Ons ma sliep bij mij in het dubbele bed, de kinderen in hun eigen kamer, en mijn pa sliep in het uitstekende zetelbed in de woonkamer. Er was afgesproken dat, als de kinderen opstonden en naar tv wilden kijken, hij maar moest verhuizen naar hun bed om daar verder te slapen.
Maar nee hoor: toen ik opstond, zag ik een berg donsdeken, waaronder mijn pa lag te slapen, en drie kinderkopjes bovenuitstaken die naar tv zaten te kijken. “Ha ja”, zei pa, “ik vond die kleine voetjes zalig, en als ik mijn hoorapparaten niet in heb, hoor ik de tv toch niet.” Juist.
We ontbeten op ’t gemakje, en reden naar de dam van Robertville, omdat we daar toch ongeveer moesten passeren en dat eigenlijk best wel mooi is.
Daarna ging de tocht verder naar Mont Rigi, voor een prachtige wandeling op een houten pad doorheen de Venen. We hebben die vorig jaar ook gedaan, en genoten er minstens even hard van. En de zon, die scheen volop ^^
Tegen twaalf uur waren we rond, en konden we eindigen op het heerlijke terras daar aan de Mont Rigi. Een dikke aanrader, als je ooit in de buurt van de Hoge Venen bent!
De kinderen konden er spelen, wij zaten in de zon te kletsen, en het eten was er echt meer dan dik in orde, voor een faire prijs. Alleen kregen we het niet eens op, en dat was gewoon jammer.
Het begon er wat dreigend uit te zien links en rechts, met van die dikke onweerswolken, maar voorlopig bleef het droog, en dus reden we naar huis, richting de Warche, waar ik met oma en de jongens nog eens de wandeling die Ellen ons had uitgelegd, afliepen.
De sluizen stonden duidelijk niet open, en dus was de Warche een vrij rustig riviertje, waarlangs het aangenaam wandelen was. Voor alle zekerheid hadden we toch de regenjasjes mee, maar dat bleek gelukkig niet nodig.
Aan het afdamplekje liet ik ma met de jongens achter, en liep ik de anderhalve kilometer nog naar boven, om mijn vader met Merel te gaan ophalen. Geen van tweeën zou de wandeling aangekund hebben, en beiden waren aan wat rust en kalmte toe (lees: mijn pa lag te slapen terwijl Merel een uur lang tv keek).
Bon, ik laadde hen in de auto, reed terug naar beneden, en daar kon lustig gedamd worden. Ha ja, want ons pa was meegekomen om te dammen met zijn kleinzonen, en dus werd er gedamd.
Helaas.
Na een kwartiertje (de jongens waren al een half uurtje langer bezig) begon het te druppelen. En in tegenstelling tot wat ons ma bleef beweren, was het niet zomaar ‘une vlague’, maar begon het harder en harder te regenen.
En dus dropen we maar af (heb j’em? Heb j’em?) richting huisje, toch wel wat teleurgesteld. Aan de andere kant: we hebben zitten schateren! Met piesfruit (don’t ask) en opa’s laarzen die volledig vol waren gelopen, de meest bizarre onzedige geluiden maakten, en uiteindelijk pieslaarzen werden.
Afhankelijk van het weer ondernemen we morgen nog een poging. Goed geweten. Want dammen, da’s een essentieel onderdeel van de Ardennen. ’t Zal wel zijn da!