Twee daagjes Dordrecht

Ik had Dordrecht eigenlijk nog alleen maar gezien tijdens Big Rivers, en da’s hetzelfde als Gent leren kennen enkel tijdens de Gentse Feesten. Nu had ik vorig jaar al gezegd tegen Merel dat we eens een dag of twee naar Dordrecht zouden gaan en dan logeren bij Hanneke, of een B&B zoeken of zo.

Bon, de daad dus bij het woord gevoegd, al hebben we getwijfeld tot het laatste moment omwille van het weer. Maar het zag er toch niet naar uit dat het ging beter zijn volgend weekend, en daarna zitten we in Berlijn, en daarna is het alweer na 15 augustus en… Enfin, valiesjes gepakt, fietsen opgeladen en weg.

Tegen goed half twaalf stonden we bij Hanneke aan de voordeur, de fietsen werden uitgeladen, Hanneke voorzag ons van een fijne lunch, en hup, de fiets op. Het plan was om massa’s labcaches te doen – de variant van het geocachen waarbij je een vraag ter plaatse invult, in plaats van een fysiek doosje te zoeken – en dat is gelukt ook: we reden de vijf kilometer naar het centrum, bekeken daar vanalles van speciale huizen, voorwerpen, graffiti, aten poffertjes – Merel kreeg haar portie niet eens op – fietsten nog verder, en tegen vijf uur was ons pijp uit. Maar echt.

Gelukkig heeft het niet echt geregend, al hebben wel toch wel even onze regenjas aangetrokken. Maar al bij al viel het nog mee.

We ploften in de zetel, Hanneke maakte zeer fijne wraps, we kletsten nog wat, begonnen een film te kijken, maar gaven tegen half elf ons allemaal gewonnen: het was een stevig maar fijn dagje geworden. De zon hebben we bij momenten gelukkig wel gezien, dat was heerlijk.

Peppi en Kokki in Oostende

Gwens ouders hebben sinds oktober een pracht van een appartement op de zeedijk in Oostende. Ruim, grote open keuken, drie slaapkamers, twee badkamers, twee aparte toiletten en een klein balkonnetje. En vooral een prachtig uitzicht.

10.45 uur:

12.25 uur:

Merel en ik hadden blijkbaar de ideale dag uitgekozen om te gaan, want het was de eerste keer, zei Gwen, dat ze ongestoord op het strand konden zitten zonder dat het echt te koud was. Merel en ik hadden ons grondig voorbereid: twee campingstoelen, een parasol, badlakens, zelfs het windzeil – dat we niet opgezet hebben.  In de voormiddag – allez ja, what’s in a name, we waren om kwart voor elf – hebben Gwen en ik gekletst, zoals gewoonlijk, en Merel en Lena-Mare een spel gespeeld. Die twee zien elkaar niet vaak en dat is soms wat awkward in het begin, maar dat betert wel altijd.
We gingen wat verderop garnaalkroketten eten en installeerden ons daarna op het strand. Dat ontlokte Gwen en mij trouwens een gigantische slappe lach, want we zagen onszelf daar al zitten, onder ons parasolletje, in onze campingstoelen, net twee ouwe meten van in de zeventig. Tranen gelachen! En ondertussen gingen onze meisjes – er was nog een vriendinnetje bijgekomen – zwemmen.

De zee werd zilver, de bries werd wat strakker en we pakten tegen zes uur in, nadat we eerst nog hadden zitten schrijven in het natte zand. Geocachegewijs, snapt u.

En toen hebben Gwen en ik nog pannenkoeken gebakken – ze hebben zo’n wreed wijze aparte bakplaat op het appartement – en waren we tegen negenen thuis.

Oh, btw: 19.54 uur.

 

Zaz op Gent Jazz

Bart heeft me afgelopen winter Zaz leren kennen: een Franse chanteuse met zowel heel erg vrolijke uptempo liedjes als ingetogen songs. Vaak zijn ze swingend, jazzy, maar soms hoor je er ook gewoon onmiddellijk Piaf in. Heel Frans dus.

