Van zingen en eten en cachen. En ook wel De Haan

Ik was eigenlijk redelijk vroeg op vanmorgen, rond half negen, en dus ging ik voor een ochtendwandeling in de crispe ochtendlucht (is daar eigenlijk een goed Nederlands woord voor?) doorheen de doodstille straten van Lage Mierde, en genoot.

Toen was er ontbijt, en nog een stevige repetitie van een uur of twee.

En toen was er een bijzonder lekkere waterzooi die Monique nog deze morgen had klaargemaakt, voor ze nog voor de middag vertrok om in de namiddag een feest te verzorgen.

Na het eten hielp ik nog even met opruimen, en toen vertrok ik huiswaarts, maar niet zonder nog een aantal caches te passeren. Eerst ging ik een hele mooie ophalen, waarvan ik de gegevens al tijdens de ochtendwandeling had verzameld. Een van de mooiere die ik al gezien heb.

Daarna reed ik richting Gent, maar met nog wel een paar mooie caches onderweg.

En ’s avond reed ik voor de laatste maal met Wolf naar De Haan. Daar hebben we de kans gegrepen, nu het al donker is om half acht, om er een nachtcache te zoeken. Je gaat naar de aangegeven coördinaten en schijnt daar rond met een zaklamp, tot je een reflector ziet oplichten. Daar vind je dan de volgende coördinaten, en zo uiteindelijk de stash. Leuk, echt leuk, en onze allereerste nachtcache.

Wolf was tegen negenen in het Zeepreventorium, en ik reed fluks naar huis.

Een mooie dag met veel buitenlucht en veel gewandel, maar dat heeft me ook echt fris in ’t kopje gemaakt.

Opluchting buiten categorie

Dat het goed ging met Wolf, dat wisten we al. Sinds de grote vakantie heeft hij een klik gemaakt, dat had ik hier al verteld. Ik heb sinds kort weer mijn eigen vrolijke puber terug, met lichtjes in zijn ogen en een stout muilke vol kattekwaad, en dat was ik kwijtgeraakt in de loop van het voorbije anderhalf jaar.

Vandaag moest ik om half vier in het Zeepreventorium zijn voor een gesprek van meer dan een uur met zijn ganse behandelende team: zijn behandelende specialist dr. De Guchtenaere, de diëtiste, de kinesist, de maatschappelijk werkster, en normaal gezien ook de psychologe, maar die had andere verplichtingen.
Samengevat:  eigenlijk alleen maar goed nieuws. Nog anderhalve week, en hij mag definitief naar huis. Ze zijn volop aan het werken aan zijn conditie, en die  is intussen op 80% van normaal. Hij is meestal pijnvrij, en hij mag alle lessen, zelfs LO, hervatten. Daarnaast mag hij ook gerust met de fiets naar school, en wordt het hem zelfs aangeraden om een paar keer per week te fitnessen om die conditie bij te werken.
We zijn er nog niet helemaal, rugby bijvoorbeeld is nog niet voor sebiet, hij moet nog opbouwen, maar het moet eigenlijk allemaal goed komen. Vooral psychologisch is hij er klaar voor, maar zodra er iets scheelt, mag hij altijd contact opnemen met gelijk wie van het preventorium. Zij blijven hem daar opvolgen, we krijgen een nieuwe afspraak in de kerstvakantie. En ja, rugby zal hem probleemloos toegestaan worden, dat moet perfect kunnen.

Ge hebt er geen flauw benul van hoe ongelofelijk blij en opgelucht ik ben. Bijna twee jaar uw kind zien afzien, dat doet wat met een mens.

Hier thuis wordt er al weken gigantisch afgeteld, door iedereen. Ik kijk er zo naar uit om eindelijk mijn gezin weer gewoon samen te hebben, met iedereen in mijn eigen kot.

