Deze voormiddag nog een paar dingen geregeld, lasagne uit de diepvries gevist, en dan in de namiddag naar Meise. Er had iets van een actie in Klasse gestaan, en blijkbaar was dat Krokuskriebels van de Gezinsbond. Mijn ma en Alexander, het vijfjarig zoontje van mijn broer, waren ook mee.
Ginder kregen de kinderen een tasje met een opdrachtenboekje, een parcours, wasco’s, een vergrootglas en nog een paar dingen. Er zat gelukkig ook een map bij met uitleg voor de ouders. De bolderkarren waarvan sprake waren uiteraard al weg: er waren amper tien stuks, en er was toch net iets meer volk. Al een chance dat het niet regende, want we moesten wel een eindje rondlopen buiten.
We wandelden tot aan het kasteel,
bekeken de – nog jonge – sequoia en raapten een paar dennenappeltjes op, en gingen uiteindelijk de grote serres binnen. Er werd gekeken naar appelsienbomen, cactussen, kokospalmen, vleesetende planten, maar het meest tot de verbeelding sprak toch wat er níet was: de enorme stinkbloem, en de gigantische waterleliebladen, die nu nog maar een paar centimeter groot waren.
Was het een aanrader? Mja. Voor mijn ma, een plantenliefhebster, ging het allemaal te vlug, voor de vierjarige Kobe was het nog wat te hoog gegrepen. Vonden ze het leuk? Dat wel. Maar dat kan ook aan elkaars gezelschap gelegen hebben, al waren de zoekopdrachten soms wel leuk.
Voor de prijs hoefden we het alvast niet te laten: kinderen tot twaalf jaar zijn gratis, leraars ook, en officieel oude dozen zoals mijn ma betalen vier euro.
Iemand trouwens enig idee welke vogels dit zijn?