Als verrassing voor onze trouwverjaardag kocht hij meteen vier VIP-tickets voor haar optreden op Gent Jazz, met daarvoor Isolde Lasoen en Hooverphonic. We vroegen Gwen en Erik mee, op het moment dat Gwen me voorstelde om samen naar Zaz te gaan: ik was het hen gewoon vergeten vragen!

Enfin, wij tegen zes uur de fiets op en al een aperitiefje op het terras ginder op Gent Jazz, tegen zeven uur kwamen ook Gwen en Erik toe. Isolde Lasoen hoefde ik niet meteen te zien: fijne soundscapes, dat wel, maar verder niet mijn ding. We kletsten, aten, gingen naar Hooverphonic kijken en waren onder de indruk van zo veel podiumprésence, zo veel stem. En het blijven goeie songs ook. Geef me toch maar Geike Arnaert ipv een van die jonge meisjes…

En toen was er dessert, en toen was er vooral ook Zaz. Beneden stond het stampvol, wij zaten gelukkig op de eerste rij van de tribune en zagen alles perfect.

En Zaz? Het mens is 43, ik weet niet wat ze gesnoven had, maar ze was meer dan hyperactief. Eigenlijk zelfs bijna storend actief: zelfs bij een rustig nummer, wanneer het dan even instrumentaal was, stond ze te springen. Maar verder? Niks op aan te merken: wat een stem! Wat een présence! Wat een songs! Ze had zelfs de moeite gedaan om een tekstje te laten vertalen in het Nederlands en dat dan aandoenlijk voor te lezen. En dan was ze bijzonder opgetogen om te horen dat we eigenlijk zo goed als allemaal Frans begrepen. Al moet ik toegeven dat ik dat bijzonder radde Frans van haar niet altijd volledig mee had…
Wat me wel stoorde – en blijkbaar Bart ook – was dat ze voortdurend aan haar oortjes zat te prutsen. Ofwel was er echt iets mis met de techniek, ofwel is het een tic van haar. Maar ik had echt zin om te roepen: “Mens, pauzeer dan even uw concert en laat naar die dingen kijken!”

Oh, en moet dat echt zo vreselijk luid? Ik had oordopjes in – niet mijn goeie, ik was ze vergeten – zat op een behoorlijke afstand van het podium en het was nog te luid. Serieus!

In elk geval was het een bijzonder aangename avond aan de zijde van de man met wie ik 27 geleden getrouwd ben, én mijn getuige en haar echtgenoot, met wie we 27 jaar geleden samen op het vliegtuig richting Spanje gestapt zijn.
Lange vriendschappen zijn de mooiste…

Big Rivers, dag twee

Om half tien stond Sabrina bij ons voor een fantastisch ontbijtje bij Hanneke op haar terras buiten. We werden verwend tot en met…

Net omdat we zo uitgebreid gegeten hadden, waren we vrij laat opnieuw in ’t stad, terwijl we ook nog twee caches gepasseerd waren. We zetten onze fiets in de ondergrondse fietsparking, gingen even kijken bij Richard, een vriend van Hanneke, en liepen dan rustig door de stad. We passeerden bij de Amazing Stroopwafels, aten een ijsje, en gingen opnieuw naar het grasveldje achter de Grote Kerk. Daar deden Mireille en ik een dutje, terwijl Sabrien en Han naar iets gingen kijken.

En toen was er Talking Minds, een toch wel zeer goeie coverband van de Simple Minds. De zanger had panache voor tien, de nodige arrogantie, maar echt wel présence. En die zangeres, wat een stem!

De covergroep van David Bowie vonden we dan weer maar niks, zodat we weggegaan zijn, na de obligate foto op de trapjes.

Dit was de foto uit 2019:

En dit waren we in 2012:

Tsja…

Uiteindelijk gingen we verderop op het terras van Merz een barbecuehamburger eten, met op de achtergrond alweer een fijn groepje. We liepen wat verder en eindigden uiteindelijk in de buurt van de fietsen bij een skagroepje. En toen was het op, niet alleen voor mij, maar ook voor de rest. Iets over tien gingen we opnieuw de fiets op richting huis.

Alweer een schitterende dag op Big Rivers.

