Het ging de beste dag van de week worden, zeiden ze, het werd de meest grijze en grauwe, met heel af en toe een paar druppels.
Véronique en ik lieten het niet aan ons hart komen: ik pikte haar op rond kwart over elf – ik passeer létterlijk aan haar deur, en ze ging zelf rijden, of wa? – en een half uur later stonden we in een grijs, maar wel mooi Doornik. Ik kende het nog van de rugbymatchen, maar nu hebben we de meest bizarre plekjes bezocht en de raarste straatjes doorwandeld. Zoals Véro zegt: ze moet een stad eigenlijk drie keer bezoeken: een keer met haar gezin, een keer met haar ma en een keer met mij, en het is elke keer compleet anders. Geocachen doet je natuurlijk wel plekjes ontdekken…
Tegen zes uur ’s avonds zijn we afgeklokt op 7 fysieke caches en maar liefst 23 labcaches, voor een totaal van 30 caches, jawel. We hebben ook besloten dat we nog eens terugkomen met de fietsen als het beter weer is: dan kunnen we nog meer zien en de caches in de buitenwijken doen.
En het moet natuurlijk lukken: het café waar we op goed geluk binnenwaaiden om een koffie te drinken, bleek een spelletjescafé te zijn. Ik voelde me meteen thuis!
Véronique stuurde me ook een hele reeks foto’s door, en ik mag er hier ook enkele van publiceren. Geniet maar mee!