Er waren van die jaren dat ik echt tien dagen op de feesten zat. Jong, geen examens of werk (onderwijs, weet u wel), geen kroost om voor te zorgen, en vlakbij met de fiets.
Gemiddeld kwam ik dan per avond een man of veertig tegen die ik kende, dus aan vertier geen gebrek. Overdag sprak ik tegen de middag met vrienden af om nog wat uit te slapen en te picnicken op de Blaarmeersen. Tegen een uur of zes huiswaarts voor een douche, en dan naar de Feesten. Eerst een concert op Sint-Jacobs meevolgen op de eerste rij, of gans achteraan, dan wat rondhangen in Baudelo, even de kraampjes van de ambachtsmarkt aflopen op de Korenlei, een ijsje gaan halen, tussenin een paar jenevertjes achterover slaan, nog hier en daar blijven staan voor een optreden links en rechts, en afsluiten in alweer Baudelo met een goeie sigaar en wat gedans. Kan ook in omgekeerde volgorde. Een goeie fuif in de Cocteau kon er ook altijd bij, net zoals één of andere voorstelling zoals die van de Moereloere in ’t Museetse. De afsluiter van de feesten was – hoe kan het anders – het optreden van Raymond op Sint-Jacobs. Om één uur begonnen we ons een weg te banen door de massa naar de eerste rijen, waar we elk jaar steevast hetzelfde volk tegenkwamen. Was het in het begin van de nacht nog drummen, dan begon tegen een uur of vijf er wat meer plaats te komen om te dansen. Raymond bleef steevast in zijn nopjes, speelde covers van Prince en Elvis Costello, grapte met zijn band (goh wat had ik een boontje voor de kleine kalende bassist met zijn charmante lachje) en deed dapper door tot de opkomende zon in zijn ogen zat. Jawel, rond zeven uur. Als hij na een marathonsessie van zes uur er eindelijk de brui aan gaf, gingen we met zijn allen koeken halen bij de bakker in de Steendam. Zelden cremekoeken gegeten die zo smaakten. Daarna gingen we slapen op ons kot/appartement, en hervonden met moeite ons dagelijkse ritme.
De Gentse Feesten waren toen nog veel kleinschaliger. Gezelliger ook, vond ik, maar dat zal wel liggen aan het feit dat ik een nostalgische trut aan het worden ben. Sint-Jacobs en Vlasmarkt waren zowat het eindpunt van de feesten aan die kant. Geen Boomtown, geen Polé-Polé, de spiegeltent stond nog aan de achterkant van Sint-Jacobs, en in het Baudelo stond één exotisch eettentje, de grote tent van Drakkar, en was er een dansvloer voor den Bal Populaire. De Feesten zijn me te… anoniem geworden. De mensenmassa is vaak niet te overzien, en pleinen worden noodgedwongen afgesloten. Nooit meegemaakt dat ik niet wat lol kon gaan trappen op de Groentenmarkt bij La Cuenta of Bog Boy Frankie, of vrienden kon gaan zoeken in Klein Turkije aan de Platten of in de Duveltent. Geen idee waar ze nu allemaal rondhangen. Een beetje verspreid, denk ik, en altijd aan de andere kant van een dichte mensenmassa waar ik hoegenaamd in dit weer geen zin heb om me een weg door te banen. Ach ja…
Toch heb ik er dit jaar al van genoten. Bart was erin geslaagd via het geliefde Project vrijkaarten te krijgen voor Gili op de openingsavond. Ik wist niet goed wat ik moest verwachten, maar ik vond het al ongelofelijk fijn dat ik mijn noestwerkende echtgenoot meekreeg in het feestgewoel. Lang leve een kantoor in het centrum met bijhorende parkeerplaats, by the way.
Een vriendin opgetrommeld als babysit (lang leve fijne niet-feestende vrienden, btw) en wij richting conservatorium. Ik was nog nooit in het zaaltje geweest, en was aangenaam verrast. De hitte binnenin was nog draaglijk, vond ik.
Gili zelf bleek een West-Vlaamse goochelaar/stand-up te zijn met een cynisch gevoel voor humor. Het feit dat er misschien een man of 60 in de zaal zat, ontlokte hem de opmerking dat het wellicht te warm was voor de gemiddelde Oost-Vlaming, maar drukte zijn enthousiasme niet. Als goochelaar is hij niks speciaals. Een vriend van me is een niet onverdienstelijke amateur, en sommige trucs doet hij zelfs een pak beter (zoals de vuurvliegjes). Wat deze voorstelling net dat ietsje meer geeft, is de commentaar die Gili geeft tussenin. Toegegeven, sommige moppen waren nogal flauw of hadden een baard die de gemiddelde Talibanstrijder zou doen verbleken van jaloezie, maar op andere momenten heb ik gewoon zitten schateren. Gili bezit een heerlijke dosis zelfrelativering, een franke tong en het talent bijzonder ad rem te reageren op sommige opmerkingen. Het meest amusant was nog het feit dat hij, voorzien van micro, zijn publieksassistenten van alles in de mond legde wat bijzonder goed overeen kwam met hun lichaamstaal, maar niks te maken had (mag ik hopen) met wat ze werkelijk aan het zeggen waren. Al bij al een aangename avond. Geen topamusement, maar het mocht er zeker zijn. Bedankt voor de kaarten, Gent Blogt !
Dinsdagavond had ik op het laatste moment mijn ma zover gekregen dat ze me vergezelde naar een voorstelling van vzw Deezillusie. Ik had Geert Willems (en zijn dochter) al lang beloofd eens naar een voorstelling te komen, en de titel intrigeerde me wel: Stand-up Erotica. De man in kwestie een beetje kennende, wist ik wel dat het vrij absurd ging zijn, en ik werd op mijn wenken bediend. Samen met Paul Ooghe en Sophie Dewispelaere heeft Willems een voorstelling in elkaar gestoken die het midden houdt tussen revue, stand-up en theater. Het feit dat de man lesgever is in oa. improvisatietechnieken voor de vzw Wisper is daar ook niet vreemd aan. Korte sketches worden aan elkaar gebreid met stand-up-achtige momenten, en als rode draad loopt het thema ‘erotiek’, al zouden sommigen het ‘seks’ noemen. Hoe kreeg je vroeger seksuele voorlichting, en hoe erbarmelijk gaat het er nu aan toe ? Hoe pak je het aan als homokoppel wanneer je adoptiedochtertje vragen begint te stellen ? Welke verleidingstechnieken werken, en wat is een zekere afknapper voor een vrouw ? En hoe begin je als ernstig koppel aan partnerruil ?
De spelers gaan er zo in op dat het zweet hen afdruipt, maar daar zal het bloedhete zaaltje aan de Spitaalpoortstraat (in de buurt van de Dampoort) ook wel voor iets tussen gezeten hebben.
Opnieuw geen topamusement, maar een enorm genietbare voorstelling waar je met een goed gevoel buitenkomt. Stand-up Erotica speelt nog tot het einde van de Feesten in het zaaltje van Wisper in de Spitaalpoortstraat, telkens om 20.00u. Misschien best toch reserveren, want het zaaltje zat stampvol.