Gallische Hoeve, eindelijk

Al jàren zeggen we met de vakgroep dat we naar de Gallische Hoeve in Destelbergen willen: dat is doenbaar met de schoolbus en is niet zo lang, en het sluit perfect aan bij de leerstof van het derde jaar. Mijn collega woont daar letterlijk om de hoek en zegt dan altijd dat zij dat zal regelen, maar helaas, het is er nog nooit van gekomen.

Onze jaarlijkse uitstap naar Velzeke is dit jaar in het water gevallen door de Vlaamse Toetsen, maar ik wilde de tweedes toch iets geven, en toen ik deze paasvakantie naar de Gallische Hoeve ging, probeerde ik dat toch te regelen.

Het had nogal wat voeten in de aarde – in mei mogen er eigenlijk geen uitstappen meer, maar aangezien het tijdens mijn eigen lessen viel, kon het nog – vooral dan qua busvervoer waar we maar geen antwoord op kregen, maar alla, vandaag stond ik toch met 22 tweedes en een stagiair – een collega mocht geen lessen meer verliezen – in de Gallische Hoeve. Drie vrijwilligers gaven een uitleg: eentje over het maken, spinnen, weven en kleuren van wol, eentje over de huisvesting in onze streken ten tijde van de Gallo-Romeinen, en eentje over de verschillende types wapens en beschermende kledij.

Hot Shots quiz in Destelbergen

Eddy had ons uitgenodigd om mee te doen met de Hot Shots quiz in Destelbergen. We = Eddy, Stijn, Nicholas en ik, want Tom deed mee met Ali Chemicali, zijn andere quizploeg die een stuk beter genoteerd staat dan Richard the Turd. Hij was ons al de hele tijd aan het uitdagen, goedsemoeds uiteraard, dat wij spectaculair gingen verliezen. Quod non. Het werd een amusante quiz en we eindigden spannend vijfde, met Ali als derde. Niet slecht dus, helemaal niet slecht. We waren in goede doen, denk ik dan.

En als prijs heb ik een hele fijne roze sjaal meegenomen die ik in een kerstpakje voor Merel heb gestoken, en die ze echt wel leuk vond.

En achteraf, ergens zo rond half één ’s nachts, ben ik nog wat verderop een cacheke gaan zoeken in het donker, kwestie van even uit te waaien na de drukte en het lawaai.

Damvallei

Na dat exhaustieve ontbijt zag het ernaar uit dat het eens niet zou regenen in de namiddag, en dus wilde ik gaan geocachen. Alleen… De fietsendrager was niet geïnstalleerd en geen van de heren was thuis, en zelf kan ik het ding niet op de trekhaak zetten. Bon, niks met de fiets dus.

Ik keek even rond of er nergens zoiets was dat ik makkelijk te voet kon doen en dat niet te ver was, en mijn oog viel op Destelbergen, meer bepaald het rondje rond het Damvalleimeer: twee kilometer, een ideale stresstest voor mijn kapotte voet dus. Bon, een fles water meegepakt, het geocachebuideltje, de gsm, en weg was ik. En ik zag dat het er prachtig was, daar in Destelbergen aan de sporthal.

In de vogelkijkhut heb je een prima zicht op de broedplaatsen van de visdief, het soort stern dat daar een soortement kweekprogramma heeft. En die twee kilometer? Dat bleek geen enkel probleem te zijn voor de voet.

Ik keek wat verder rond en zag dat er ook nog extra caches lagen wat verderop in het Reynaertpark en die kon ik natuurlijk ook niet laten liggen. Of wat dacht je? En als extraatje waren er de gedichten aan de bibliotheek.

Bon, ik was eigenlijk nog niet helemaal uitgecacht voor de dag, en dus deed ik er – weliswaar met de auto wegens te ver te voet – het rondje Veneco bij, met de grootste cacheschuilplaats die ik al gezien heb.

Op de bovenstaande foto zie je trouwens de Schelde. Enfin, ze zit daar ergens onder het riet, die afgesloten Scheldearm.

