Koordagje

Normaal gezien doen we dat eigenlijk niet, zo’n koordag. Maar aangezien we over drie weken twee concerten hebben en eigenlijk door corona de laatste tijd niet veel kunnen repeteren hebben, was het wel keihard nodig.

Om half tien stonden we met zijn allen hier in de Zulle in Wondelgem waar onze concerten ook zullen doorgaan. Niet iedereen was er, maar toch bijna.

We hebben gezongen tot half één met een kwartiertje pauze, en dan van half twee tot half vijf met nog een half uur pauze. Het deed deugd, maar de rug vond het niet zo fijn. Ik heb dan op een bepaald moment gewoon een matje uit de auto gehaald en heb al liggend verder geluisterd – het gaat om de afwerking, de details nu – en gezongen. Een beetje vreemd, maar bon.

En onze dirigent, die meende het keihard! Maar hij werd wel een beetje moe…

En we hebben een cateraar in onze rangen, de vrouw van een van de zangers. Ze had voor soep gezorgd, en Orloffgebraad met gesauteerde wortels en puree. Alleen… koos de oven blijkbaar net vandaag uit om het op te geven. Gisteren werkte hij nog, zo werd ons verzekerd. Mja, daar waren we vet mee, als we ons Orloffsgebraad wilden warm krijgen.

En toen viel me iets te binnen: Wolf was aan de overkant, in de kantine van de KAA Gent Ladies, aan het werken, en daar hebben ze ook een oven. Ik even gaan vragen, en jawel, we konden die gebruiken. Om twaalf uur staken dus drie jonge gasten met elk een ovenschotel in handen de parking over, drie kwartier later kwamen diezelfde gasten met stevige ovenwanten terug met dampende schotels. Oef! Middagmaal gered!

Al een chance dat ik hier volk ken…