Glorieuze afsluiter van de vakantie

Er waren, om de dag te beginnen, twee prachtige lieve kleine meisjes die met smaak een croissant of twee verorberden, en dan slaperig nog wat tv keken samen.

Tegen elf uur werd Lieze opgehaald, en iets later kwam ons pa toe, voor alweer een zeer aangename en lekkere maaltijd. Dank u, liefje, voor het weekendse koken met zoveel liefde en aandacht voor het detail!

Aangezien het een toch wel stralende dag was, sommeerde ik ons pa de auto in te stappen, en reden we naar Gentbrugge voor een aantal caches in de Gentbrugse Meersen. Ik was er nog nooit geweest, maar het is er inderdaad echt mooi! Alleen jammer, zoals op zoveel plaatsen, van het voortdurende geraas van de autostrade die het gebied zowat doorkruist op viaducthoogte. Tsja… Onze tocht begon echter aan de kerk van Gentbrugge, met een wandeling over het kerkhof waar, tot onze verbazing, ook een aantal oorlogsslachtoffers liggen.

Tegen zessen waren we terug, en tegen zeven uur zette ik alweer aan met Wolf richting De Haan. Yup, het schooljaar is weer begonnen, en dus mag hij niet meer op maandagmorgen toekomen, maar moet hij al op zondagavond binnen zijn.

Ik gooide hem af, en reed naar Oostende om daar in en rond ’t Bostje – het Maria Hendrikapark – ook een rondje geocaches te zoeken. Alleen… heb ik me gigantisch laten verrassen door het vroege uur waarop het donker wordt. Ik was gewoon om in mei en juni te cachen op zondagavond, en dan is het klaar tot tien uur. Ik had er zo’n beetje geen rekening mee gehouden dat nu al om half negen de zon onder gaat. Ik heb dus in het pikkedonker in een Oostends park en bos rondgelopen, waar bijna geen verlichting is. Tot mijn eigen verbazing heb ik er nog 6 caches gevonden, bij het lichtje van mijn GSM. Het was er ook compleet verlaten, alleen de dieren kon je horen. Zalig! Alleen vrees ik dat het een beetje te ver en te lang was, want ik moest nog een heel eind terug tot aan de auto, en mijn rug begon het welletjes te vinden. Hmm.

Al bij al een hele mooie dag gehad met 12 caches, maar wel doodop nu. En morgen de eerste schooldag. Juist ja.

 

Krachtcirkel Knorretje

Er zijn zo van die feestjes waarvan je op voorhand weet dat je er veel te lang gaat blijven hangen. Of dat die kans toch zeer reëel is.

Neem nu de verjaardagsfeestjes van T. P. uit O. Ik ben uit respect voor mijn rug maar om half negen toegekomen, in plaats van half zeven. De hele tuin stond vol met fijn volk, er werd een Ardeens gebraadje in hooi op de barbecue geroosterd, terwijl er nog tal van andere varkensdelen een hittekuur ondergingen, en er was drank. Veel drank, want hier en daar stond ook al een tent opgesteld.

Ik heb heerlijk aan een kampvuur van opfikkende meubelen gezeten, fijne en minder vreedzame verhalen uitgewisseld met zeer aangenaam gezelschap, en om half een verklaarde ik dat ik naar huis ging. Waarna ik langs de keuken passeerde om slaapwel te zeggen, en iets over twee alsnog verklaarde dat ik naar huis ging.

Zo’n feestjes dus.

Mooi, toch, om de vakantie mee af te sluiten?

Picknick in het Middelheim

Vorig jaar hadden we, klop midden in de vakantie, een picknick georganiseerd in het Middelheimpark in Antwerpen. Dat was toen zó fijn, dat we het voor herhaling vatbaar vonden. Alleen waren we nu net midden in de vakantie op reis, dus dat ging niet.

Eerst had ik het gepland op 15 augustus, maar dan zit de helft van Antwerpen bij zijn moeder, en bleek uiteindelijk ook Wolf een bezoekdag te hebben, zodat we maar naar Brugge zijn gegaan die dag.

