Eigenlijk was het al ergens voor de herfstvakantie gepland, denk ik: Merel zou eens een nachtje gaan logeren bij Marne, en dus Roeland en Sarah. Coronagewijs was dat misschien niet evident, maar ze zijn allebei jonger dan 12, op zich kon het wel, vonden we. De meisjes hebben al zo weinig…
Helaas, toen zaten we plots in quarantaine en kon het uiteraard niet. Meh. En toen stelde Sarah opnieuw de vraag: of ze dit weekend niet mocht komen? Goh, uiteraard! Merel werd dus opgepikt door haar meter om 19.00 uur aan haar dansles, tetterde blijkbaar honderduit in de auto richting Deinze, en genoot ervan om eindelijk haar nichtje nog eens terug te zien.
Vandaag zetten wij (= de rest van het gezin) dan aan tegen een uur of vijf richting datzelfde Machelen: Roeland had me verzekerd dat ze een fijn winterterras hadden en dat er hapjes gingen zijn, en nieuwjaarsbrieven. Ideaal!
En effectief: zij hebben buiten op hun terras hun partytent opgezet met drie terraswarmertjes – lang leve de overschot van de zonnepanelenelektriciteit die toch op moest – en het was er bijzonder gezellig. Sarah had een schitterend hapje voorzien: een brie, omgeven door kleine broodjes, die je gewoon in je oven moet zetten. Dat ga ik ook eens zoeken, zeg!
En Roeland had dan nog een zalige lasagne voorzien, we hadden meer dan genoeg gegeten!
En intussen werd er buiten op het bevroren gras gevoetbald en onnozel gedaan, ik had de indruk dat de jongens daar ook wel eens nood aan hadden.
Tegen half tien zijn we aangezet richting huis, met de wetenschap: ook in de winter kan het best aangenaam zijn om buiten te zitten! Al is Bart het daar nog steeds niet volmondig mee eens.