Van vipdiners en fijne feestjes

Het was me het avondje wel, gisteren.

Al zoveel jaren word ik uitgenodigd op het Halloween feestje van Bart en Birgit, en de paar keren dat ik er gelukkig wel geraakt ben, heb ik me altijd keigoed geamuseerd.

Alleen zag ik het dit jaar niet zitten. Te ver rijden naar Antwerpen, te druk, te lastig voor de rug… Ik twijfelde en twijfelde, en toen Bart zei dat er weer een VIPdiner was het in het S.M.A.K. en me uitnodigde om mee te gaan, zei ik onmiddellijk ja.

Iets over zeven stonden we dus in het S.M.A.K. voor een soortement retrospectieve van de Vrienden van het SMAK, en daarna nog een tweede tijdelijke tentoonstelling. Daar ben ik weer dat koppel tegen het lijf gelopen waar ik de vorige keer me zo mee geamuseerd heb, en blijkbaar was dat wederzijds, want we gingen prompt aan dezelfde tafel zitten, met alweer een zeer geanimeerd gesprek.

Kwart voor elf vertrokken we ginder, en ik was eigenlijk nog helemaal niet moe, en zelfs een beetje hyper door het gelach met die mens. Ik besloot dus om alsnog naar Antwerpen te rijden voor dat feestje. En een kostuum? Wel, ik had geen zin om me echt om te kleden, dus ik hield mijn zwart kleedje gewoon aan, gooide daar een roodbruine cape van de kinderen over,  nam een rieten mandje, legde daar een wolvenmasker in, en gooide daar een handdoek over. Roodkapje met een twist dus.

Ik heb me, zoals verwacht, bijzonder goed geamuseerd, en lag maar in bed tegen half vijf of zo. Go figure. Tsja.

Meisjesweekend

Bart zit in New York, de jongens zitten op Roanoke, en dus hebben Merel en ik het kot voor ons alleen. Gisterenavond hadden we daar niks aan omdat we zo laat thuis waren van Geel, maar vandaag gingen we het onderste uit de kan halen, en dat hebben we dan ook maar gedaan ^^

Ze had eerst muziekles van negen tot elf in Evergem, en daarna zijn we gezellig op de markt gaan rondlopen om alle ingrediënten voor de lasagne morgen te verzamelen. Net geen negen euro voor een kleine pompoen, een zak wortels, drie paprika’s, een bak champignons, twee ajuinen en een pastinaak: geen geld! En vooral ook kraakvers.


Thuis propten we alles in de koelkast en stapten daarna samen de fiets op, gewapend met een rugzak en een fietsmandje, aangezien Merel achterop zit en mijn fietstassen dus niet bruikbaar zijn. Het was immens stralend weer, en we genoten intens van het fietstochtje.

Aan de Hema werd onze fiets netjes op de fietsenparkeerplaats gestald, en gingen we gezellig samen frietjes eten, zalig in de zon op het grote terras daarboven, onder begeleiding van de zoele klanken van een hakkebord.

Ik had intussen gemerkt dat mijn achterste fietsband niet echt hard meer stond, en dat mijn slot dreigde te blokkeren, dus we wandelden rustig naar de fietsherstelplaats onder de Stadshal voor een druppel olie en een zucht lucht, die ik beide met de glimlach en voor niets kreeg. Dik in orde!

We fietsten naar de Reep om de nieuwe waterloop te bezichtigen en meteen ook de cache aan de Scaldissluis te vervangen, en zagen ook voor het eerst effectief een kajak gebruik maken van de kajakglijbaan.

We fietsten fluks door naar de Hopper om nieuwe scoutstruien, en zaten nu al zo ver dat we maar gewoon doorfietsten naar het Citadelpark. Daar gingen we eerst even rondlopen in het S.M.A.K., maar stelden vast dat Raoul De Keyser ons ding niet is. Marcel Duchamp zagen we al beter zitten, eigenlijk. We zijn dan maar nog Pokémon gaan vangen in het park, en maakten er een zeer aangename wandeling van.