En toen was het acht uur en begon ik toch wel een hongertje te krijgen en was het zowat welletjes. Maar alweer een fijne, fijne namiddag. Man, ik geniet van deze hobby…

Geocachen in Destelbergen en zo

Mooi weer, zij het nog wat koud, en dus sleepte ik ons pa de auto in – hij moet echt, echt meer wandelen om zijn evenwicht te behouden, maar blijft excuses vinden – om een aantal caches te zoeken in Destelbergen.

In het passeren sloegen we eerst af naar de Ham, want daar zit een nieuwe, in een buurtparkje dat ik niet kende. We hebben er even staan drentelen, maar niks gevonden.

Daarna reden we door richting Destelbergen om een aantal caches te zoeken en sommige gelukkig ook te vinden. De locaties waren in ieder geval prachtig: we bewonderden onder andere het Admiraalpark en kasteel Crabbenburg.

Er liggen er daar nog wel een paar, maar ik vond het welletjes: ik had nog schoolwerk te doen. Maar we hebben wel genoten van de frisse lucht, de stralend blauwe hemel en de wandeling.

En die cache in de Ham? Na een tip van de eigenaar konden we hem op de terugweg alsnog loggen.

Een heerlijk gevuld dagje…

Awel, ik heb me eigenlijk nog niet verveeld tijdens deze quarantantie, ik heb voortdurend vanalles te doen.

Neem nu deze ochtend. We staan hier standaard om negen uur op, zitten om half tien aan het ontbijt en beginnen om tien uur aan het schoolwerk. In mijn geval was dat taken opgeven, filmpjes online zetten en live lesgeven van kwart over elf tot twaalf. Koken hoefde ik niet te doen, want ze hadden quasi gesmeekt om een pizzadag. En wie ben ik dan om daar tegenin te gaan? En terwijl de pizza’s in de oven zaten, werd er gerolschaatst, zoals elke dag eigenlijk, en werden er vooral ook handen gewassen.

Na het eten bekeek ik nog wat schoolwerk, en tegen drie uur sprong ik op de fiets, richting Oostakker. Ik heb niet zo’n last van het sociale isolement – ik ben niet sociaal – maar ik heb geen zittend gat, en al zeker geen zittende rug, want die vindt deze situatie niet zo fijn.
Alleen had ik me miskeken op een pad langs de spoorweg waardoor ik in Sint-Amandsberg verzeilde. Niet erg, het een leidt naar het ander, en nog veel leuker, het leidde me onverwacht voorbij Gwens deur. Ik probeerde haar gsm, maar die was bezet – een van de dochters was die aan het gebruiken. Maar Gwen zat te werken op de eerste verdieping aan haar bureau en zag me staan. En toen hebben we een heerlijke twintig minuten staan kletsen, ik op straat en zij aan haar raam daar op het eerste.

Ik ben geen sociaal wezen, maar dit deed eigenlijk best wel deugd. Afijn, de fiets op en verder naar Oostakker waar nog een ongelogde cache lag langs een prachtig pad. Oordeel zelf.

De fietstocht ging verder richting Destelbergen naar een carpoolcache, dan naar de kerk, en dan langs de Schelde waar ik een stevige klim omhoog moest doen, maar die wonderwel lukte. Een kapotte rug is iets, koppigheid is ook iets.

Enfin, ik pikte nog eentje in een zijstraat op, fietste tot aan de kleine ring en ging dan rechts van de spoorlijn het fietspad volgen. Met een paar hele mooie graffiti, vond ik.

Van daaruit ging het over de Dampoort, opnieuw langs het water en de hele mooie promenade, verder tot aan een nieuw mooi aangelegd stukje aan de kop van het water.

En toen was blijkbaar de batterij van mijn fiets zo goed als op, na dertig kilometer volle ondersteuning. Euhm… Ik geef het u op een briefje, zo’n elektrische fiets is een zwaar ding! Maar ik kon er nog de laatste restjes minimale steun uit persen en geraakte toch nog netjes thuis.

Helemaal ontspannen, vrolijk uitgewaaid én met vijf caches op zak. Score!

En nu mijn handen gaan wassen se!

