366 – 08 december 2020 – ne mens moet iets doen tijdens de examens…
366 – 30 september 2020 – kiekeboe!
366 – 18 maart 2020 – Pokémon GO
Meisjesweekend
Bart zit in New York, de jongens zitten op Roanoke, en dus hebben Merel en ik het kot voor ons alleen. Gisterenavond hadden we daar niks aan omdat we zo laat thuis waren van Geel, maar vandaag gingen we het onderste uit de kan halen, en dat hebben we dan ook maar gedaan ^^
Ze had eerst muziekles van negen tot elf in Evergem, en daarna zijn we gezellig op de markt gaan rondlopen om alle ingrediënten voor de lasagne morgen te verzamelen. Net geen negen euro voor een kleine pompoen, een zak wortels, drie paprika’s, een bak champignons, twee ajuinen en een pastinaak: geen geld! En vooral ook kraakvers.
Thuis propten we alles in de koelkast en stapten daarna samen de fiets op, gewapend met een rugzak en een fietsmandje, aangezien Merel achterop zit en mijn fietstassen dus niet bruikbaar zijn. Het was immens stralend weer, en we genoten intens van het fietstochtje.
Aan de Hema werd onze fiets netjes op de fietsenparkeerplaats gestald, en gingen we gezellig samen frietjes eten, zalig in de zon op het grote terras daarboven, onder begeleiding van de zoele klanken van een hakkebord.
Ik had intussen gemerkt dat mijn achterste fietsband niet echt hard meer stond, en dat mijn slot dreigde te blokkeren, dus we wandelden rustig naar de fietsherstelplaats onder de Stadshal voor een druppel olie en een zucht lucht, die ik beide met de glimlach en voor niets kreeg. Dik in orde!
We fietsten naar de Reep om de nieuwe waterloop te bezichtigen en meteen ook de cache aan de Scaldissluis te vervangen, en zagen ook voor het eerst effectief een kajak gebruik maken van de kajakglijbaan.
We fietsten fluks door naar de Hopper om nieuwe scoutstruien, en zaten nu al zo ver dat we maar gewoon doorfietsten naar het Citadelpark. Daar gingen we eerst even rondlopen in het S.M.A.K., maar stelden vast dat Raoul De Keyser ons ding niet is. Marcel Duchamp zagen we al beter zitten, eigenlijk. We zijn dan maar nog Pokémon gaan vangen in het park, en maakten er een zeer aangename wandeling van.
We hadden eigenlijk iets willen drinken in de kiosk daar in ’t park, maar blijkbaar was dat maar tot eind september. Tsja, er zat dan maar niks anders op dan terug naar ’t stad te fietsen en daar een ijsje te halen. Hoe jammer nou… Maar eerst fietsten we nog vrolijk door het Miljoenenkwartier om twee caches op te halen.t
We sloegen nog stapels pepernoten in in de Hema, een ongelofelijk schattige vleermuisdiadeem en nog wat extra Halloweengerief, en fietsten toen gewoon naar huis, om tegen half zes gewoon in de zetel te ploffen.
Om zes uur haalden we onszelf weer uit de zetel, sleepten ons naar de winkel, en sloegen vooral, naast sandwiches, ook hapjes in. Tegen zeven uur versierden we het huis, trok Merel haar vleermuisonesie aan, en nestelden we ons samen in de zetel met een zak monsterchips en een fijne heksenfilm.
Toen ik haar om negen uur in bed stak, kreeg ik een extra lange knuffel: “Dank je mama, voor zo’n geweldige dag!” En ik kon dat alleen maar beamen.
Zalige zaterdag
Om negen uur stond ik met Merel in Evergem, voor haar eerste notenleerles. Nee, muzieklab heet dat tegenwoordig :-p Ik geef het toe, ik ben weer gewoon naar huis gereden en heb eerst koffie gedronken en zo. Maar om elf uur viste ik haar weer op, en gingen we nog samen even naar de zaterdagse markt in Evergem. We liepen rond, kletsten, kochten vier bakjes aardbeien omdat de confituur er aan het doorvliegen is, en toen kwamen we aan het snoepenkraam. Waar Merel me met grote ogen aankeek: of ze alsjeblief een zakje van die omabolletjes kreeg? Ik zei van ja, als ze zelf kocht tenminste, en ik stak haar twee euro in handen. Normaal gezien wordt ze dan helemaal verlegen en wil ze het niet meer doen, maar deze keer stapte ze resoluut op het kraam af en bestelde haar 250 gram bolletjes, met de glimlach. Tsja…
We reden naar huis, Bart kookte, en we stapten met zijn tweetjes de fiets op naar het Citadelpark. Daar was vanaf twee uur een en ander te doen van Pokémon GO!, en nerds als we zijn spelen Bart en ik nog steeds dat spelletje. Alleen… We kwamen er net voor tweeën aan, en zagen dat er een en ander bezig was, dat stipt om twee uur stopte! Het was van elf tot twee, en niet omgekeerd. Meh. We lieten het aan ons hart niet komen, vingen de nodige beestjes, deden een paar raids, maakten er een mooie wandeling van, en dronken koffie op een terrasje in het bos.
Om half vier fietsten we weer naar huis, en daar was intussen Arwen ook, die prompt werd ingeschakeld om mee aardbeien te snijden voor de confituur.
En voila, weer zes extra potten. En het doet deugd om al mijn kuikens onder mijn dak te hebben.
Zo van die zaterdagen, ik kan daar wel mee leven, ja.
