Mondmaskertijd

Ik had het al een tijd zitten zeggen dat ik mondmaskers ging maken. Bart had er niet veel vertrouwen in en bestelde er zelf al een aantal, maar intussen ben ik er – zij het met enige hindernissen – aan begonnen. Ik had nog een paar stofjes liggen, maar de jongens en Bart vroegen vooral zwart, en dat had ik niet meer. Tenzij in van die dikke dikke stof, en dat is ook niet de bedoeling of je kan niet meer deftig ademen.

Merel en ik gingen daarom deze middag de fiets op. Allez ja, ook weer een regeling zoals de vorige keer: we fietsten samen tot aan de voet van de fietsbrug, zetten daar haar fiets stevig op slot, en dan ging ze achterop, de brug over, het ziekenhuis door en zo naar de Sleepstraat. Alwaar, tot mijn verbazing, geen rij stond. Voor 18 euro heb ik twee meter zwarte katoen, een meter paarse katoen, een meter streepjes, een meter paarse bolletjes en 10 meter ronde zwarte elastiek. Ik vind dat persoonlijk  niet slecht, nee.

En toen fietsten Merel en ik terug naar haar fiets en vonden we dat het dringend tijd was voor een koekje. Of twee. Of drie :-p

Enfin, ik heb nu dus stoffen en ik kan eraan beginnen. Ik heb er intussen wel al een paar, kijk maar. Een blauwtje en een knalroze voor Merel, ook al hoeft zij dat eigenlijk niet te dragen. En Wolf probeerde het even op een alternatieve manier, maar vond dat precies niet zo comfortabel.

 

Van verloren rijden, lunchen, boeken, en tandartsen.

Ik moest nog snel wat stof halen in de Sleepstraat, deze voormiddag, en had me geparkeerd in een zijstraatje, het Godshuishammeke. Ik sta wel vaker daar, en dan doe ik gewoon een blokje rond, tot ik weer de Sleepstraat kan uitrijden. Vandaag moest ik naar de Sint-Pietersnieuwstraat, en reed ik gewoon de straat verder. Ha, dacht ik, ik kom uit in Nieuwland blijkbaar, dat komt dan uit op de kleine ring, ideaal. Alleen bleek mijn richtingsgevoel me daar in de steek te laten, want eigenlijk had ik gewoon verder moeten rijden.  Tot mijn grote verbazing kwam ik dus plots uit op de Achterleie (ja, ik heb de straatnamen opgezocht, ik geef dat toe), aan de overkant van de brug aan het MIAT. Verloren gereden in mijn eigen stad, komt dat tegen!
Ik bleef even staan, en sloeg dan maar de Blekersdijk in, alweer een straat die ik wel kende, maar waar ik nog nooit doorgereden had. Vanaf de Ham wist ik uiteraard wel weer mijn weg, maar serieus zeg, centrum Gent, en dan nog verloren rijden!

Een tweede verbazing overviel me toen ik me parkeerde in de Plateaustraat Rozier (dank u Veerle, ik wist dat er iets niet klopte, ik heb die twee altijd al door elkaar gehaald): die is niet alleen in twee geknipt met paaltjes, er staan ook zinnen op de grond geschreven. Ik heb geprobeerd ze te vatten, maar dat lukte niet echt met mijn gsm.

IMG_0917

Bon, ik spoedde me naar het Salon, waar ik afgesproken had met een vriendin. Ik had nog altijd haar nieuwste boek niet, ook al is dat al een tijdje uit, en dat had ze voor me meegebracht, gesigneerd en al. “Parket Magistraal”, ik weet u nog te zeggen wat ik er van vind.

1507-1

Enfin, we hielden een heerlijke babbel bij een fijne lunch. Een aanrader trouwens: quiche met spinazie en brie. Een gewone basis quichevulling met spinazie, daarop een klein laagje tomaat, en dan volledig afdekken met repen brie. Lekker, jong!

IMG_0918

Tegen drie uur zat ik dan bij de tandarts: vrijdag is er een stukje tand afgebroken van een al geabimeerde kies, en dat moest uiteraard bijgewerkt worden. Mijn tandarts is er eentje van de goeie soort: snel, efficiënt, pijnloos en zonder blabla. Ik ben er zelfs niet meer zenuwachtig of gespannen, stelde ik bij mezelf vast, zelfs niet wanneer ze aan het boren is. Twintig minuten later stond ik buiten, netjes op tijd om de kinderen op te vangen.

Fijne dag, voorwaar. Nu nog tijd vinden om de stof te verwerken en het boek te lezen. Dat zal nog wat anders zijn…

Ridders, ananas en lama’s

Zaterdag mag Wolf weer een dagje larpen, en omdat het opnieuw in het verre Limburg is, ga ik maar mee figureren. Het zou een beetje gek zijn om twee uur te rijden, twee uur terug te keren, en hem dan ’s avonds opnieuw te moeten ophalen. En daarbij, zo’n kinderlarp, da’s altijd toch iets magisch.

Hij speelt er een ridder, maar heeft in feite geen kostuum. En dus had ik hem beloofd om nog een surcoat te maken, zo’n flap voor over zijn kleren. Hij wilde er eentje in het hemelsblauw, met daar dan een zilveren wolf op. Tsja.

Dus ben ik deze morgen de moto opgesprongen, heb eerst Barts rijbewijs geregeld (schitterende service van de dame van ons dienstencentrum, overigens: er was een fout gemaakt, en waar de anderen dat gewoon afwimpelden, heeft zij ervoor gezorgd dat Bart nu wél weer met de moto kan rijden, en dat ik het kon gaan omwisselen, gratis en voor niets) en ben dan richting de Sleepstraat gereden. Ik heb daar zo mijn vaste stoffenadres, Ugur, en vond er prachtig hemelsblauw linnen voor vijf euro per meter. Dat ik er blijkbaar 1,20 meter kreeg, was nog fijner. Ik heb er grijs biaislint bij gekocht, en meteen tien meter: zo was ik zeker dat ik genoeg ging hebben, en dat loopt niet weg, zo’n bieslint. Voor tien euro had ik dus wat ik wilde, en had ik nog tijd over. De Turkse kruidenier ernaast verkocht me vervolgens voor ook tien euro een grote zak gedroogde ananas, een zak papaya, Turkse deegwaren, bulghur, twee khakivruchten, en nog wel iets. En toen zag ik via Foursquare dat ik eigenlijk vlak bij de nieuwe Talking Heads kantoren was, en leek het me het ideale moment om snel een knuffel van de CEO te gaan stelen. Ha ja, want ik had die kantoren nog niet bekeken, en het was lang geleden dat ik Lamazone had gezien, dus twee vliegen in één klap.

Enfin, een compleet geslaagde voormiddag dus, netjes afgewerkt door drie kinderen die met smaak mijn gebakken kabeljauwhaasjes met verse tomatensaus en tarwe binnenspeelden.

Ik zou zo zeggen: score!