Vergaderen

Vandaag heb ik de vergadertijger in mezelf gevoederd, hopelijk genoeg voor een lange tijd.

Er was namelijk een studiedag over de nieuwe leerplannen van Latijn, wat inhield dat we van half tien tot vier hebben geluisterd en vragen gesteld. Daarna ben ik samen met mijn collega in de auto gesprongen en van Wetteren naar Mariakerke gereden, om daar de klassenraden van de derdes en de zesdes bij te wonen.

Ik vrees dat ik een uur gedaan heb over het bespreken van mijn beruchte klas met 26 leerlingen. Sorry, collega’s, maar het was nodig. In elk geval was de laatste klas voor mij afgelopen tegen half zeven.

Vergaderen… Het is echt niks voor mij. Het is trouwens de reden waarom ik bij veel van mijn hobby’s een bestuursfunctie afhoud: dingen doen, prima, maar dat oeverloos gepalaver dat er doorgaans aan vooraf gaat, nee bedankt.

En nu ga ik slapen, dat ik morgen tenminste weer kan lesgeven. Zónder vergaderingen.

Poot

aa8185.jpgIk heb dus vorige week maandag mijn voet omgeslagen. Arbeidsongeval.

Vooraleer u steigert en mij vierkant uitlacht (“Arbeidsongeval op school? Zal wel!”): ik moet over de middag wel degelijk patrouilleren op de speelplaats. Ik stap dus in de ene richting, wanneer ik vanuit mijn ooghoeken iets zie gebeuren dat er eigenlijk nogal fishy uitziet. Ik kijk om terwijl ik nog steeds verderstap (” Wat zijn die daar weer in godsnaam aan het uitspoken?”), en sla dus mijn rechterpoot om over een dom boordje. U kent het gevoel wel: eventjes een pijnscheut, wat binnenmonds gevloek, wat gespring op één been, en dan weer voorzichtig verderwandelen vanuit het motto ‘Het zal wel overgaan’. Niet dus.

Maandagavond deed die voet dus nog steeds zeer, ook al was hij hoegenaamd niet gezwollen, niet blauw, en voelde het ook niet aan als een typische verstuiking. Dinsdag aangegeven bij de personeelsdienst, en woensdagmorgen toch maar naar de dokter. Iets met het weefsel rond de voetwortelbeentjes. Toch een drietal weken een stevig verband of brace, dus heb ik me maar zo’n ding aangeschaft. Op kosten van de verzekering, weet u wel.

Vandaag ben ik terug naar de dokter geweest omdat hij nog een papier voor de verzekering moest invullen, en toen hij hoorde dat het nog steeds behoorlijk veel pijn deed, was zijn verdict onverbiddelijk: krukken, om te ontlasten, want het zou wel eens erger kunnen zijn dan gedacht. En ik mocht niet zoveel rondlopen als nu: de hele school rond, hier in huis voor vanalles en nog wat. Braaf zijn en met poot omhoog in de zetel, zei hij. Oi vé!

Fijn dus. De apotheker hier om de hoek had haar krukken al verhuurd, dus nu ben ik op zoek naar krukken. Misschien morgen eens tot aan Partena proberen rijden. Als ik daar tijd voor vind, met al die klassenraden.

Rode pen

Ik weet dat ik mijn kleine neuroses heb, en dat dit er wellicht ook ene van is: mijn rode pen.

Ik hààt het als ik moet verbeteren met een rode stylo of stift. Verbeteren, dat doe ik al jaar en dag met een rode pen. Met rode buisjes van Pelican. In het examenseizoen betekent dat dat de vingers van mijn rechterhand rood zien, maar daar geef ik niet om.

Het moet trouwens ook een pen zijn met een fijne punt. Úren heb ik al rondgelopen en winkels afgeschuimd om toch maar een deftige pen te vinden met ultrafijne punt, die niet al te duur is. Mocht u er zo één weten zijn, gelieve me dat te laten weten, ik zal er u dankbaar om zijn.

Maandag zat ik te verbeteren in de leraarszaal, en was mijn buisje leeg. Ik was te lui om terug naar de klas te lopen om een nieuw buisje te halen, en kreeg er eentje van een andere collega. Alleen blijkt ondertussen dat het om een donkerder rood gaat dan ik gewoon ben. En dat werkt op mijn zenuwen. Echt wel. Ik kan al niet wachten tot dit buisje leeg is, en ik weer met mijn helderrood kan schrijven.

Ik weet het, neurotisch en zo.

Secretariaat

Kijk se, dat doet deugd!

Aangezien Latinisten zowat de enige leraars zijn die zowel in het eerste als het zesde middelbaar kunnen lesgeven (en dat vaak ook doen), is het voor ons vaak nogal moeilijk bij de klassenraden.

