelletjes zitten spelen op hun computers. Tegen elf uur was het welletjes, heb ik ze richting bed gestuurd, en waren ze ook vrij snel stil, had ik de indruk.

Allez bon, we hebben de sneeuwstorm van februari 2018 toch overleefd…

 

Acupunctuur

Omdat er eigenlijk niks kan gedaan worden aan Wolfs rug vanuit klassiek medisch standpunt, werd ons via verschillende kanalen acupunctuur aangeraden. Dat mag dan een alternatieve geneeswijze zijn, het effect ervan is wetenschappelijk aangetoond, en het bestaat dan ook al honderden jaren.

Een van ons ma haar broers is acupuncturist, ik zat dus meteen bij de bron. Een paar weken geleden nam hij Wolf een eerste keer onder handen, en het is een feit dat Wolf sindsdien beetje bij beetje beter aan het worden is. Ligt het nu daaraan, ligt het aan iets anders, geen idee, maar het is het proberen waard. Vandaag kreeg Wolf dus een tweede beurt, en Jan kwam dus aan huis want ik kan Wolf niet echt naar ginder voeren momenteel. Tsja.

Gans de uitleg errond, met energiebanen en al, is absoluut niet aan mij besteed, maar ik geloof wel in het effect. Ik ben benieuwd wat het zal geven, maar als Wolf ermee gebaat is, willen we echt alles proberen.

Hoe is het nu nog met Wolf?

Die vraag krijg ik regelmatig, en dus geef ik er hier nog maar eens een antwoord op.

Wel, wisselend, maar niet meer zo slecht als in het begin van september. Als in: hij heeft het matrasje dat op school ligt, intussen twee keer gebruikt, niet vaker.

Vervelend is dat hij afhankelijk is van mij of Bart om naar en van ’t school te geraken: fietsen lukt niet. Hij heeft het geprobeerd, maar vooral het terugkeren was er te zwaar aan, na een ganse dag les. En dus brengt Bart hem ’s morgens of rijdt hij met mij mee, en haal ik hem om half vier af. Alleen… Op dinsdag heb ik les tot kwart over vier, en dus moet hij nog een extra lesuur wachten. Idem voor de woensdagmiddag: ik heb les tot vijf voor één.
En ja, ik geef het toe: op maandag- en donderdagnamiddag heb ik geen les, en als ik dan iets doe, moet ik er rekening mee houden dat ik al om half vier aan school moet staan. Lastig.

We gaan kijken of hij niet eventueel met Barts elektrische fiets kan gaan, en ik denk er sterk over om zelf ook een elektrische fiets te kopen. In Kopenhagen heb ik me daar ongelofelijk mee geamuseerd, en ook in het terugkeren van Ode Gand. Ik ben er zeker van dat ik dan ook vaker met de fiets naar school zal gaan: nu zie ik me erop omdat ik dan helemaal zweterig toekom wegens de brug op het einde. Maar vooral: dan kan Wolf voorlopig met mijn fiets gaan, is hij opnieuw zelfstandig, en kan hij ook napraten met zijn vrienden na school. Dat mist hij erg, merk ik.

Zondag is hij wel naar de startdag van de scouts gegaan, en dat was niet de meest goeie zet voor zijn rug, maar hij heeft er immens van genoten. Hij heeft het dan wel maandag en dinsdag enorm moeten bekopen: de pijn was dubbel. Maar hij had het ervoor over, zei hij: kunnen doen als een gewone dertienjarige en onnozel doen met zijn vrienden… Ik gunde het hem, maar de volgende scoutsvergaderingen zal hij kalmer aan moeten doen, want het mag niet zo’n intense weerslag hebben op al de rest.

Een echte verbetering is er voorlopig dus niet, maar het is lang niet meer zo erg als in het begin van september.

Geduld, zei de specialiste, geduld.

Meh.

Matrasje

Nee, het gaat niet goed met Wolf. Op het einde van de vakantie leek het inderdaad alsof er wel wat beterschap was, en ja, het is inderdaad niet zo slecht als het geweest is in juni.

