Lectuur: “The Aeronaut’s Windlass (The Cinder Spires, #1)” van Jim Butcher

Ik ben grote fan van Butchers Dresden Files, maar ook zijn Codex Alera kon me zeer bekoren. Ik zocht nu nog lichte fantasy die snel leest, en daar leent Butchers schrijfstijl zich wel toe, ook al is dit ook nog een boekje van 643 pagina’s.

We schrijven ergens in een toekomst met behoorlijk andere fysicawetten. De mensheid leeft in torenspitsen, ver boven het grondoppervlak van de aarde. Dat laatste is bevolkt door zeer vreemde en vooral zeer gevaarlijke creaturen, en daarom leeft de mens dus in rivaliserende immense spitsen van twee mijl hoogte en twee mijl doorsnede, op verschillende niveaus. Verplaatsingen en handel tussen de spitsen gebeurt via luchtschepen, denk klassieke galjoenen, dreadnoughts, klippers, dat soort dingen. Ze worden in de lucht gehouden door kristallen die speciaal daarvoor gekweekt worden en die elk specifieke eigenschappen hebben. Zo zijn er die gewoon elektriciteit opwekken, andere die licht geven, een energiebal kunnen afschieten als wapen, de zwaartekracht opheffen, dat soort dingen. Voortstuwing gebeurt dan weer via etherische stromingen die alomtegenwoordig zijn en waarvoor een etherisch web als zeil bestaat. En daarbinnen zijn er dus handelaars, een militaire armada en ook piraten, jawel. Denk steampunk met piraten.

Hoofdpersonages hier zijn Gwen, de zestienjarige zeer eigenzinnige erfgename van een van de grootste en belangrijkste adellijke huizen van Spire Albion, haar neef Benedict, kapitein Grimm van de Predator, de jonge vleeskweker Bridget die dienst neemt in de Garde, en haar kat. Jawel, katten zijn hier hoogintelligente, zij het bijzonder arrogante en irritante beesten. En dan gaat het mis op Spire Albion wegens een aanval van de Armada van Spire Aurora, waarbij er ook nog andere krachten aan het werk zijn.

Een klassiek fantasyverhaal in een aan de ene kant zeer herkenbare wegens piratige setting, aan de andere kant compleet van de pot gerukte samenleving. Butcher hanteert verschillende POVs (point of view) van zijn personages, maar die van de katten zijn hoogst irritant. Ja, katten zijn arrogante, hooghartige en irrationele beesten, maar moet dit nu echt? Jammer genoeg kan je die hoofdstukken niet overslaan omdat ook die wel degelijk een onderdeel uitmaken van het verhaal en dus de plot voorstuwen, maar ugh… Niet Butchers beste idee, naar mijn bescheiden mening, en ik las vaak hetzelfde in andere commentaren. Maar verder? Hoogst onderhoudende en lichte lectuur, geschreven in een rotvaart.

Ik lees het vervolg ook, maar ik hoop echt uit de grond van mijn hart dat die katten minder prominent worden.

Lectuur: “What Abigail did that summer” (Rivers of London #5.3) van Ben Aaronovitch

In 2020 draaide ik er de volledige reeks “Rivers of London” met veel plezier door, en af en toe zijn er ook novelles, zoals dit exemplaar van 185 pagina’s.

Normaal gezien is het hoofdpersonage Peter Grant, een politieagent en lid van de speciale brigade van magiërs, ook wel de Folly genoemd. In één van de boeken werd het personage van Abigail geïntroduceerd, zijn nichtje, een bijzonder intelligente en vooral rebelse puber die ook magie wil leren, daar alles voor doet, en blijkbaar ook wel aanleg heeft. En met de vossen die in Londen leven, kan praten, dat ook.

En dan blijken er in Hampstead Heath, waar zij woont, regelmatig tieners te verdwijnen voor een paar dagen. Ze komen ongedeerd terug maar kunnen niet verklaren waar ze geweest zijn. Abigail gaat op onderzoek uit, samen met een nieuwe vriend Simon en een hele meute spionerende vossen. En dan wordt het hele verhaal een echt spookhuisverhaal, met alles erop en eraan.

Aaronovitch werkt het verhaal opnieuw mooi uit: zowel het nieuwsgierige, rebelse karakter van Abigail komt naar voor, het typische Londense temperament en de magie. En toch blijft alles realistisch aanvoelen, net omdat die magie niet op de voorgrond treedt. En ja, Aaronovitch weet hoe hij moet schrijven: het verhaal leest als een trein. Zoals gewoonlijk. Yup, een fijn klein tussendoortje.

