Verjaren, het is een ding.
Mja. 48.
Oud worden, het is echt wel een ding. Maar in dit levensjaar heb ik er een hoop jonge larpvrienden bij die me toch het gevoel geven dat ik nog een pak jonger ben. En die me vooral helpen om het vege lijf toch nog een beetje te ontzien zodat ik kan blijven larpen.
En verder? Goh… De kinderen zien opgroeien, beseffen dat je er zelf niet jonger op wordt, dat je nu eindelijk misschien eens van de gedachte af moet “Later, als ik groot ben…”
Beseffen dat een hoop deuren intussen onherroepelijk dicht zijn, en dat het aantal deuren dat in de plaats daarvan nog open gaat, eigenlijk toch wel een pak kleiner is. Dat je een pak beperkter bent in wat je nog kan. Of wat je ooit nog zal doen. En daar af en toe een dikke middenvinger naar op steken, maar daar ook regelmatig gewoon in berusten.
Het is dan maar zo.
En dan op je verjaardagsochtend een heerlijk ontbijt krijgen, en een heel leuk cadeautje. Eentje dat tegelijkertijd zegt: “Hou rekening met wat je niet meer kan” en “Fuck dees, we blijven gaan voor vrolijk paars”. Een heel mooi, pruimenpaars rolkoffertje van Delsey om al mijn spullen die te zwaar zijn om te dragen, in te vervoeren.
Het is niet omdat ik oud word, dat ik saai moet worden. Carpe that fucking diem.
Negen jaar!
Dat was wel iets waar ik spijt van had, ja: dat we niet thuis waren op Merels verjaardag. Ik had er totaal niet bij stilgestaan toen we ons inschreven, of ik was waarschijnlijk niet gebleven als figurant. Maar bon, Bart nam naadloos over, eigenlijk feitelijk. Hij zorgde voor een bijzonder feestelijk ontbijt en had zelfs de spullen gevonden die ik voorzien had, maar dan eigenlijk voor maandag, wanneer we het samen gingen vieren, had ik gezegd.
Haar cadeautje lag ook al klaar, en dat zag ze helemaal zitten: een kleedje van de Nachtwacht! Vreemd, want vorige kerst had tante Delphine nog gevraagd of ze dat soms wou, en toen had ze nee gezegd. Nu dus wel ^^
Net toen ze naar de muziekles wilden vertrekken, ging de telefoon: dat omaly gevallen was en dat ze volgens de dokter foto’s moest laten nemen. Bon, Merel en Bart dus naar Ronse. Op de foto’s was niks te zien, ondanks de pijn die Nelly wel degelijk voelt, en dus heeft Bart haar weer op haar serviceflat afgezet. Ze heeft er gelukkig verzorging, indien nodig.
Merel en Bart zijn dan maar naar de McDonalds gegaan, wat bij een verjaardag hoort natuurlijk, en in de namiddag was er taart. Met kaarsjes die niet uit te blazen zijn, maar het duurde eventjes voor Merel dat doorhad, blijkbaar :-p
En tegen vijf uur stonden ze in de Kinepolis voor de film van de jonge Yeti.
En toen was er blijkbaar ook nog pizza ^^
Als ze geen vijf kilo verdikt is, weet ik het niet meer. Maar ze vertelde wel dat ze een zalige verjaardag had, en dat kan ik best geloven!
365 – 18 juli 2019 – vakantieontbijtje
Ontbijt in Maison Bousson
Ik dacht dat ik al een uitgebreid ontbijt kende, maar dat van zondagmorgen in Maison Bousson, dat was toch echt wel buiten categorie.
Ik vond dat ze gisteren toch al redelijk wat serveerde, maar toen kwam dus dat ontbijt van deze morgen. De tafel stond gedekt met versgeperst fruitsap van bloedappelsien met citroengras, een smoothie van onder andere bevroren framboos, een Griekse yoghurt met schijfjes kiwi, drie soorten zelfgebakken brood, pistoletjes en kleine koffiekoekjes. Op zich al niet mis.
En toen kwam er een immens bord bij: getoost briochebrood met royaal veel foie gras en verse vijg, bruin brood met een assortiment kaas, roggebrood met gerookte zalm, en bruin brood met pancetta of zo en basilicum. Oh, en twee zachtgekookte eitjes, en uiteraard ook heerlijke koffie.
Nee, ik heb niet alles opgegeten: ik heb de kaas laten liggen, heb ook geen extra brood genomen, maar heb wel de rest van het bord leeggegeten en zelfs nog een croissantje of twee gepikt.
Ja, ik heb ’s middags niet meer gegeten. Verwondert iemand dat?
En ondertussen heb ik een goeie babbel gehad met de charmante gastvrouw Sofia, onder andere over haar tienerzoon, en laat dat nu iets zijn waar ik wel iets over te vertellen heb, en ook advies over kan geven.