Klassenraden van de verschillende graden worden vaak parallel gelegd, omdat er vrijwel niemand is die zowel in eerste als derde graad komt. De eerste graad heeft trouwens steevast gedaan om half vier, zodat de klassenraden bij hen dan ook om half vier beginnen. De derde graad heeft vaak nog een uur langer les, zodat daar de klassenraden beginnen om kwart over vier.
Probleem voor mij dus: ik kan moeilijk om half vier op een klassenraad zijn, als ik nog moet lesgeven tot kwart over. En ja, mijn lesopdracht gaat voor, ik speel al genoeg lessen kwijt in de zesdes om die nog eens dispensatie te geven.

Ik krijg daarnet per mail de volgorde van de klassenraden door, en wat raad je? De secretaresse heeft meteen al alles zó op elkaar afgestemd, dat ik probleemloos mijn lessen kan geven, en daarna pas in actie moet komen op de klassenraad. Zomaar, zonder dat ik dat gevraagd had. En nee, het is geen toeval, dat weet ik wel zeker!

Bij deze: bedankt, Peggy! Ge zijt ne schat!

Gedane zaken

Van de dingen die ik vandaag had moeten/willen doen, zijn er me toch een paar gelukt. De rest van de badkamer zal voor zaterdag zijn, aangezien ik die heb kunnen vrijmaken (al heb ik al één ding opgehangen).
twee machines was draaien en vier manden was opvouwen
stapel toetskes en taken verbeteren
– een regeling uitdokteren voor klastoneeltjes
koken en Wolf afhalen van school en dergelijke vaste woensdagtaken
het blog van mijn rollenspelgroep updaten, want morgen is er weer game
een stapel facturen maken (nog niet allemaal, maar toch voldoende voor nu)
– nog een uurtje schilderen in de badkamer, dan is dat klaar
– haken en kapstokken en handdoekhangers ophangen in de badkamer (met boormachine en zo)
hondendrollen in de tuin opruimen, want het gaat donderdag/vrijdag misschien sneeuwen en dan is dat niet zo prettig om rond te lopen.
brood halen of bakken: compleet vergeten, zijn sandwichen uit de vriezer geworden :-/

Werk

Dingen die ik vandaag zou moeten/willen doen (niet in specifieke volgorde):

– twee machines was draaien en vier manden was opvouwen
– stapel toetskes en taken verbeteren
– een regeling uitdokteren voor klastoneeltjes
– koken en Wolf afhalen van school en dergelijke vaste woensdagtaken
– het blog van mijn rollenspelgroep updaten, want morgen is er weer game
– een stapel facturen maken
– nog een uurtje schilderen in de badkamer, dan is dat klaar
– haken en kapstokken en handdoekhangers ophangen in de badkamer – met boormachine en zo
– hondendrollen in de tuin opruimen, want het gaat donderdag/vrijdag misschien sneeuwen en dan is dat niet zo prettig om rond te lopen.
– brood halen of bakken

Meh. Mijn dag gaat weer te kort zijn, ik voel het nu al.

Collega

Vandaag heb ik vastgesteld dat ik blijkbaar een licht neurotische collega heb. Niet dat ik het erg vind hoor, ik ben alleen een beetje… verbaasd.

Toen ik deze morgen in mijn klas kwam (het is een Latijn-Muziekklas, wat wil zeggen dat ik er 18 uur in doorbreng, en zij in totaal acht uur) stond er een anonieme boodschap op bord. Dat gisteren alle banken waren afgeschrobd door een leerling met strafstudie, dat ze nu maagdelijk wit waren, en of we erover wilden waken dat dat zo bleef. Ghoh, dacht ik, leuk! Meteen mijn klas onder handen genomen, mooi zo!

Tot ik deze middag de poetsvrouw tegen het lijf liep. Die vroeg me of ik mijn jonge interimcollega van muziek kende. Want die had gevraagd of ze de gordijnen mocht wassen. De poetsvrouw had verbaasd gerepliceerd dat het mijn gordijnen waren (gekregen van een leerling) en dat ze dat dus aan mij moest vragen. Die gordijnen hangen er amper een jaar en waren toen fris gewassen, maar blijkbaar vindt mijn collega ze smerig. Bon, ze doet maar, die gordijnen kunnen er maar properder op worden.

Verder wist de poetsvrouw te vertellen dat mijn collega gisteren (woensdagnamiddag) van één tot drie in mijn klas had gezeten, samen met haar zoontje, om de banken te laten kuisen, en dat ze ondertussen ook al één van de twee kasten volledig had uitgekuist, zijnde die met de muziekinstrumenten. Wellicht is ze van plan om ook de andere kast, met onder andere een hoop oude handboeken, papieren en het nodige bureaugerief van mij, onder handen te nemen.
Persoonlijk vind ik die kast niet echt smerig. Een beetje wanordelijk misschien, en wellicht inderdaad in geen jaren gekuist, maar dan nog.

In ieder geval heb ik het al moeilijk om hier thuis iets te kuisen (ik heb dan ook een kuisvrouw), laat staan dat ik mijn klas zou kuisen. De vloer en de lavabo worden geregeld door het kuispersoneel onder handen genomen, en voor mijn bord sta ik uiteraard zelf in, en dat wordt dan ook regelmatig tot op het maniakale af schoongemaakt. Maar kasten uitkuisen? Kom zeg!