Maar goed kan je het niet noemen, nee. Sinds hij weer zeven uur per dag op een stoel moet zitten, zien we het zo bergaf gaan. Naar school fietsen lukt niet, en dus proberen Bart en ik een regeling uit te werken om hem te brengen en te halen. Want de bushalte is een eind wandelen van huis, en ook dat is te veel momenteel.

Hij heeft duidelijk goede en slechte dagen, dat merken we ook. Op slechte dagen komt hij helemaal bleek en getrokken van de pijn thuis, en kruipt hij meteen in zijn bed om een paar uur te slapen. Niet oké dus, voor een jongen van dertien.

Ik heb met de directie nu een regeling uitgewerkt: om er toch voor te zorgen dat hij zo veel mogelijk lessen kan bijwonen en niet halve of zelfs hele dagen moet beginnen missen, ben ik vandaag bij ons pa mijn oud kotmatrasje gaan halen, een schuimrubberen geval dat eigenlijk verbazingwekkend goed ligt, maar superlicht is. Ik ga daar een overtrek rond doen en een dekentje meebrengen, en dan in een klein lokaaltje installeren. Op die manier kan hij, als het nodig zou blijken, een lesuur gaan liggen. Want nee, gewoon rechtstaan of even rondlopen is absoluut niet voldoende als hij zwaar over zijn pijngrens is gegaan. Ik hoop dat het niet nodig zal zijn, maar indien wel, is de mogelijkheid er toch.

Geduld, zei de specialiste, geduld.

Jah…

Doktersdagje

Om tien uur zaten Kobe en ik bij de tandarts, en Merel was voor de gezelligheid ook mee. Ja, die vindt de tandarts bijzonder leuk, om een of andere reden. Kobe vond het minder, want ook al had hij deze keer geen gaatjes, zijn tanden waren blijkbaar slecht gepoetst, en er moest ook een tand uit. Een van zijn melkkiezen zat een beetje los, maar had een lange, lange wortel en ging dus lastig doen bij het uitvallen. De nieuwe tand zat al netjes klaar, en dus heeft de tandarts hem gewoon uitgetrokken.

Na de middag werden we verwacht bij dr. Van der Looven, Wolfs revalidatiespecialiste. Ze keek, en zag dat het goed was, maar dat er nog een lange weg te gaan was. Enfin, eerst keek haar assistent, luisterde, onderzocht, en zei toen dat hij toch even met haar ging overleggen. Een twintigtal minuten later kwam hij terug met de boodschap dat we meteen naar haar bureau mochten doorschuiven, dat ze hem zelf toch nog even wilde onderzoeken. Maar ze zei ook meteen dat ze al een gans andere Wolf zag dan eind juni. Aangezien het, langzaam maar zeker, vooruit gaat, wil ze bij de behandeling blijven: nog steeds vrij zware maar specifieke pijnstillers, en kinesitherapie. En vooral geduld. Dat bewees ze door hem zonder meer vrij te schrijven van de schoolse sportlessen tot eind 2017. Voor de rest moet hij vooral zelf aanvoelen wat lukt en wat niet lukt, en veel proberen bewegen.

IMG_0039

Aangezien we aan het proberen zijn om zo lang mogelijk minstens één geocache per dag te vinden – een streak – liepen we daarna even tot aan de vroegere ingang van het UZ, aan de De Pintelaan. Daar zit er namelijk een cache, een “bizar cacheke”. Nu bleek dat toch wel aan het Bizar Café te zijn, zeker? En in dat café verkopen ze geen alcohol, maar wel ijsjes! Ik had nog op voorhand gezegd tegen de kinderen dat we een ijsje konden gaan eten, als ik in de buurt iets van ijsjes vond. Karma, jong! Kobe liep dus terug naar de auto om mijn handtas te halen, en we aten op ons gemak een ijsje. Een bespreking van de locatie krijgt u later nog.

IMG_0046

Enfin, we reden fluks weer naar huis, want intussen was het al tegen zessen, aten, en om half acht zat ik met Wolf bij de kinesist. ’t Is bijna zo erg als tijdens het schooljaar, momenteel…

Maar er is tenminste verbetering in zicht, en daar zou ne mens alles voor doen.