Luie dagen

Dat het zo van die heerlijk luie dagen zijn, en wie geeft ons ongelijk?

Donderdag waren we te gast bij Gwen en Erik, zomaar: we wilden onze kinderen nog eens samen laten spelen, en dat deden ze, terwijl Gwen en ik heerlijk kletsten, en genoten van de zon. Ze sprongen op de trampoline, er werd een vuurtje gestookt, de meisjes stempelden, en er werd fruit met versgebakken taart gegeten.

Gwen01

Gwen02

Gwen03

Gwen04

Gwen05

En vandaag, vandaag ben ik met Wolf op zijn nieuwe fiets, en Kobe op de aanhangfiets (Merel was thuis bij papa, aan het slapen) naar een verjaardagsfeestje gereden, 3,5 kilometer verder. Heerlijk rustig, en door de warmte. En daarna was ook Wolf rustig op zijn eentje bezig, zodat ik ook even kon genieten, zomaar, buiten in de schaduw, in de hangmat. Zalig gewoon.

Maar het was wel warm.

warm

Luie dagen, voorwaar.

Rozen

Tradities zijn er om in ere te houden: 39, 40, 41… De traditie om mijn beste vriendin op haar verjaardag rozen te schenken, gaat al veel langer terug, tot onze achttiende verjaardag zelfs. Hier en daar is er wel eens een jaartje van tussen gevallen, wegens omstandigheden, maar ik probeer er toch elke keer weer aan te denken.

Morgen wordt ze er 42, en dus nodigde ze me uit om vanavond bij haar langs te gaan voor een glas en een babbel. Gewoon wij twee (Bart was ook uitgenodigd maar zit in New York). Ik reken haar eigenlijk nog altijd als mijn beste vriendin, maar ik zie haar veel te weinig. Toen we samen in bevallingsverlof waren, zagen we elkaar wekelijks. Daarna kwam het werk en het gezin (zij heeft er vier, ik drie, en onze dochters schelen amper tien dagen) er weer grandioos tussen. We geven allebei Latijn, hebben allebei een drukke echtgenoot, en begrijpen elkaar dus volkomen.

Maar toen ik zag dat het van 17 juli geleden was dat we elkaar gezien hadden, schrok ik toch. En dus keek ik – terecht- enorm uit naar vanavond.

Tweeënveertig rozen dus. Ik reed vanmiddag langs de Lidl, waar ze altijd rozen hebben van toch wel vrij goede kwaliteit, en voor een mooie prijs (over de herkomst kan ik niks zeggen want het staat niet vermeld). Ik verschoot dan ook toen de prijs nog een stuk lager lag dan anders, wellicht omdat het zaterdagnamiddag was, en ze die bloemen toch niet konden houden tot de maandag.

Soit, ik heb vijf pakjes prachtige langstelige rozen gekocht in geel, oranje en wit, voor amper anderhalve euro per pak. Voor zeveneneenhalve euro had ik dus dit prachtige boeket van 42 rozen, met nog een aantal losse in een vaasje.

rozen1

Twee waren afgebroken, maar die kan je dan in lange smalle vaasjes zetten, zoals dit:

rozen3

En voor een euro had ik ook nog een pakje mee van vijftien kortstelige roosjes, van die mooie gevlamde.

rozen2

Zeg nu zelf…

Zo van die dagen dat het niet erg is dat de zon niet schijnt

Er zijn zo van die dagen, dat alles kan en niks moet. Enfin, toch niet veel. Dat je bij een vriendin zit die je veel te weinig ziet, maar bij wie het elke keer weer heel vertrouwd aandoet.

Deze voormiddag ben ik eerst met de kinderen Merels reispas gaan afhalen (oh, en deze keer zat het wél vol, aangezien het dienstencentrum tijdens de Gentse Feesten maar twee voormiddagen open is) en daarna zijn we naar Gwen gereden. De kinderen hebben gigantisch veel gespeeld, de meisjes waren verzot op de trampoline (de jongens ook, maar da’s logischer), en Gwen en ik hebben gekletst. En gekookt, en opgeruimd, en voor de kinderen gezorgd. Meer eigenlijk niet, en meer hoeft ook helemaal niet.

Er zijn zo van die dagen dat de zon amper schijnt, maar dat dat ook niet veel uitmaakt. Vandaag was er zo eentje.

Zo van die zalige namiddagen

Dan geef je les tot vijf over twaalf, rij je in de stralende zon naar ’t stad, en spreek je af met een van je beste vriendinnen, die je alweer een tijd niet hebt gezien.

Dan ga je eten in het Lepelblad, altijd een voltreffer, kan je buiten op het terras zitten, en geniet je van een heerlijke salade. Ondertussen klets je bij, en geniet je van het gezelschap. Daarna ga je nog heel even de Veldstraat in, op zoek naar kousjes voor het meisje van je vriendin, even oud als je eigen dochter, en daarna trakteer je haar en jezelf op een ijsje, dat je opeet op een bankje aan de Ajuinlei.

En dan moet je allebei je kinderen afhalen, en is de middag weer veel te kort. En beloof je elkaar dat je dat snel opnieuw zal doen, zo afspreken, en weet je dat het toch weer een hele tijd zal duren voor het er effectief van komt.

Het leven, meneer, dat gaat zo vreselijk snel, meneer.