“Wie kan uitgaan, kan opstaan”, zei mijn schoonvader altijd. En dus stond ik deze morgen om kwart over acht met Kobe aan het rugbyclubhuis, klaar om te gaan spelen (en supporteren) in Dendermonde. ’t Was vroeg, ja, en eigenlijk was het ook wel koud. Maar ze hebben goed gespeeld, en Kobe heeft zich geamuseerd, en daar gaat het uiteraard om.
In de namiddag liep er een koningin rond in mijn huis.
En ’s avonds was het weer machtig amusant om Sinterklaas te spelen. De kinderen krijgen elk één cadeau van rond de twintig euro, en dat is het. En een hoop koekjes en chocolade, dat ook. Wat trouwens aan Kobe de commentaar ontlokte: “Zeg mama, er zijn kinderen in mijn klas die zeggen dat Sinterklaas niet bestaat, en dat jullie dat zijn. Maar dat kan eigenlijk gewoonweg niet, want jij zou ons nóóit zoveel snoep geven!” Er is normaal gezien wel iets van, maar bon…