We hadden eigenlijk iets willen drinken in de kiosk daar in ’t park, maar blijkbaar was dat maar tot eind september. Tsja, er zat dan maar niks anders op dan terug naar ’t stad te fietsen en daar een ijsje te halen. Hoe jammer nou… Maar eerst fietsten we nog vrolijk door het Miljoenenkwartier om twee caches op te halen.t

We sloegen nog stapels pepernoten in in de Hema, een ongelofelijk schattige vleermuisdiadeem en nog wat extra Halloweengerief, en fietsten toen gewoon naar huis, om tegen half zes gewoon in de zetel te ploffen.

Om zes uur haalden we onszelf weer uit de zetel, sleepten ons naar de winkel, en sloegen vooral, naast sandwiches, ook hapjes in. Tegen zeven uur versierden we het huis, trok Merel haar vleermuisonesie aan, en nestelden we ons samen in de zetel met een zak monsterchips en een fijne heksenfilm.

Toen ik haar om negen uur in bed stak, kreeg ik een extra lange knuffel: “Dank je mama, voor zo’n geweldige dag!” En ik kon dat alleen maar beamen.

Don Carlos: Corridors of Power

Toen Bart me een tijdje geleden vroeg of ik mee wilde naar het Festival van Vlaanderen, en meer bepaald naar een bewerking van de opera “Don Carlos” van Verdi, dacht ik geen seconde na. Duh.

Tegen zeven uur – ik was eerst nog met Merel naar de blokfluitles geweest – liep ik de hal van het S.M.A.K. binnen, want daar hadden we eerst nog een walking dinner op uitnodiging van Lum. Invest. Meer dan in orde, overigens, de Coeur Catering, zoals altijd.

Tegen acht uur liepen we de koude Floraliënhal in, en ik was best wel blij dat ik mijn winterjasje aan had. Je kon er ook wel dekentjes krijgen, maar toch…

Het Duitse jeugdorkest Landesjugendorchester Nordrhein-Westfalen was schitterend, echt waar. Die gastjes – blijkbaar tussen de 14 en de 24 – kunnen een stevig stukje spelen. En de enscenering en regie was… apart. Ik heb wel al een paar opera’s gezien, en van mij mag het gerust een tikkeltje klassieker. Aan de andere kant: de originele opera duurt maar liefst vijf uur, door Verdi zelf nog ingekort tot drie uur. Dit was gelukkig zo lang niet, een uur of twee, want de koorliederen waren er uit gehaald.

En de acteurs/zangers/solisten? Mja… Ik had sterk mijn bedenkingen bij de vrouwenrollen: de hoofdrol is echt zo’n stereotiep slagschip met dito stem. Ik dacht dat het misschien een Duitse stijl was om te zingen met zodanig veel vibrato dat je eigenlijk een halve toon onder en boven je eigenlijke noot zweeft, maar bon. De mannelijke hoofdrol, Don Carlos, was in hetzelfde bedje ziek, en een van de dames was bij momenten ronduit vals. Ik was dan ook echt opgelucht toen ik in de pauze Mieke tegenkwam, een jonge classica die nu  aan het conservatorium zang studeert, en dus met kennis van zaken spreekt. Zij bevestigde mijn mening, namelijk dat de vrouwenrollen eigenlijk echt niet goed waren, en de hoofdrol ook niet zo bijzonder. De andere mannenstemmen waren wel knap, vooral dan Filips. Bij momenten was het ook echt beklijvend, maar ik was wel blij dat het libretto op voorhand kort samengevat en uitgelegd was, of ik had, ondanks de ondertiteling, er geen barst van begrepen.

Had ik er spijt van dat we gegaan waren? Zeer zeker niet, het blijft de moeite, zo’n voorstelling. Maar ik kan me voorstellen dat het niet voor iedereen is weggelegd, een dergelijke versie.