Ducks on Tour

Het was alweer even geleden, en het weer viel vandaag best mee, dus reden ons pa, Merel en ik deze namiddag naar Destelbergen om er een paar losse caches én een rondje Ducks on Tour mee te pakken. Het doet ons pa deugd om te wandelen, hij doet dat veel te weinig en het zou nochtans moeten, volgens de dokter. Tsja.

Vandaag dus wel, en we genoten er alle drie best wel van. De wandeling ligt eigenlijk rond een meertje, maar daar zagen we helaas weinig van. Niet dat dat zo erg was: we genoten meer van het zoeken en van het babbelen, om eerlijk te zijn.

En eindelijk hadden we ook de Rondje Vlaanderen cache van Destelbergen te pakken: we stonden er nu al voor de derde keer :-p

Een blij weerzien met een oude vriendin

Ann had ik eigenlijk al in jaren niet meer gezien. Als in: vijfentwintig jaar. Nee, strikt genomen is dat niet waar: ze is me ongelofelijk uit de nood komen helpen op een absoluut crisismoment, toen Vic begraven werd en Bart in het ziekenhuis lag na een knieoperatie. Zij is toen spontaan ingegaan op een oproep op mijn Facebook en komen babysitten. Ja, dat was in 2015, en ik had beloofd om dan samen eens te gaan eten als bedankje. Dat was er, tot mijn grote schaamte, nog nooit van gekomen.

Maar de laatste tijd waren we weer vaker aan het kletsen op Facebook, en eigenlijk waren we in mijn studententijd echt wel goeie vriendinnen. Man, samen hebben we toch serieus wat uitgestoken…

Bon, het was een kwestie van de koe bij de horens te vatten en er een datum op te plakken, en gisteren pikte ik haar dus op bij haar thuis in Sint-Denijs, om dan samen naar Chaflo te rijden in Destelbergen.

Vreemd, maar het was alsof we elkaar vorige maand nog spraken. We tetterden honderduit, giechelden als twee bakvissen, ook al waren ze de wijn vergeten, en genoten.

Oh, en het eten was bijzonder lekker ook.

Anneke, deze keer gaan we geen twintig jaar wachten. Dit was veel te leuk!

Geocachen in en rond Destelbergen

Gisteren had ik geen zin om de hele dag thuis te zitten: het weer leek best wel oké, en met die examens en het gedoe rond ons pa wilde ik eens stevig doorstappen.

Ik ging dan maar eens wat geocaches opkuisen in de buurt van Sint-Amandsberg en Destelbergen: er lagen er daar nog een hoop losse die ik wel nog wilde doen.

Het ging van een voortuintje naar een moeilijk bereikbare maar wel knap uitgevoerde cache in de Rozenbroeken, via een pleintje waar ik nu al de derde keer stond te kijken en niet snap dat ik de vorige twee keren de cache niet zag zitten, en dan verder naar blijkbaar een soortement bedevaartsoord. Mooi!

Ik pikte wat verderop in een wegel nog eentje op, nam een kijkje bij de Gallische hoeve en vond daar een prachtig Travel Bug hotel, en eindigde de cachedag nog net niet in de regen met een speciale constructie.

Helemaal uitgewaaid en met een fris hoofd kon ik terug naar huis.

Geocachen in Sint-Amandsberg

Ook vandaag was het een veel te mooie herfstdag om binnen te blijven zitten. Kobe en Merel waren naar de scouts, Wolf ging een vriend bezoeken die net in het UZ een niertransplantatie heeft gehad, en ons pa en ik reden richting Sint-Amandsberg. Daar lagen twee caches die we de vorige keer niet gevonden hebben, en ik wilde nog een poging wagen. Daarnaast wilden we nog een paar andere zoeken, om te eindigen bij de Rondje Vlaanderen Destelbergen Daar hadden we eerder al gestaan, maar toen hadden we geen deftige magneet bij. Intussen was ik bijzonder blij dat ik al een magneet op een uitschuifbaar stokje had gevonden, waarmee we die cache dus konden ophalen.

