Keep KAM and carry on

Het was eventjes chaos vandaag op school. Er waren op zich al tien afwezige leerkrachten, zodat het opvangen van die klassen al enige voeten in de aarde had. In de studiezaal kunnen normaal twee à drie klassen, maar nu met corona echt maar twee. In de eetzaal kunnen ook twee klassen. Maar ook opvangleerkrachten zijn er momenteel nauwelijks, dus ja, wat moet je met die leerlingen doen? Wie we later konden laten komen of eerder naar huis konden laten gaan, die leerlingen kregen dispensatie. En er liep ook een aantal klassen onder toezicht op de speelplaats. Roeien met de riemen die je hebt, noemen ze dat.

En toen kwam het bericht dat de volledige 2F in quarantaine moest. Mét de leerkrachten die er de laatste 48 uur les hadden gegeven. Jawel, nog tien leerkrachten extra thuis. Twintig op de ongeveer vijftig die er aanwezig zijn, dat, welja, is een beetje te veel van het goede.

De directie nam dus een stevige, maar noodzakelijke beslissing: de school ging dicht. Allez ja, fysiek dan toch. We schakelden zonder meer over naar afstandsonderwijs op vrijdag, voor alle leerlingen, behalve modules in het eerste jaar en basisopties in het tweede.

Maandag beginnen de examens voor tweede en derde graad, en die mogen wel fysiek doorgaan. Ze zitten wel met twee halve klassen in een lokaal, maar bon, dat is dan hun examenbubbel voor twee weken. De eerste graad krijgt nog drie dagen afstandsonderwijs en begint ook donderdag aan de examens. En de activiteiten na de examens? Allemaal geschrapt, inclusief fysiek oudercontact, inkijken examens, laatste fijne halve dag. Tsja.

Concreet wil dat zeggen voor mij dat ik morgen nog online les geef aan vierdes, vijfdes en zesdes, maar dat ik bepaalde dingen niet meer kan overlopen. En mijn lessen in één en twee zijn zonder meer geschrapt. Euh… Ja, zeker?

En durf nu niet te zeggen dat we niet snel kunnen schakelen in het onderwijs he!

Haven 7.5: Baken

Het zijn barre tijden voor het larpen, tegenwoordig, zoals voor zovele dingen. Maar larpen, dat kan je op quasi geen enkele manier coronaproof uitvoeren. Ik bedoel maar: op de grote evenementen zijn er ongeveer 150 mensen op een relatief kleine oppervlakte die samen in een herberg zitten, in grote slaapzalen slapen – van die scoutsdingen met stapelbedden per twee naast elkaar – eten in grote eetzalen en op tijd en stond stevig met elkaar op de – latex – vuist gaan, close combat en vaak full contact. En dat vermijden, tsja, dan heb je geen larp meer.

Larpen is dus al meer dan een jaar – wat zeg ik, anderhalf jaar – geschrapt, en het ziet er niet naar uit dat het binnenkort weer zal mogen. Meh.

In december was er nog een online Aether, deze keer ging het om een heuse Haven. Jawel, compleet met volledige setting, figuranten, en zes verhalen waarin je telkens met zes spelers een probleem moest zien op te lossen, eigenlijk zoals je op een evenement een missie gaat doen met een groep van zes.

Ik had gekozen voor het onderzoeken van een ruîne van een vorige beschaving, iets waarin ik intussen een beetje een expert ben geworden en zowat de enige, naast mijn medevossen, die de taal kan begrijpen.

Ik heb eigenlijk een zeer amusante avond gehad, en het leuke is dat je dingen kan doen die je in het echt niet kan waarmaken, zoals bijvoorbeeld aangevallen worden door een honderdtal kurkdroge mummies, en die dan in brand steken. En dan er eentje van die brandend op mijn staf spietsen en daarmee een mumakil doen, zijnde van links naar rechts zwieren – die dingen wegen niks – en er de rest mee omverkegelen en in brand steken.

Na het avontuur zijn we nog aan een virtueel kampvuur beland, met toch wel nog wat spelers, en zijn we zoals in het echt tot vier uur blijven kletsen. Net echt.

Yup.

Ik miste de koude voeten, de rook van het vuur in mijn kleren, en de doorgegeven fles mede – dat laatste komt nu ook wellicht nooit meer terug – maar verder was het wel right in them feels.

Ik mis het larpen zo keihard, maat…

Online lezing

Normaal gezien durf ik al eens naar een lezing gaan van het Nederlands Klassiek Verbond of van het Griekenlandcentrum, maar uiteraard ligt ook dat nu op zijn gat. Tsja.

Het NKV vond echter dat het evengoed online kon doorgaan, zo’n lezing, en ik vond dat ook wel. Het duurde wel even voor de spreker zijn presentatie gesynct kreeg, maar bon. Concreet lag ik dus in mijn zetel, met mijn dochters nieuwe hoofdtelefoon op, te luisteren naar “Arjan Zuiderhoek – Rumoer in de polis: over sociale conflicten in de Griekse stad”. Op zich nog wel interessant, maar er waren een paar “lolbroeken” ingelogd die in de chat de hele boel eigenlijk continu stoorden, op lagereschoolniveau, echt. Idiote opmerkingen, idiote vragen… precies alsof ze gedronken hadden of zo, bijzonder kinderachtig.


Maar verder was dat eigenlijk best wel oké, zo’n lezing: was ze fysiek doorgegaan, ik had er me niet meer heen gesleept, daarvoor was mijn dag te vol vandaag en werkte de rug niet meer mee. Maar nu ben ik tenminste weer mee wat de antieke auteurs in hun schrijfsels wisten te vertellen over standentwisten, conflicten en andere problemen in de gemiddelde Griekse polis. ’t Is maar dat ge het weet.