Gerhard Richter

Ik heb het hier nog al gezegd: mijn beste cadeautje van GIFT Gent ooit was Véronique: een zalige, echt zalige madame!

Vrijdag gingen we nog samen naar toneel, en toen stelden we vast dat we geen van beide al de tentoonstelling van Gerhard Richter in het S.M.A.K. hadden gezien. Meteen hadden we een date, want erg lang loopt die niet meer. Deze middag stond ik dus iets over half een aan het STAM. Hoezo, het was toch SMAK? Mja, maar we moesten wel eerst nog zien te eten, en daar was het STAMcafé dan weer prima voor geschikt. Onderweg genoot ik trouwens van de prachtige beelden die ik met de auto nooit zie. Die Bijloke is toch een prachtige site…

Enfin, na het eten vertrokken we richting S.M.A.K., en genoten er echt wel van de tentoonstelling van Richter. Die man is zowat van alle markten thuis, respect!

En toen was er nog koffie met taart, jawel. Zalig gewoon.

27752511_1799418510102738_3984540256676135299_n

Veel beter dan dit worden ze niet, de dagen.

S.M.A.K.: een zalige avond!

Mijn dag was zalig rustig begonnen: opstaan om negen uur, douchke, met Wolf richting de Poel, en dan een uurtje zalig zitten lezen in Café Labath met een croissant en een koffie. Aansluitend reden we naar het rugbyveld, en aanvankelijk was ik nog aan het twijfelen of ik wel ging blijven voor de match, maar het was zo’n zalig weertje… En toen bleek zowel Gwen met de meisjes, als haar zus Rinske, dier echtgenoot Thomas en hun kinderen er ook nog te zijn. Een en ander resulteerde in een zeer fijne, lenteachtige dag, waarbij Wolfs team ook nog eens de tegenstander een pandoering gaf: 69-15. Booya!

Thuis was het helaas anders: Bart had wel al boodschappen gedaan en zo, maar voelde zich allesbehalve in orde. Griep, vermoed ik. Hij had gekookt, maar was daarna prompt in de zetel gaan liggen. En onze date ’s avonds, waar ik zo naar uit had gekeken en wat een van de redenen was dat ik gisterenavond ook niet meer naar dat feestje ben gegaan, viel in het water. Balen!

Ik liet Dirk weten – de avond was gepland met de partners van Wijs, 14 man in totaal – dat Bart ziek was, en dat ik er zo naar uit had gekeken om eerst de rondleiding in het museum te krijgen, en dan daar te dineren. Bleek, na wat heen-en-weergemail, dat ook Ilse niet mee kon, en dat Dirk het volledig zag zitten om mij te chaperonneren. Dik in orde!

Ik trok een schoon kleedje aan, wreef wat schmink op mijn toot, wierp een kushandje naar mijn slapende echtgenoot, en reed naar het S.M.A.K.

Daar kregen we zowel van James Welling – fotokunstenaar – een uitleg rond zijn tentoonstelling ‘Metamorphosis’ als een toelichting van Wilfried Huet bij de overzichtstentoonstelling bij het laatste nummer van kunsttijdschrift Gagarin.

Aansluitend was er, zoals altijd, het diner. Dirk had helaas het aantal van de gasten verkeerd doorgegeven, waardoor wij twee niet meer aan de tafel bij de rest van de groep konden zitten, en dan maar samen aan een andere tafel plaats namen. Dat resulteerde in een bijzonder aangename kennismaking met mijn buurman, een 59jarige kunstliefhebber met blijkbaar een hoge functie bij ING, en diens vrouw. We hebben de ganse avond zitten kletsen over de meest uiteenlopende onderwerpen, soms in ’t plat Gents, en ik heb me echt de max geamuseerd.

Echt, een bijzonder, bijzonder aangename avond. Bedankt, Dirk!

S.M.A.K. – .Drawing – THE BOTTOM LINE

Sinds Bart en Dirk met Wijs vrienden van het S.M.A.K. zijn, gaan we af en toe naar zo’n VIP-diner, waarbij je op je gemak doorheen de tentoonstelling kan lopen, de kunstenaars aanwezig zijn, en er een diner volgt met meestal interessante tafelgenoten.