Morgen enkel nog ontbijt, en daarna naar huis, zodat ik tegen ’s middags weer bij mijn lieverds ben. Maar het is mooi geweest…

Big Rivers

Het voelt eigenlijk intussen aan als een traditie: het Big Rivers Festival in Dordrecht. Denk Gentse Feesten van pakweg dertig jaar geleden, toen het nog kleinschaliger, gezellig en voornamelijk voor Gentenaars was. Overal terrasjes, muziek, verschillende podia met lokale groepen en covergroepen, geen grote namen. Het grootste podium is zowat dat van Sint-Jacobs. Alles is ook versierd in paars-groen-goud, de kleuren van Mardi Gras in New-Orleans.
Vorig jaar is het niet gelukt, daarvoor was er corona, maar nog daarvoor zijn we verschillende keren met de Vossen gaan logeren bij Hanneke en Sabrina, vooral ook nog met Els. Warme herinneringen…

Ik vertrok wat later dan gepland wegens een behoorlijk mottig gevoel: misselijk en buikpijn, en ook wel wat koppijn. Geen nood, echt op uur stonden we niet. Reistijd: anderhalf uur, maar dat was buiten de files gerekend, zodat we er drie uur over deden. We, dat zijn Mireille en ik, want ik pikte haar (en haar elektrische fiets) op aan het UZA Erasmus. Haar thuis oppikken betekent een omweg van een dik uur, dus liever niet: Arend kon haar perfect tot daar brengen.

Het ambetante gevoel bleef aanhouden, maar dat hield me niet tegen om eerst bij Hanneke geïnstalleerd te geraken, een kleinigheid te eten, en dan met de fietsen naar het centrum te gaan, zo’n vijf kilometer verderop. Hanneke woont namelijk in zo’n woonwijk aan de rand van de stad, aan het begin van het natuurgebied de Bieschbos, zalig wonen.

We zagen nog net het laatste nummer van een groot popkoor, bleven even hangen bij een schitterende gipsy groep – die violist! – en gingen daarna luisteren naar Amerikaanse folk in een Iers jasje.

We vleiden ons neer op een bankje net achter het podium, aten gefrituurde banaan, churro’s en dergelijke meer, terwijl Hanneke naar een Deep Purple Cover band ging kijken. En toen, om eerlijk te zijn, vonden Mireille en ik het welletjes. Mireille heeft nog steeds behoorlijk veel last van long covid, en mijn rug vond dat de vijf kilometer terugfietsen ook wel voldoende ging zijn. Al bij al was het sowieso half twaalf tegen dat we terug waren, maar wel via een prachtige, bosrijke route. Chapeau, Hanneke!

Een hele fijne, zij het vermoeiende dag. En hopelijk is morgen de buik wat beter.

Dagje Ronse

Bart en ik moesten om 11.00 uur in Ronse zijn voor de akte van ons nieuwe appartement. Daarna moest Bart nog naar Zaventem, zodat we met twee auto’s gereden zijn en ik daarna rustig in Ronse kon blijven. Ha ja, want een vijftal huizen voorbij de notaris woont Véronique, en er waren nog niet-gevonden caches hier in Ronse.

Bart en ik gingen eerst nog iets eten, niks speciaals maar altijd goed.

En toen trotseerden we de warmte en vonden we – eindelijk, bij een vierde poging – de cache aan de MUST (het textielmuseum) en enkele in de buurt van het station.

Intussen was er een telefoontje gekomen van het ziekenhuis dat ons pa nog te duizelig en te onvast op zijn benen was om vandaag al naar huis te gaan, waardoor mijn namiddag plots open kwam. En meteen gingen we samen op stap langs het Mijnwerkerspad, gewapend met een grote zak en een snoeischaar, om vlierbloesem te gaan plukken. Daar komt geen gemotoriseerd vervoer, dat zit dus wel snor.

We hadden een stevige zak bloesem en een fijne wandeling. En ook wel dorst, dat ook.

Tegen zes uur stond ik bij ons pa in het ziekenhuis en ik zag dat het goed was dat hij nog even kon blijven: hij stelt het goed, ziet er goed uit, maar was opgelucht dat hij nog niet naar huis moest: hij valt bij momenten gewoon omver, hadden de twee ergotherapeuten in de voormiddag vastgesteld.

Wordt vervolgd.