Eerst had ik “A beautiful boy” van Vikram Seth ter hand genomen, maar dat bleek 1500 bladzijden te zijn, en dat zag ik even niet zitten. Ik had meer zin in stevige fantasy, en ik was eigenlijk al behoorlijk fan van Brandon Sanderson na de zeven boeken van de Mistborn Trilogy. Op Goodreads zag ik dat zijn Stormlight Archive eigenlijk nog hogere scores kreeg, en dat zag ik dan wel volledig zitten. Alleen zag ik pas, toen ik al aan het lezen was, dat de boeken ook elk een duizendtal pagina’s zijn, met voorlopig vier boeken van een geplande reeks van tien. Tsja, dan was ik misschien beter toch bij Seth gebleven?
Toch was het met ietwat gemengde gevoelens dat ik de eerste 600 pagina’s las – toen ik dat opmerkte, zei Bart: “Hoort gij nu uzelf dat zeggen?” – aangezien ze vooral het schetsen van een zeer uitgebreide wereld zijn. Ja, het boek begint met een gigantische actiescène die al meteen de toon zet over de soort magie en gevechten en zo, maar toch… Daarna worden vooral de drie hoofdpersonages om beurt geschetst: Kaladin Stormblessed, een gedesillusioneerde soldaat die ongegrond tot slaaf is gemaakt; Shallan Davar, een jong naïef meisje van adel dat noodgedwongen op eigen benen moet proberen staan als geleerde, en Dalinar Kholin, een generaal en vechtmachine, en helaas ook de oom van de huidige koning.
Sanderson schetst de samenleving dus vanop drie niveau’s: de lage, onbeduidende stand, de middelhoge adel, en de absolute top van het koninkrijk. Hij begint in medias res maar keert heel regelmatig terug via flashbacks naar het verleden om meer duidelijkheid te geven over bepaalde politieke situaties en persoonlijke trauma’s van zijn personages. Sommigen vinden dit een manier om aan info dump te doen, maar flashbacks zijn al sinds Homeros daar de ideale manier voor: je hebt tegelijkertijd én meer info, én je kan in de andere hoofdstukken de plot vooruit doen gaan.
Je ziet al op voorhand dat de drie hoofdpersonages uiteindelijk met elkaar in verband zullen komen te staan, ook al liggen ze in het begin mijlenver uit elkaar. Maar de opbouw van de wereld verloopt soms wat traag, en vooral de hoofdstukken rond Shallan durven zelfs al eens aan de saaie kant te zijn. Aan de andere kant: alle info daar is noodzakelijk voor het verdere verloop van het verhaal, dat weet je als lezer ook wel.
Na zo’n bladzijde of 600 komt er echt vaart in het verhaal: de wereld staat er en de plot mag zich eindelijk ontwikkelen. En dan is Sanderson weer op zijn best: politieke intriges, magische mogelijkheden die zich ontvouwen en waar de personages zich zelf niet eens bewust van waren, gelaagde karakters… Al zit er niet bepaald veel evolutie in het karakter van Kaladin, nochtans een van de meer intrigerende personages. Hij valt van de ene levenssituatie in de andere maar blijft dezelfde wantrouwige, grimmige, gedesillusioneerde jongeman. Tsja. Niet alles kan even top zijn.
Maar dit boek krijgt toch ook vlotjes 5 sterren van mij: een mooi uitgewerkte wereld, onversneden amusement, compleet escapisme en heel erg meeslepend. Vintage Sanderson, zou ik zeggen, en daar kan er niet voldoende van zijn. Op naar de volgende 1000 bladzijden!