Uit pure opluchting ben ik een ijsje gaan halen, voor de laatste keer. Ik was van plan om dat nog samen met Wolf te doen, maar hij was er al eentje gaan eten met de leefgroep. Voor de laatste keer heb ik ook The Inner Circle gefotografeerd, met deze keer ook het zicht van verderaf. Prachtig beeld…

Hangen

Vandaag is er hier rondgehangen geweest zoals alleen pubers kunnen rondhangen, eigenlijk feitelijk. Arwen kwam namelijk langs, en de twee kleintjes zijn ook dolgraag in de buurt van hun broer, ze missen hem vreselijk hard.

Bijna was dat nochtans niet gelukt, dat rondhangen met Arwen. Ik was Merel gaan halen van de muziekles om 11.00 uur, en daarna nog naar de markt gegaan om een gebraden kip. Wij eten dat eigenlijk zeer graag, maar Bart vindt dat verschrikkelijk. Laat hij nu vandaag naar zijn moeder in Ronse zijn, en wij dus alleen moeten eten :-p Kobe was intussen met zijn fiets naar de bibliotheek om bestelde boeken af te halen, en Wolf was dus alleen thuis. Geen nood, Arwen ging na de middag komen, had hij gezegd. Maar blijkbaar was er ergens een foutje in de communicatie, want zij had hier met haar vader een kwartier voor de deur gestaan, ondertussen bellend naar Wolfs gsm die nog beneden lag. Tsja.

Ik ben dan na het eten maar zo lief geweest om haar alsnog op te halen – ze was een beetje boos op Wolf, en ik heb die nog nooit zo schaapachtig zien kijken als vandaag – maar het was dan ook voor hen een belangrijke dag: ze zijn vandaag een jaartje samen. Serieus, op die leeftijd… Maar bon, als ze maar gelukkig zijn zeker?

Ze hingen dus vooral buiten rond, met zijn vieren in de grote hangmat, en op een bepaald moment zelfs met zijn vijven, want ik was er op een onbewaakt moment in gaan liggen en zij er dan achteraf maar allemaal bijgekropen.

Gewoon praten, genieten, en nog meer praten, als echte pubers, zelfs Merel.

Goh, we zijn allemaal aan het aftellen tot hij weer naar huis komt. Nog twee weken…

Roanoke

Dit weekend waren dus de jongens voor het eerst naar een weekendlarp, terwijl Bart in New York zat en ik me volledig wijdde aan Merel.

Ze vonden het zalig.

Samen met een paar – vooral oudere – gasten speelden ze de Vikings, en als ik het zo hoor hebben ze wel wat beestigheden uitgestoken. Kobe speelt een priester van Hymir en heeft dat, ondanks het feit dat hij de jongste is, blijkbaar prima gedaan. Ik heb intussen ook een paar fotootjes bemachtigd.

Ze worden zo groot, meneer…

Rondrijzondag

’t Was wel niet helemaal een meisjeszondag, maar toch… We zaten rond negen uur aan tafel, Merel, Vlerina en ik, toen ik Spotify wou opzetten, en plots zag dat ik Bart al om half tien aan zijn kantoor mocht ophalen, in plaats van de voorziene half twaalf. Die kwam van New York, weet u nog? Dik in orde, maar wel een beetje krap van tijd. Tsja.

We pikten hem op, lieten hem prompt in slaap vallen in de zetel, en gingen zelf aan het werk. Zo’n lasagne met extra veel groenten maakt zichzelf niet natuurlijk. En die appeltaart met de appeltjes van Omaly ook niet :-p Tegen twaalven kwam opa, en meteen stond de serveuse van het restaurant klaar om onze bestellingen op te nemen.