Lectuur: “The Remains of the Day” van Kazuo Ishiguro

Ik weet dat ik vroeger, jaren geleden, de film heb gezien met Emma Thompson en Anthony Hopkins, en dat ik die prachtig vond. Ik vond het dan ook helemaal niet erg om dit boek uit de BBC-lijst ter hand te nemen.

Wat ik niet wist, is dat het volledig uit het perspectief van Stevens wordt verteld, de butler van Darlington Hall. In 1956 vertrekt hij, na een lange carrière, voor enkele dagen met vakantie in de auto van zijn werkgever, en op die manier denkt hij terug aan zijn leven, zijn carrière en alles wat Darlington heeft betekend in de geschiedenis. Het valt vooral op hoe ongelofelijk formeel Stevens in alles is gebleven, hoe hij zijn eigen persoonlijkheid en zijn emoties altijd heeft onderdrukt ten voordele van zijn professionaliteit, en hoe hij daardoor ook de liefde van zijn leven is misgelopen.


Hoewel het vaak humoristisch is, is het vooral een triest verhaal. Een verhaal van spijt, spijt over de extreme toewijding aan een werkgever die – met de beste bedoelingen weliswaar – bijzonder foute beslissingen rond de tweede wereldoorlog heeft gemaakt, spijt over de manier waarop hij zijn vader moest laten gaan, spijt over de formaliteit die hem altijd heeft tegengehouden zijn gevoelens te uiten tegenover de huishoudster van Darlington Hall, zijn grote liefde.

Tegelijk is het ook een schets van een veranderend Engeland, zoals we dat ook zien in Downton Abbey.

Al bij al een prachtig, ontroerend boek.

Lectuur: “Maigret tend un piège” van Georges Simenon

Kobe wist me te zeggen dat hij dit boek in vereenvoudigde versie moest lezen voor Frans. Als in: tegen de volgende dag. Maar hij vond het geen probleem: hij snapte volledig wat de plot was, de karaktertekeningen, dat soort dingen. Hij is echt wel goed in lezen, in tegenstelling tot zijn arme broer, van wie ik dus gewoon niet doorhad, toen hij zo worstelde met zijn Franse boeken, dat hij zware dyslexie had. Maar bon, ik besloot het dus alsnog te lezen, ook al zou het te laat zijn voor zijn examen, mocht hij problemen hebben. Het doet mijn Frans goed, zo’n Franstalig boek zo af en toe. En nee, ik lees het niet in de vereenvoudigde en ingekorte versie, nee dank u.

Deze nr. 48 in de reeks van Inspecteur Maigret voldoet aan alle vereisten: een grommelende inspecteur, zijn vrouw die geduldig zit te wachten thuis en geen vragen stelt, een plot die hopeloos vast lijkt te zitten, en dan de oplossing, eentje die je niet meteen verwacht. Allez ja, als je er al een reeks hebt gelezen, begin je wel een en ander te vermoeden.

In de faubourg rond Montmartre zijn in de afgelopen zes maanden al vijf jonge vrouwen vermoord, compleet willekeurig. De enige vaste elementen: de buurt en het geslacht. Oh, en de vrouwen zijn ook nooit echt mager. Maar verder geen vaste straat, geen vaste dag, geen vast uur, zelfs geen echte vaste methode. Maigret staat voor een raadsel, en de sfeer in de buurt en zelfs in heel Parijs wordt grimmig. En dan besluit hij een val op te zetten, zoals de titel al weergeeft…

Maar of die meteen het gewenste resultaat heeft? Of zijn er andere elementen die hij niet meteen opgemerkt heeft?

Simenon levert, zoals altijd, goed werk: gedegen, een goeie plot, een karaktertekening die niet té uitgebreid is maar toch ook weer niet oppervlakkig blijft… Kortom, een Maigret naar verwachting. Niet meer, maar ook niet minder.

Lectuur: “Lavinia” van Ursula K. Le Guin

Naast mijn BBC-lijst, de Big Read en mijn lijst met fantasy- en science fictionboeken heb ik nu dus nog een vierde lijst van boeken die ik wil lezen, liefst afgewisseld.