Neurolyse
Deze voormiddag stond ik om half tien netjes bij dokter Burssens, alweer. Twee stagiairs kregen nog maar eens de uitleg rond de voet van mij, en Burssens spoot vrolijk een stevige dosis lidocaïne in mijn voet. Ik hing ongeveer aan het plafond van de pijn, maar het verdovende effect verspreidde zich snel, dat moet ik toegeven. Kent u dat vervelende, stijve gevoel in uw kaak wanneer de tandarts verdoofd heeft? Wel, dat ambetante gevoel zat nu dus in mijn voet. Maar nu was het de bedoeling om die voet stevig onder druk te zetten, zodat het zeer duidelijk zou zijn wanneer de verdoving zou uitgewerkt zijn. Aan de hand daarvan kan de dokter bepalen wat het precies is.
Ik trok dus mijn sandalen aan – heerlijk gewoon! – en begon te stappen. Ik ging vruchteloos op zoek naar een geocache in het Delphine-Boëlparkje, en stapte daarna via de Parklaan – prachtige huizen! – naar het Citadelpark.
Menig pokémon werd gevangen, de voet werd stevig onder druk gezet, en ik pikte nog een geocache op.
Via de Prinses Astridlaan, de Oostendestraat en de Prinses Clementinalaan wandelde ik iets na twaalven terug, en jawel, exact twee uur na de inspuiting begon de voet gemeen veel zeer te doen.
Toen ik ’s avonds belde naar de dokter met die mededeling, moest hij lachen: “Ze hadden u verteld wanneer het ging uitgewerkt zijn, zeker?” Blijkbaar is het nu wel duidelijk wat er aan de hand is: een geknelde zenuw! Die moet nu operatief losgemaakt worden, een neurolyse dus. Enfin, op zich geen zware ingreep, en dan drie weken een loopvoetje of mijn laars. Juist ja.
Nu nog bepalen wanneer het kan.
Februari
Nieuwe pokémon, en wat doet ne volwassen mens dan? Een ommetje maken in ’t stad, en beestjes vangen. En langs de Hema gaan, voor lijmstiften en scharen en passers en stroopwafels en zoute drop en een eierschilderset en een grote doos stiften. En nog meer pokémon vangen, en blij zijn dat ge beestjes vindt die ge nog niet hadt. Zo van die nieuwe.
En dan stelt ge vast dat blijkbaar het toeristisch seizoen al in februari begint, want het liep vol met gegidste groepen, dagjesmensen die de weg vroegen, en zelfs de eerste koetsen.
In februari. Om half elf ’s morgens. Op een zaterdag. Jawel.
Poel
Wolf heeft sinds dit jaar ook AMC, ofte de opvolger van de notenleer, de algemene muziekcultuur. De uren hier in Evergem lukten aan geen kanten, en dus volgt hij nu les op zaterdag tussen tien en elf aan de Poel, in Gent centrum dus. Ik ben voor de eerste keer nog meegegaan, kwestie van het lokaal te vinden. En daarna, toen ben ik gewoon een uurtje gaan rondlopen in ’t stad. Eerst naar de Avalon, waar ik een prachtig subtiel paar witzilveren oorringetjes heb gekocht. Daarna heb ik een ganse wandeling gemaakt, van pokéstop naar pokéstop om Wolf van het nodige materiaal te voorzien. Winkelen is toch niet zo mijn ding. Wel heb ik nog een tijdje staan luisteren naar een cellist die Shostakovitch aan het spelen was, prachtig.
Ik keek er ook echt van op hoe druk Gent al is op een zaterdagvoormiddag na tienen. Serieus zeg! Iets voor elven stond ik tegenover de Poel bij café Labath, waar ze gelukkig ook meeneemkoffie’s hebben. 3,20 euro voor een latte is niet van de poes, maar man, dat is lichtelijk fantastische koffie! Zelf Wolf was er helemaal lyrisch over, en hij drinkt normaal gezien niet graag koffie. Eat this, Starbucks!
Ik weet dus wat ik vanaf nu elke zaterdagmorgen ga doen als het niet regent: een fijn wandelingetje doorheen Gent, en dan een koffie.
Enfin, we ‘stoven’ weg richting Melle, want Wolf had zijn eerste rugbymatch van het seizoen in het College van Melle. Hij moest er eigenlijk om elf uur zijn, maar dat werd half twaalf. we hoefden ons echter geen zorgen te maken, want blijkbaar is het geen evident terrein om te vinden, en we waren dus nog bij de eersten…
En toen ik thuis kwam, stond het eten netjes op tafel. Ik heb toch wel een fantastische vent…
Pokémonhunt
Vandaag werd er in Gent een massaal pokémon Go!-event opgezet: maar liefst 42 pokéstops in het centrum gingen van 13 tot 18 uur permanent gelured worden, en wat voor Gentenaars zouden wij zijn als wij daar niet naar toe zouden gaan, hmm?
Het hele gezin ging dus gezwind de fiets op: Merel bij mij op de aanhangfiets, en Bart op mijn oud reserve-exemplaar, en via het Gaardenierspad reden we fluks tot aan de Hema. Al was dat laatste stukje eigenlijk al niet meer zo fluks: een massa volk op straat, de Gentse Feesten waardig. Man man man, wat was me dat zeg! Bart ging nog snel even in de Hema een nieuw fietsslot kopen, want er waren tal van sloten mee, helaas zonder sleutel. Goed bezig, Waelekes! En toen begonnen we, na een ijsje uiteraard, aan ons rondje. Veel interessants hebben we niet gevangen, maar de pokéballs werden aangevuld, en we hadden vooral een zeer fijn gezinsdagje.
We gingen nog even wat typische dingen halen in de Albert Heijn, daarna nog even in de Hema, en tegen zessen stonden we gezellig allemaal thuis. Zo op een twintig minuten fietsen van ’t stadscentrum wonen, dat heeft toch zijn voordelen.