In de Gentse Feesten en vorige week had ik Mathias kennis laten maken met Gent, nu was het tijd dat ik eens ging kijken in Balen. Niet dat dat nu bepaald een grootstad is, maar de natuur is er wel prachtig.
Tegen kwart over twee stond ik bij Mathias en Wim, en iets later stonden we achter zijn huis in Scheps, een natuurgebied met moerassen – heuse, echte, gevaarlijke, ik-zink-weg-en-ben-een-beetje-dood-moerassen – en vlonderpaden, poelen, vijvers, en blijkbaar ook een kapel, een Lourdesgrotje én een waterput van Sint-Odrada. De natuur is er inderdaad prachtig.
We gingen daarna naar Picknick eiland, een heus eiland met twee picknicktafels en drie palen voor hangmatten, om er gewoon rustig te zitten, te praten en te chillen. Mijn rug was de jongens dankbaar.
Ze lieten me ook nog de lokale visvijver – zonder vis – zien, en daarna reden we naar de andere kant van Balen voor een rondje geocachen, het rondje Natte Voeten, langs een kanaal en daarna langs de Nete, waar het soms inderdaad echt wel modderig en drassig lag. In de andere seizoenen kom je er niet door zonder rubberlaarzen, het was nu soms zelfs uitkijken en rondspringen.
Tegen zevenen stonden we weer bij Mathias thuis om even op te frissen – ik zweette als een bunzing – Stijn ook nog op te pikken, en dan naar Geel in het Aards Hof iets te eten.
Tegen elf uur zat ik in de auto richting Gent, klaarwakker, en dus pikte ik langs de baan in en rond Geel nog vijf extra losse caches op. Tegen half twee was ik uiteindelijk thuis, na een ideale, relaxte vakantiedag.
Heerlijk toch?