Eerst ging het naar een parkje waar ik al voor de derde keer ging zoeken, en niet snap hoe ik die cache de vorige keren zo kon missen. Daarna ging het naar Campo Santo waar we meteen ook een wandelingetje maakten doorheen de kerk en het kerkhof. De cache hadden we deze keer wél bijna meteen in handen.

Daarna ging het verder via een klein parkje waar we niks vonden, nog eentje in een bos in een ander park, en toen gingen we met een groot hart die Rondje Vlaanderen Destelbergen ophalen. Hmpf. Tot bleek dat de magneet die ik er speciaal voor gekocht had, toch niet sterk genoeg was. Blah.

Maar we hadden er wel een fijne wandeling opzitten, en dat is vooral voor ons pa toch het doel, want hij wandelt veel te weinig. Week na week belooft hij me meer te wandelen, maar het komt er toch weer niet van. Tsja. Dan gaan we maar samen wandelen, toch?

Goed gevulde dag

Yup, het was me het dagje wel, ja. Om tien uur zat ik al in de auto, op weg naar Oostende. De man van een van onze koorleden was overleden en werd er vandaag begraven. Aangezien ik toch om twee uur in De Haan moest zijn, kon ik evengoed naar de begrafenis gaan, toch?

Ik had gedacht om er om twaalf uur weer buiten te zijn, snel een croque of zo te eten, en nog wat te cachen. Alleen, de dienst duurde net iets langer, en ik was uiteraard ook niet de enige van ons koor. We zijn dan samen iets gaan eten, en dat duurde ook allemaal wat langer, zodat ik na het eten eigenlijk snel weggevlucht ben om pas tegen kwart over twee bij Wolf te staan. Tsja…

Ik had hem gemist, mijn grote zoon, en het deed deugd om samen in de auto te zitten en te praten, dat uurtje onderweg naar huis.

Thuis bleek dat ook de andere twee hem intens hadden gemist: op een bepaald moment had Wolf zich in de zetel gezet, en binnen de paar seconden zaten de andere twee elk in een arm genesteld, en waren ze zelfs allebei zachtjes aan het huilen omdat ze zo blij waren dat hij terug was. Ach, het zal wel wennen, maar ik ga toch ook blij zijn als hij weer definitief thuis zal zijn, mijn maatje.

Tegen zes uur kwamen hier dan drie tienjarigen toe: Kobe kreeg ein-de-lijk zijn verjaardagsfeestje. Van juli 2016 én juli 2017, jawel. Om een of andere reden was het er nooit van gekomen dat te organiseren, en het is niet alsof hij er zo veel achter zat… Enfin, Rhune, Tiago en Nathan amuseerden zich eerst nog wat in de tuin met het boogschieten en dergelijke, en daarna waren er – traditiegetrouw – croques monsieur.

Daarna ben ik er vanonder gemuisd, terwijl Bart de jongens boven installeerde voor een FortNite avondje. Ze hebben ervan genoten, heb ik de indruk.

Zelf reed ik naar Destelbergen, want daar was de boekvoorstelling van Ganda 3: Triskelion. Dat is het derde boek van Dirk Willaert waar ik een paar maanden aan een stuk aan zitten verbeteren heb, maar daarover zal ik later nog wel eens schrijven. In een kleine kunstgalerij was een hoop volk verzameld, deed Dirk uiteraard zijn uitleg, las ik een stuk voor, las iemand anders nog een stuk voor, pleegde de dorpsdichter van Destelbergen een gedicht over de inhoud van het boek, en was het al bij al dik in orde.

Zo rond tien uur was ik weer thuis na nog een paar schemercaches, nog op tijd om de jongens boven te zien spelen. Tegen half elf besloten ze zelf dat het welletjes was en kropen ze in bed, met zijn vieren in de twee tweepersoonsbedden op Wolfs kamer. Toen ik om half twaalf ging slapen, heb ik ze tot slapen aangemaand. Helaas…

Om half vier ben ik dan nog maar eens opgestaan en heb drie gsms afgepakt, terwijl Kobe netjes lag te snurken, jawel.