Het gaat om de lijst van oudheidgerelateerde boeken, waarin een bekend verhaal verteld wordt vanuit een ander, doorgaans vrouwelijk perspectief. Een eerste dat ik van deze lijst plukte, was deze Lavinia, het verhaal van de vrouw – of op dat moment eigenlijk nog meisje – om wiens hand Aeneas een heuse oorlog voert met Turnus. En uiteraard aan dat hand de heerschappij over Latium, maar bon.

Vergilius haalt haar wel aan in zijn Aeneis, maar laat haar niet aan het woord komen, of geeft zelfs haar gevoelens of mening niet weer. Ze is een prijsbeest dat moet veroverd worden, een object.

Le Guin brengt hier hetzelfde verhaal, tot in de details, maar met Lavinia als hoofdpersonage. We zien hoe ze opgroeide in Laurentum bij een liefhebbende vader – koning Latinus – en een dolgedraaide moeder, Amata. Die ziet het al helemaal voor zich: haar dochter trouwt met Turnus, een neef van Amata die koning is van de Rutuliërs, en op die manier worden beide volkeren met elkaar verbonden. Maar een voorspelling heeft Latinus ervoor gewaarschuwd om Lavinia niet met een lokale man te laten trouwen, maar met een edele figuur uit het buitenland. En voilà: Aeneas. Maar dat appreciëren de Latini niet bepaald en die gaan samen met Turnus en co de strijd aan met de Trojanen.

Het verhaal stopt echter niet waar de Aeneis stopt, namelijk met de dood van Turnus. Lavinia moet zich daarna namelijk ook nog zien te handhaven, wanneer na een drietal jaar ook Aeneas sterft. Ze hebben samen een zoon, maar Aeneas’ zoon uit zijn eerste huwelijk, Ascanius, maakt het haar niet makkelijk.

Le Guin slaagt erin om het personage van Lavinia echt tot leven te brengen: het is een meisje van vlees en bloed, met eigen verlangens en eigen dromen, in een bepaald vrouwonvriendelijke samenleving. Er zit een sterk magische/goddelijke inslag in, maar dat stoort hoegenaamd niet, omdat de goden nu eenmaal redelijk dominant waren op dat moment. Het enige ietwat vreemde element is dat ze Lavinia laat praten met Vergilius, de dichter die zich verontschuldigt dat hij haar niet aan het woord laat, en die haar zal voorspellen wat er nog komt.

Al bij al een mooie aanvulling op de Aeneis. Niet meer, maar zeker ook niet minder.

Lectuur: The Shadow Rising” (The Wheel of Time #4) van Robert Jordan

Alweer meer dan 1000 pagina’s, en eigenlijk kan ik er relatief weinig over zeggen zonder de hele plot te verraden. Ik doe een poging, maar dan kom je wel een en ander te weten over boek drie.

(Spoiler Alert)

Rand zit in Tear en heeft daar, met zijn Aiel, de macht overgenomen. Wat zijn plannen nu zijn, daar heeft iedereen het raden naar, en dat is net de bedoeling: voorspelbaarheid betekent in de kaart spelen van The Dark Lord. Maar dat wil niet zeggen dat de Heren van Tear daar blij mee zijn.

Intussen gaat het behoorlijk fout in de White Tower, iets wat Min ziet aankomen maar niet kan tegenhouden. En het probleem is dat noch Elayne, noch Nynaeve of Egwene daarvan op de hoogte zijn.

En dan is er nog Two Rivers, het thuisland van Rand en co. Perrin, ta’veren als hij is, is naar ginder getrokken met zijn Faile en wordt op de hielen gezeten door een hele horde Whitecloaks. En dan komen de Trollocs en de Myrrdaal. En de rest van de Forsaken…

Het verhaal loopt dus doodgewoon verder, met telkens een netjes opgebouwde spanningsboog, een grote finale en de nodige twijfels bij alle personages. Op één of andere manier slaagt Jordan er ook telkens weer in om de verschillende plotlijnen, met soms duizenden kilometers tussen, toch weer netjes te laten samenkomen.

Ik lees verder.

Lectuur: “Anne of Green Gables” van Lucy Maud Montgomery

Eigenlijk had ik deze al gelezen als tiener, en ik herinner me dat ik er dol op was, net zoals op de televisiereeks die toen werd uitgezonden. Heerlijk jeugdsentiment dus.

En toen kwam Merel af met een Netflixreeks Anne with an E, en bleek dat diezelfde Anne Shirley te zijn. Merel was enthousiast zoals alleen meisjes van 12 dat kunnen zijn, maar ik ben nu eenmaal geen tv-kijker, eerder een lezer. En aangezien dit boek ook in de BBC-lijst stond, heb ik het maar herlezen.

