Hertog Jan
Toen Gert De Mangeleer en Joachim Boudens bekend maakten dat ze een punt gingen zetten achter hun driesterrenrestaurant Hertog Jan, boekte Bart meteen nog een tafel voor vier. Veel keuze had hij niet, en het was dus een zaterdagmiddag geworden, waarvoor we onze oudjes uitnodigden.
Ik had er al één keer gegeten, in oktober 2014, en was toen ongelofelijk onder de indruk, meer nog dan van het Hof van Cleve. ’t Is ook niet dat je dat alle dagen of zelfs alle maanden doet, met die prijzen, maar bon, als je hoort dat ze 35 mensen fulltime in dienst hebben, dan zijn die prijzen vrij logisch.
Het begon wel een beetje vreemd. Nelly had eergisteren haar auto een beetje kapot gereden, en Bart was haar dus al gaan halen in Ronse. Stipt om twaalf uur wilden we de parking in Zedelgem opdraaien, alleen… die was nog dicht! Vreemd, want we stonden eigenlijk nogal serieus in de weg daar op de baan, samen met nog een aantal andere auto’s. Nog vreemder was dat we gevraagd waren daar om twaalf uur te zijn, en dat er niemand de telefoon opnam in het restaurant. Enfin, een kleine tien minuten later zwaaide het hek open.
Meteen werden we binnengeleid in de ruime eetzaal, en dat is voor mij een van de grootste verschillen met het Hof van Cleve of pakweg Vrijmoed: de ruimte. Je krijgt er een ruime grote tafel, met overal rondom meer dan genoeg plaats, zodat je geen moment het gevoel hebt dat het er druk is. Ook dat is een gevoel van luxe, samen met het fantastische uitzicht over de grote moestuin. En dan moest het eten nog komen.
Wat ik ook in In De Wulf zalig vond, en hier nog meer, is het feit dat je, als je geen wijn drinkt, niet de hele maaltijd lang water moet drinken, maar de keuze krijgt voor een aangepast drankenmenu, met massa’s verschillende drankjes en sappen die perfect afgestemd zijn op je menu. Zalig gewoon, ik genoot intens.
Het begon al bij het aperitief: het gezelschap kreeg de keuze tussen drie verschillende soorten champagne, en ik koos voor een Shisolimonade van Hertog Jan zelf. Ik voelde me al meteen verwend…
En toen kwamen de hapjes: iets met bacon, rillette en augurk, daarna fijne krokante cannelloni gevuld met een tartaar van West-Vlaams rood rundsvlees, een fantastische gegrilde bloedworst, en een aardappelcrème met koffie, vanille en mimolettekaas.
Daarna mochten we heel even een kijkje nemen in de keuken, waar we een klein hapje geserveerd kregen met passievrucht, ganzenlever en zoethout.
Een eerste voorgerecht bestond uit een aardappelcrème, zeewier en daarop een royale laag Belgische kaviaar, met ragfijne aardappelchips erbij. Ook het brood was trouwens zeer lekker, vraag maar aan ons pa.
Als tweede voorgerecht kwam er een hele mooie bloem van zeebaars en rammenas, met een speciale tomatenjus erbij. Het drankje erbij kan ik niet meer omschrijven, maar man, dat was lekker!
Een derde voorgerecht was een combinatie van hopscheuten, garnalen en blond bier, maar dat vonden we eigenlijk allemaal een van de mindere: het leek wel alsof de hopscheuten net niet genoeg gegaard waren, of iets te lang waren doorgeschoten. Maar wel nog altijd zeer lekker hoor!
Waldorf en Statler zaten er intussen zeer vergenoegd bij, en ik had de indruk dat Nelly al wat last had van de wijn. Bart had die nochtans in mindere mate gevraagd, ik kreeg in elk geval meer sapjes dan zij glazen wijn, nog die chance.
Het vierde voorgerecht was een combinatie van Sint-Jacobsschelp, rundermerg en aardpeer, opnieuw zeer gesmaakt. Voor mij kwam daar een drankje op basis van appelsap bij, afgewerkt met curry, dat wel een biertje leek, maar veel beter van smaak :-p
Goh, het water loopt me trouwens weer in de mond terwijl ik dit schrijf.