Deze avond was er weer zo eentje, rond de tentoonstelling .Drawing – THE BOTTOM LINE. Het werk van maar liefst 53 kunstenaars wordt tentoongesteld op de benedenverdieping, en we kregen de kans om rustig te kijken. Ik moet zeggen dat het me niet zo aansprak. De meeste tekeningen waren, nu ja, kinderachtig, al zat er in sommige toch wel een stevige boodschap. De enige die me echt raakten als mooi, bleken er van Michael Borremans te zijn.

Zoals het S.M.A.K. het zelf verwoordt: “‘The Bottom Line’ toont verschillende dimensies van tekenen als vorm van actuele kunst: van abstract tot figuratief, van kleine tot grote formaten, van snelle schetsen tot trage, grootschalige projecten of van tekenen als film tot tekenen als performance. Het inhoudelijke spectrum reikt van persoonlijk dagboek tot politiek betekenisvol, van zelfportret tot maatschappelijk groepsportret. Sommige tekeningen worden speciaal voor deze tentoonstelling gecreëerd. Ook gaan enkele kunstenaars in situ aan de slag.”

Ik verzeilde ook in een performance: in een klein apart kamertje zat een Italiaan, Andrea Galiazzo, met een hoop kleurstiften. Hij nam mijn hand en begon er prompt op te krabbelen, terwijl hij het ganse verhaal achter die krabbels deed. Hmm. Hij had misschien wel een punt, maar ik kan niet zeggen dat ik het echt kunst vond, ook al signeerde hij netjes met ‘Inky Way #206’. Nu ja. Ik hoop alleen dat het er toch een beetje vlot af gaat, of ik mag een en ander uitleggen maandag in de les.

21888708989_02f164d0e3_o

Het diner achteraf was lekker, het tafelgezelschap nogal… blasé. Het koppel naast ons was Antwerps, hij een galeriehouder, zij een ontwerpster van pokkedure kinderkleren en begeleidster van de portfolio’s van studenten van de Antwerpse Modeacademie. Op zich zeer interessant, ware het niet dat ze zichzelf nogal wat vonden, zelfs voor Antwerpenaren. Ach ja…

Vind ik het een aanrader, die tentoonstelling? Hmm. Ik ben er niet helemaal uit. Als je toch in de buurt bent en je hebt tijd, ja. Maar ik zou er niet speciaal kilometers voor omrijden, dat niet. Ieder zijn meug, denk ik dan.

Alternatieve Valentijn

Bart weet dat ik eigenlijk niet echt een romantische ziel ben, maar dat ik zo mijn kantjes heb. Valentijn hoeft niet echt, maar ergens vind ik het wel fijn als hij het niet vergeet. Een simpel madeliefje of een versje volstaan, eigenlijk. Zelf had ik voor hem een nieuw dekbed gekocht, en kwam dat mooi uit voor Valentijn. Niks speciaals, dus.

Hij had een gelijkaardige toevalstreffer: via de Vrienden van het S.M.A.K. kon hij inschrijven voor een wandeling en diner met de exposerende kunstenaar, en laat dat nu toevallig nog Berlinde De Bruycker zijn. We hadden eind januari haar tentoonstelling al gezien – een heerlijke date met mijn liefste, met exquise lunch in de Mub’Art en aansluitend dus het S.M.A.K., my man knows how to woo his woman – maar dat deerde niet: haar werk is zwaar genoeg om meerdere keren te bekijken. Groot is de tentoonstelling niet, maar ze valt wel zwaar op de maag. Het was fijn om te luisteren naar de kunstenares, om vragen te kunnen stellen, haar motieven en emoties te beluisteren, haar methodes uit te pluizen.
Het diner daarna was iets minder, maar ook wel best te pruimen.

In ieder geval was het een fijne dag, eentje met veel geknuffel.

IMG_0962