We hadden het vorige week al vastgelegd: vandaag zouden Véronique en ik gaan geocachen. De exacte locatie was te bepalen al naargelang het weer: bij goed weer ergens op het platteland, bij slecht(er) weer in een stad, zodat we op tijd kunnen vluchten. Een blik naar buiten volstond om een stad vast te leggen, met name Oudenaarde, want daar waren nog wel wat te loggen caches en vooral ook een aantal labcaches.
Véro zag dat meteen zitten en nam ook Peter en plusdochter Sofia mee voor een gezellige namiddag. Maar zo zag het er in het begin niet uit: net toen ik aanzette, begon het te druppelen, en de hele weg naar Oudenaarde lang was het aan het gieten. Maar echt, gieten als in: rij wat trager want ge ziet niet waar ge rijdt. Ik dacht al: waar ben ik aan begonnen? Maar toen ik in Oudenaarde parkeerde vielen de laatste druppels, en toen klaarde het op. Ik had nota bene mijn zonnebril niet mee en heb de hele namiddag lopen pieren.
We wilden een multi afwerken die uiteindelijk meer dan vijf kilometer bleek te zijn, met onder de baan een hoop tussenstops van labcaches. We hebben wel veel bijgeleerd over Oudenaarde, Véro was wég van het kleine begijnhof en het Tacambaroplein, en we hadden echt een fijne namiddag, die eindigde zonder de uiteindelijke cache te vinden – mijn telefoon was plat, en de batterij van Véronique, waar ik op gerekend had, bleek een kapot kabeltje te hebben.
Maar we hadden er alle vier deugd van, de zon scheen en het voelde echt aan als vakantie.