Ik hoop alleen maar dat ik op een bepaalde dag in mijn lokaal binnenkom en vaststel dat de ramen gekuist zijn. Zelf begin ik daar niet aan, en het personeel heeft daar absoluut geen tijd voor. Geef toe, het zou wel leuk zijn. Maar tegelijkertijd ook wel een beetje beangstigend. Een netheidsfreak in mijn lokaal, stel je voor. Zou dat besmettelijk zijn?

Vandaag is een goeie dag, en ik denk dat het voor een groot deel aan het weer ligt. Ik heb haalbaar geslapen, me nog niet dood moeten haasten deze morgen (dank zij Bart die me heel veel uit handen heeft genomen), fijn lesgegeven (enfin, dat is mijn mening, voor die van mijn leerlingen sta ik niet in).

Onverwacht moest ik het vijfde lesuur niet lesgeven, de helft van mijn zesdes waren op uitstap en de andere helft kreeg dispensatie. Ik heb dan maar in mijn lokaal toetsjes zitten verbeteren, terwijl een paar leerlingen toch waren blijven hangen, en er eentje piano zat te spelen. Allemaal heel aangenaam eigenlijk. Een heerlijk slaatje (met gebakken kip, rauw witloof, gebakken spekjes en croutons, pijnboompitten en een heerlijke balsamicovinaigrette, lang leve de schoolkeuken bij ons), een constructieve vergadering met een klas derdes, en dan…

Gewoon een uurtje rustig thuis terwijl de zon schijnt.  Ik overweeg zelfs om de baby te halen met de buggy, ipv de auto.

Mmm. Misschien heeft het feit dat ik nu een espressomachine in mijn klas heb, wel bijgedragen tot mijn goede stemming 🙂

Rare jongens, die leerlingen.

Blijkbaar heeft het full-time werken, gecombineerd met twee kinderen, een huishouden en het maken van een stapel facturen, toch meer invloed op de frequentie van mijn blogposts dan ik had verwacht. Enfin, dat stel ik toch vast als ik mijn blogje bekijk.

Misschien heeft het feit dat ik wat ziekjes ben, daar ook wel mee te maken. Heel veel fut heb ik niet, en het grootste deel van mijn energie gaat dan op in het lesgeven. Ha ja, want dat doe ik doodgraag, en die energie maakt net dat de leerlingen graag naar mijn les komen, ook al is het Latijn. Intussen loop ik te sniffen en te snuffen dat het geen naam meer heeft, en begin ik ook lichtjes hees te worden. Al kan dat uiteraard ook wel zijn van het feit dat ik opnieuw vollen bak aan het lesgeven ben, en mijn stem nog gewoon moet worden aan het harde werken. Het is niet alsof ik, in die zes maanden bij mijn baby, veel heb gepraat…

Leerlingen zijn trouwens rare wezens. Ze mogen tussen de lesuren geen gebruik maken van de drank- of koekjesautomaten die in de gang staan (kwestie van niet teveel tijd te verliezen bij het wisselen van lokalen), en ik joeg er in het passeren dan ook een paar weg. Waarop die ene, een zesdejaars die nooit in mijn klas heeft gezeten, me aankijkt en zegt: “Heh, mevrouw, een nieuwe coupe? Het staat u echt wel!” Ik was eventjes uit mijn lood geslagen, dat geef ik toe. Je geeft zo’n lummel onder zijn voeten, en dan krijg je nog een complimentje ook. En het is niet alsof hij daar iets kon bij winnen: hij zit niet bij me in de klas, en mijn naam als gangdictator is toch al gevestigd. Ik keek hem dus verbouwereerd aan, hij schoot in de lach, en zei: “Ja maar, ik meen dat wel hoor, mevrouw, het gaat u echt af, veel beter dan dat lang haar”. Waarop ik hem met een brede grijns naar zijn klas joeg. En al fluitend naar de mijne vertrok :-p

Terug naar school

Het mag misschien eigenaardig klinken, maar ik ben ongelofelijk blij en opgewonden dat ik morgen weer naar school mag.

Mijn boekentas staat klaar, mijn agenda is ingevuld, er zit zelfs een flesje water en een koek klaar. Mijn rode en zwarte pen zijn weer “ingeschreven” na vijf maanden uitgedroogd te zijn, er is vers krijt voorhanden, en de USBstick zit in mijn pennenzak.
Kobes tas staat klaar, zijn kleertjes liggen gereed.
Wolfs boekentas is opgevuld met schriftje, fruit, water, fristi en koek, en zijn kleren liggen te wachten.

Het is de eerste keer dat Kobe naar de crèche gaat, maar dat vind ik niet erg, die mensen weten wat ze doen. Ja, ik zal wel af en toe aan hem denken, en mijn GSM zal op mijn bureau liggen, maar verder…

Eigenlijk ben ik opgelucht. Ik deug voor geen meter als huisvrouw. Echt niet.