Jawel, het is nog steeds zoals ik me herinner: Anne is een weesmeisje dat min of meer per ongeluk – ze wilden eigenlijk een jongen – op een boerderij terechtkomt bij een al wat oudere broer en zus. Ze is bijzonder taalvaardig maar helaas ook nogal onbesuisd, wat haar in de meest grappige en gênante situaties doet verzeilen. Ideaal om te verfilmen, eigenlijk, want in elk hoofdstuk komt ze wel iets anders tegen, hetzij op haar eentje, hetzij met haar vriendinnen.

Tegelijk is het boek ook een ode aan de natuur op het Canadese Prince Edward Island: als stadskind dat opgesloten zat tussen de muren van een weeshuis, kan ze ronduit lyrisch zijn over de natuur rondom zich, en als lezer geniet je gewoon mee.

Zijn het diepgaande verhaaltjes? Goh nee, het zijn heerlijke situaties die wel voor iedereen herkenbaar zijn omdat iedereen als kind wel eens een domme stoot (of twee) heeft uitgestoken. Maar daarnaast komt ook ‘het leven’ erbij: je kiest niet altijd waar je terechtkomt, het leven loopt niet altijd zoals je het zou willen, en ook Anne moet op een bepaald moment enkele moeilijke keuzes maken. Net dat aspect tilt het boek naar een hoger niveau en maakt het zo fijn om te lezen.

Terecht een klassieker, en eentje dat ik in Merels handen ga steken.

Lectuur: “The Dragon Reborn” (The Wheel of Time #3) van Robert Jordan

Na boek twee komt uiteraard boek drie – er volgen er nog wel een paar – en ook hier gaat het verhaal eigenlijk gewoon naadloos verder.

(Spoiler alert)

Rand is door Moiraine bevestigd als de Dragon Reborn, maar wil niet gecontroleerd worden. Op zijn eentje trekt hij, nog half gewond, richting Tear om daar ook effectief te bewijzen dat hij de Dragon Reborn is door een van de profetieën in vervulling te laten gaan. Moiraine, Lan, Perrin en Loial gaan hem achterna, maar slagen er niet echt in hem in te halen voordat hij ook echt in Tear is.

Egwene, Nynaeve en Elayne brengen intussen op het nippertje Mat naar Tar Valon, voor hij helemaal bezwijkt. Daar krijgen ze de opdracht om op de Black Ajah te gaan jagen, en dus naar Tear te gaan. En Mat, die een brief naar Cairhien moest brengen voor Elayne, hoort daar dat er een moordcomplot bestaat om Elayne uit te schakelen. Waarna ook hij naar Tear trekt, waar het uiteindelijk tot een grote finale komt, compleet met Aiel.

Veel valt er eigenlijk niet over te zeggen, over zo’n boek van een kleine 1000 pagina’s, zonder in details te vervallen. Jordan heeft een meesterlijke wereld gecreëerd en blijft daar vrolijk in verder gaan, zodat je telkens weer nieuwe kleine dingen ontdekt.

Ik blijf lezen.

Lezing: “Het vrouwelijk perspectief; de oudheid door de ogen van vrouwen”

Ik durf al eens naar een lezing te gaan, doorgaans die van het NKV, het Nederlands Klassiek Verbond. Vroeger ging ik vaker naar die van het Griekenlandcentrum, dat vooral over de cultuur in het huidige Griekenland rapporteert. Ons ma was daar grote fan van, vandaar.

Maar nu heeft het Griekenlandcentrum een reeks lezingen die me wel kan boeien, enfin, de meeste toch.

Ik moest me behoorlijk reppen want ik kwam pas met Merel thuis van de muziekles om half zeven, moest nog snel koken en wilde dus om half acht op de Blandijn staan. Het is me net gelukt, oef.