Het vijfde en laatste voorgerecht was dan een variatie op paling in ’t groen. Lekker, maar vooral ongelofelijk mooi gepresenteerd. Zeg nu zelf… Ik kreeg er een mengeling van Crodino met vlierbloesemsiroop bij, en dat ga ik ook wel eens uitproberen, denk ik.
Uiteindelijk kwamen we bij het “hoofgerecht” aan, dat gelukkig ook niet al te groot was, want met al die hapjes en voorgerechten zou ne mens al genoeg hebben. We kregen Wagyu rund Stroganoff met carpaccio van champignon voorgeschoteld, met voor mij een glas kersensap met verschillende kruiden en andere dinges. Net echt.
De heren hielden het daarna bij een ruime selectie excellente kazen, Nelly en ik kozen voor een dubbel dessert, . Iets met veenbessen, yoghurt en rozen, en daarna nog iets met duindoornbes, chocolade en caramel.
Om af te ronden namen we nog een koffie, en kwam de snoepkar langs. Ik had eigenlijk meer dan genoeg gegeten, maar zo’n snoepjes, daar kan je toch geen nee tegen zeggen?
Tegen vijf uur ongeveer waren we buiten. ’t Is dat het zo veel geld kost, of we zouden dit echt vaker doen: het is pure verwennerij, echt waar.
Ik heb intens, intens genoten.
En dan kocht Bart als extra verwennerij nog vier flesjes van die shisolimonade voor mij. Zalig, toch?
365 – 24 maart 2018 – drie sterren
Gewoon: wow!
Bart had me een tijd geleden gevraagd om woensdagavond 1 oktober uit te blokken in de agenda, en een babysit te voorzien. Hij had uiteindelijk de verrassing niet voor zich kunnen houden: we gingen eten in het driesterrenrestaurant Hertog Jan van Gert De Mangeleer!
Ik ben ooit al driesterren gaan eten met de schoonfamilie in het Hof van Cleve, en was toen ook serieus van mijn sokken geblazen.
Hertog Jan – de Hoeve is helemaal, maar dan ook helemaal anders. En ook weer niet. Anders als in: het restaurant is ingebed in een gigantische moestuin, er is een keuken waar je kan inkijken, en er hangt een, tsja, frisse sfeer. En gelijk? Het niveau van koken, de aandacht voor details, dat soort dingen.
We kwamen aan, en onmiddellijk wist de dame aan de receptie dat ik geen komkommer mag eten, zoals Bart bij reservatie had doorgegeven. Je krijgt namelijk bij aankomst een fris drankje, en de mogelijkheid om te gaan wandelen in die reusachtige moestuin. In dat drankje zat komkommer, en dus stond er voor mij iets anders klaar. Ik heb niet onthouden wat het was, maar het was alleszins iets bizars. En die moestuin was overigens best indrukwekkend, ja.
Daarna kregen we een tafeltje in de grote, maar ondanks dat toch gezellige zaal. Aan de zijkant zijn er grote glazen deuren naar de oude schuur (vermoed ik), waar je heel erg ijverige koks in overall kon zien rondlopen, en waar ook Gert De Mangeleer voortdurend aan het uitleggen, bijsturen, roeren en proeven was. Leuk om zien.
Bij het aperitief kwam een pleiade aan hapjes, het een al origineler en lekkerder dan het andere. Bart en ik kozen voor het verrassingsmenu van vijf gangen, en hebben het ons geen moment beklaagd.
Het eten trachten te beschrijven zou het oneer aandoen, en dus ga ik dat ook niet eens proberen. Maar het is wonderlijk hoe je blijkbaar iets kan maken dat eerst volop naar rode biet smaakt, en waar pas na een paar seconden een serieuze smaak van zoethout bij komt. Of hoe ongelofelijk mals Wagyurundsvlees is. Of hoe hemels iets met gelakte paling en gerookte ham kan smaken. Bart en ik zaten regelmatig met halfopen mond naar elkaar te kijken, in een poging uit te drukken hoe lekker iets was.
Na het dessert kwam bij de koffie nog een snoepkar langs, en ik heb me serieus moeten inhouden bij al die ‘friandises’. Ik had namelijk meer dan genoeg gegeten, maar zat niet ‘poefedik’, en het zag er allemaal even smakelijk uit.
Is het voor herhaling vatbaar? God ja! Maar we zullen er toch eerst nog even voor moeten sparen. Want de rekening was evenredig met het eten, jammer genoeg. Ik had in elk geval een ronduit zalige avond.
Dank u, liefje!