Na het eten en het ophangen van alweer een was sprong ik in de auto richting Geel: ik moest de jongens ophalen op Roanoke. Ze waren wel van de laatste toen ik daar tegen half drie aankwam, maar bon, ze kwamen tenminste comfortabel thuis. Roanoke zelf was de max geweest, wisten ze me te vertellen: geen vergelijk met Vortex wegens veel volwassener, beter uitgewerkt, enfin, ze hadden zich schitterend geamuseerd, zeiden ze. Wel een beetje moe, zou je kunnen stellen ^^

Tegen half vijf waren we thuis, was er koffie met taart, en om zeven uur stapte ik alweer in de auto om Wolf naar het Zeepreventorium te brengen. Nog drie weken…

Intussen heb ik de meeste caches in de buurt van De Haan wel al gedaan, dus reed ik gewoon de E40 af ter hoogte van Beernem om daar een zestal caches van Zaak De Zutter te gaan zoeken. Dat is eigenlijk een fietstocht georganiseerd door de gemeente Beernem zelf, en is wellicht overdag een prachtige rit. Geen idee, zo in het pikdonker, maar ’t was wel amusant.

Drukke dag met veel kilometers dus, maar best wel oké.

Tandengedoe

Dat Wolf een beugel nodig heeft, dat weten we intussen al eventjes. Deze ochtend kon hij naar de tandarts om de twee overblijvende melktanden te trekken. Jawel, hij is veertien en die twee tanden blijven koppig staan. En eventjes naar de tandarts is niet zo eenvoudig, want hij zit nog in het Zeepreventorium uiteraard. Gelukkig kon Saar deze morgen zich vrijmaken voor hem, om kwart voor negen, en werd hij vakkundig van twee tanden ontdaan.


Daarna heb ik hem naar het station gevoerd, zodat hij de trein kon nemen. Ha ja, want ik moet zelf lesgeven om tien over tien, en heen en weer naar De Haan lukt dus niet. Gelukkig vindt hij die trein niet erg, en kan zijn lijf dat intussen probleemloos aan.

Hij zei wel dat hij er nog serieus veel last van had, dat het stevig pijn deed, en dus niet echt zo vlotjes was. Tsja. Maar bon, nu dit grondig laten genezen, zijn nieuwe tanden de tijd geven om erdoor te komen, en dan gaan we naar de volgende fase van zijn beugel. Hij heeft nog even respijt dus.

Ommekeer?

Intussen krijg ik natuurlijk nog overal de vraag: “Hoe is het met Wolf?”

Wel, ik durf voorzichtig zeggen: goed. We merken duidelijke beterschap, maar het gaat vooral om wat hij zelf zegt. Is er nog pijn? Jazeker. Maar hij begint er anders mee om te gaan, en dat zou zijn genezingsproces serieus kunnen versnellen. Hij zegt dat het de komst is van nieuwe pijnpatiënten waardoor hij de klik heeft gemaakt. Hij begint in te zien hoe diep hij heeft gezeten, hoe negatief hij was, en stelt zich de vraag of hij ook echt zo erg was. Ja dus. En dus is er een hele ommekeer voor hem, vooral op psychologisch vlak. We zien vooral een andere Wolf die vanalles begint te doen, en weer kattekwaad uitsteekt met broer en zus.

Zoals het er nu naar uitziet, mag hij in de herfstvakantie definitief naar huis komen. Zal hij dan pijnvrij zijn? Nee, dat niet, dat zal nog wel een tijdje duren, en er is zelfs geen garantie dat hij ooit volledig pijnvrij wordt. Maar hij moet tegen dan kunnen functioneren op een gewone school, op een gewone lesdag. Momenteel zit hij aan vijf uur les per dag, dus dat komt wel goed. Hij is grenzen aan het verleggen, en zoals gezegd zien we duidelijk een vrolijker Wolf.

Ik ben eens benieuwd: morgen gaan we op jongerenlarp, van vrijdagavond tot zaterdagavond, en dat betekent vooral heel veel rondlopen, af en toe een stevig gevecht, en nog meer rondlopen. Het zal een goeie test zijn voor zijn rug en voor zijn gemoedstoestand.

Maar ja, we zijn echt wel positief momenteel.