Resultaat? We mochten de ontbijten niet eens betalen! Serieus zeg! Als er nu eens een ontbijt was waar ik met plezier voor wilde betalen, dan was het dit wel!
In elk geval: als je ooit een logement zoekt in Brugge, en het mag wat luxueuzer zijn: niet twijfelen. Echt.
Frustratie…
Qua kas opfretten kan het de laatste dagen wel tellen, ja. Volgende week beginnen namelijk de examens, en ik wilde nog dingen afronden. Allez, meer bepaald: ik wilde mijn ongeziene teksten (aka versio aka vertaaloefeningen) zelf geven in vijf en zes. Die worden op voorhand gevraagd, omdat ik weet dat, als ik die op het examen zelf vraag, ze tegen dan al lang hun concentratie kwijt zijt.
Gisteren waren het die van de vijfdes, vandaag die van de zesdes. Nu, die dingen zijn zo opgesteld dat ze daar niet veel vragen kunnen bij hebben, maar toch, het is blijkbaar een pak geruststellender als hun eigen leerkracht aanwezig is. Of, dat mag ook, een andere collega Latijn. Helaas… Gisteren ging het écht nog niet, en vandaag… Tsja, ik had gehoopt van wel, maar driewerf helaas, langer dan een minuut of twee kan ik niet rechtstaan zonder te vergaan van de pijn, en zelfs misselijk te worden. Niet dus. Ook vandaag kregen mijn zesdes hun stukje examen van iemand anders, voorzag ik taken voor mijn eerstes (die toch geen examen Latijn hebben wegens module, bij wie het dus niet zoveel kwaad kan) en voorzag ik ook taken voor mijn tweedes. Ik had gerekend op nog drie uur les en een herhalingsles bij die klas om nog een aantal dingen af te werken, maar ook hier: helaas. Blijkbaar was dat in twee richtingen, want ik kreeg in de namiddag een beleefd mailtje van een van de leerlingen vanuit de studie – uiteraard met toestemming van de toezichthoudende leerkracht – met een aantal vragen die nog net niet aan paniek grensden. Of zij dat bepaalde stuk dan ook moesten kennen, en of ik dat nog ging uitleggen, en wat ze nu moesten doen met die ene tekst die we wel gezien hebben maar nog niet verbeterd? Ik mailde hen een geruststellend antwoord terug dat we alles maandag nog wel gingen oplossen, en dat ik een paar dingen ging schrappen, geen probleem. Oef.
Maar man, mocht het ook maar enigszins gelukt zijn, ik had daar gestaan in die klas, echt waar.
Nu lag ik dus in de zetel, en had ik het ongelofelijke geluk van een goede vriendin te hebben die niet alleen op vrijdag maar tegen elven moet beginnen lesgeven, maar ook nog eens verzot is op ontbijt, en dus maar langs kwam met een doos vol koeken en een fijne, fijne babbel.
Intussen ben ik al zover dat ik wel een halfuurtje op mijn eigen goeie keukenstoelen kan zitten, en dus vrolijk mee kon kletsen en knabbelen. En daarna werd er natuurlijk verder gekletst in de zetel, boven respectievelijk een koffie en een thee.
Dit soort dingen, en nog steeds de mentale boost van vorig weekend, zorgen ervoor dat ik ondanks alles het kopje nog niet laat hangen. Want soms, soms is dat moeilijk met dat lijf van mij. Het is 47, en gedraagt zich als 85. Jippie…
365 – 30 november 2018 – fantastisch gezelschap met fantastisch ontbijt
365 – 12 augustus 2018 – warrig
365 – 17 juli 2018 – ontbijtje
Ontbijtje
Als ge zo met verschillende gehandicapten tegelijk zijt, die allemaal min of meer aan huis gekluisterd zijn, dan is het des te leuker om samen te ontbijten of zo. Al meer dan drie maanden thuis, dat begint te wegen, al kan ik niet zeggen dat ik me verveel.
Maar Pascale, de mama van Kobes vriendje Jonathan, sukkelt al jaren met de knie. Momenteel is ze weer thuis, want de spil in haar knie en been is vervangen door een nieuw exemplaar. In december hadden we al eens samen ontbeten, en daarvoor was zij ook al eens hier langs geweest. Maar momenteel ben ik dus wel mobiel en zij niet, en daarom reed ik deze morgen naar daar. De vorige keer had ik koffiekoeken meegenomen, deze keer een paar sneden van het speculaasbrood van gisteren. Ik heb ervoor moeten schermen, dat wel, maar het viel bijzonder in de smaak, zo bleek, ook al viel het een beetje uit elkaar.
In elk geval hadden we allebei weer een zeer fijne voormiddag. Die dagen, dat vliegt voorbij…