Nee, het gaat niet goed met Wolf. Op het einde van de vakantie leek het inderdaad alsof er wel wat beterschap was, en ja, het is inderdaad niet zo slecht als het geweest is in juni.
Maar goed kan je het niet noemen, nee. Sinds hij weer zeven uur per dag op een stoel moet zitten, zien we het zo bergaf gaan. Naar school fietsen lukt niet, en dus proberen Bart en ik een regeling uit te werken om hem te brengen en te halen. Want de bushalte is een eind wandelen van huis, en ook dat is te veel momenteel.
Hij heeft duidelijk goede en slechte dagen, dat merken we ook. Op slechte dagen komt hij helemaal bleek en getrokken van de pijn thuis, en kruipt hij meteen in zijn bed om een paar uur te slapen. Niet oké dus, voor een jongen van dertien.
Ik heb met de directie nu een regeling uitgewerkt: om er toch voor te zorgen dat hij zo veel mogelijk lessen kan bijwonen en niet halve of zelfs hele dagen moet beginnen missen, ben ik vandaag bij ons pa mijn oud kotmatrasje gaan halen, een schuimrubberen geval dat eigenlijk verbazingwekkend goed ligt, maar superlicht is. Ik ga daar een overtrek rond doen en een dekentje meebrengen, en dan in een klein lokaaltje installeren. Op die manier kan hij, als het nodig zou blijken, een lesuur gaan liggen. Want nee, gewoon rechtstaan of even rondlopen is absoluut niet voldoende als hij zwaar over zijn pijngrens is gegaan. Ik hoop dat het niet nodig zal zijn, maar indien wel, is de mogelijkheid er toch.
Geduld, zei de specialiste, geduld.
Jah…