De Nederlandse Jacqueline Klooster had het over hoe, in de vierde feministische golf, de klassieke mythes herverteld worden, maar vanuit het standpunt van de vrouwen die doorgaans enkel een rol in de marge spelen. Neem nu het boek “Lavinia” van Ursula Le Guin: om haar hand – en het bijhorende koninkrijk, dat ook – wordt in de Aeneis een heuse oorlog gevoerd, maar zij komt niet aan het woord. Meer nog, in de hele Aeneis komt ze met moeite ter sprake, tenzij als veroverbaar object. Klooster vroeg zich af hoe dat komt, en gaf meteen ook een hele lijst boeken die inderdaad een ander perspectief geven, vanuit het standpunt van Penelope, Medusa, Kassandra, Klytaimnestra, Circe…

Ik ga die boeken hier even oplijsten, zowel voor mezelf als voor wie er interesse in zou hebben. Klooster gaf aan dat het zowat begon met de Penelopiad van Atwood, maar dat er sindsdien een heuse stormvloed aan hervertelde mythen is, niet alleen de klassieke.

Bon, best een interessante avond gehad. En dus opnieuw een stevig pak lectuur, al heb ik er wel al een paar van gelezen – die zijn gelinkt naar de bespreking.  Pas op, Klooster waarschuwt wel dat dit geen waardeoordeel bevat, alleen het onderwerp.

* The Penelopiad van Margaret Atwood (2005)
* Lavinia van Ursula Le Guin (2008)
* The Song of Achilles van Madeline Miller (2012)
* Galatea van Madeline Miller (2013)
* For the most beautiful van Hauser (2016)
* Circe van Madeline Miller (2017)
* The Children of Jocasta van Haynes (2017)
* For the winner van Hauser (2017)
* The Silence of the Girls van Pat Barker (2018)
* For the Immortal van Hauser (2018)
* A thousand ships van Haynes (2019)
* Wake Siren van MacLaughlin (2019)
* Ariadne van Saint (2021)
* Daughters of Sparta van Heywood (2021)
* The Women of Troy van Pat Barker (2021)
* Medusa van Burton (2021)
* Medusa van Hewlett (2021)
* Greek Myths van Emily Higgins (2021)
* Stone Blind van Haynes (2022)
* Electra van Saint (2022)
* Ithaca van Claire North (2022)
* Wrath Godess Sing van Deane (2022)
* Athena’s Child, Queens of Themiscyra, A Spartan’s Sorrow van Hannah Lynn (2022)
* Atalanta van Saint (2023)
* The Shadow of Perseus van Heywood (2023)
* Clytemnestra van Casati (2023)
* House of Odysseus van Heywood (2023)
* Lies we sing to the Sea van Underwood (2023)
* Phaedra = The Heroines van Shepperson (2023)
* No Season but the Summer van Leyser (2023)
* Psyche and Eros van MacNamara (2023)
* Spin van Caprara (2023)
* Medusa’s Sisters van Bear (2023)

* Gender Swapped Greek Myths van Karrie Fransman en Jonathan Plackett
* God of Fire van Helen Steadman
* Argos van Ralph Hardy
* The Just City van Jo Walton

 

Lectuur: “The Great Hunt” (The Wheel of Time #2) van Robert Jordan

Nu ik boek 1 van The Wheel of Time heb gelezen, moet ik wel voortdoen, toch? Zoals ik al zei, ben ik de eerste keer niet voorbij boek vijf geraakt, maar deze keer ben ik met volle goesting naar boek twee gegaan. Het is wellicht dertig jaar geleden dat ik ze gelezen heb, ik weet er zo goed als niks meer van.

(Spoiler alert) Na de manier waarop Rand de aanval op Fal Dara heeft afgewend, is het wel duidelijk dat hij de Dragon Reborn is. Zelf durft hij dat nog steeds niet toegeven, maar hij kan niet veel anders nadat de Amyrlin Seat hem dat ook verzekert. Alleen is intussen de Hoorn van Valere gestolen, de Hoorn die nodig is volgens alle profetieën, zodat Rand, Mat en Perrin samen met een handvol Shienaran achter de Hoorn aangaan, met alle gevolgen vandien.

De meisjes – Egwene, Nynaeve en intussen ook Elayne, de erfgenaam van Andor – trekken intussen naar de Toren van de Aes Sedai in Tar Valon om er hun opleiding te beginnen.

En dan komen de Seanchan, een volk van veroveraars dat vrouwen die kunnen kanaliseren, tot slaaf maakt. Egwene valt in hun handen…

Het verhaal gaat dus gewoon naadloos verder, waarbij ook alles verder wordt uitgediept: de Aes Sedai, de wereld, de personages en hun angsten en twijfels… En tegelijk komt er een hoop extra plot in het spel, wordt diezelfde wereld een pak aangedikt, een pak rijker.

Ik ben benieuwd hoe het verder gaat, dus ja, ik lees verder.