Gisteren belde ons pa: dat ze in het jacht een wilde ree hadden moeten neerschieten die daar tuinen en zo aan het vernielen was, en dat hij dus een deel van het vlees kreeg. Jacky, de opzichter, is slager van beroep, en het vlees werd dus vakkundig versneden. Alleen: ons pa kreeg het niet in zijn diepvries, en het zou wellicht toch Bart zijn die het op een zondag zou klaarmaken, dus: wilde ik het niet komen ophalen?
Ik zei uiteraard niet nee, ging deze voormiddag examen afnemen, en reed toen binnendoor naar Zomergem. Waarom binnendoor? Awel, daar lagen nog een paar caches te wachten, of wat dacht u?
Ik genoot van de mooie plekjes, reed over een brug waarover ik bij mijn weten nog nooit had gereden, en stond snel bij ons pa. Daar kreeg ik, behalve een knuffel en een warm welkom, ook een pak stoverij, koteletten en biefstukken mee. Zalig!
Lang kon ik niet blijven, want ik had – eindelijk! – nog een afspraak bij de kapper. Mijn eigen ouwe getrouwe kapster, Marie-Jeanne, is eigenlijk al een tijdje met pensioen, maar doet nog altijd een aantal trouwe klanten. Ik kom al bij haar sinds mijn studententijd, go figure. Maar nu is ze intens aan het verbouwen geslagen, en lukt het even helemaal niet meer. Tsja.
Ik heb dan maar, in samenspraak met haar, een nieuwe kapper uitgeprobeerd. Ik ga toch een keer moeten overschakelen, willen of niet… Dus zat ik deze middag bij Ch’Veux hier op Wondelgem, en moest vaststellen dat het wel oké was. Net iets duurder ook: 35 euro ipv. 20 voor snit en drogen. Ik heb niet graag dat ze mijn haar wassen, en brushen is al helemaal overbodig met mijn fluitjeshaar.
Hmm, toch liever Marie-Jeanne, voor zolang het nog kan.