We hebben het dan maar verzet naar vandaag, en nog redelijk wat mensen gaven aan dat ze konden. Helaas, in de voorbije dagen regende het afzeggingen, zodat uiteindelijk enkel Babeth en Danny en Els er waren. HEt werd er eigenlijk niet minder gezellig om.

We aten, en de kinderen stortten zich op de kleiput naast ons plekje. Dat vormt op zich ook een kunstwerk: je mag maken wat je wil, en dan kan je het in de kastjes naast de put zetten, en daar je handen wassen of zelfs een douche nemen…

Na het eten wandelden Els en ik nog even rond doorheen een klein stukje van het beeldenpark, en dat is echt zalig… Vorige keer had ik ook al gezegd dat ik heel graag in de herfst, als de bladeren verkleuren, wilde terugkomen, maar toen zat ik met mijn rug… Beelden, daar hou ik dus echt van. Ik kan hier uren rondlopen, denk ik.

Ik ga proberen om hier een jaarlijkse traditie van te maken, hopelijk de volgende keer met meer succes.

Overwoekerd

Ons ma genoot echt van haar tuin, en werkte daar precies ook graag in. Elk najaar plantte ze nieuwe voorjaarsbollen, om die dan uit te halen en andere dingen te planten. En rozen: ze was behoorlijk zot van rozen, maar evengoed staan er clematis, akeleien, zonnehoedjes, pioenrozen, dahlia’s…

Sinds ze gestorven is, is er helaas naar de tuin niet meer omgekeken. Mijn vader zwoer bij hoog en laag dat hij er eens ging aan beginnen, en dat hij dat zeker ging doen, en dat we geen tuinman moesten zoeken, en…
Intussen zijn we dik twee jaar verder, en is de tuin helemaal overwoekerd. Overwoekerd, als in: er is geen gras, maar zelfs geen betonnen tuinpad meer te zien. Een weg banen naar het kiekenskot is al helemaal onbegonnen werk, en dus loopt er een kieken vrij rond in de tuin, met alle mest en vuiligheid van dien.

Tsja. Op zich allemaal geen probleem, ware het niet dat mijn broer, die een straat verderop woont, zijn bankkantoor gaat verbouwen. Ik hoor u al denken tot hier: wat heeft die verbouwing in hemelsnaam met die tuin te maken??? Wel, zolang er verbouwd wordt, moet mijn broer met zijn personeel natuurlijk een ander onderkomen zoeken. Dat kan in containers, maar dat is hopeloos onpraktisch, veel te klein, en waar zet je die dingen überhaupt? Terwijl mijn vader een groot kantoor ter beschikking heeft, waar vroeger de bank in gevestigd was. Toegegeven: verouderd, nog vol met oude dossiers en andere rommel, maar wél met voldoende plaats, een wachtkamer, loketten, een spreekkamer, enfin, de ideale noodoplossing. Alleen kijkt dat kantoor via een groot raam uit op, jawel, de overwoekerde tuin.

Mijn vader is volop bezig zijn kantoor leeg te maken, en mijn broer had mij aangesproken om eens na te denken over die tuin. Ik heb dan maar rondgehoord of er iemand tegen betaling wilde komen helpen opruimen, en gelukkig was er Manou, een vriendin van Wolf die een straat of twee verderop woont. Kobe, Merel, Manou en ik reden dus naar Zomergem, gewapend met grote zakken voor tuinafval, handschoenen, snoeischaren, haagscharen, the works. Het was al een tijd geleden dat ik nog in mijn ouderlijke huis was geweest, en ik geef het toe: mijn mond viel open bij het aanschouwen der hovingen. Ja maat…

We gingen aan het werk, waarbij ook Kobe en Merel stevig doorwerkten en ik bijzonder voorzichtig probeerde te zijn met mijn rug – tuinwerk is me eigenlijk strikt en expliciet verboden geweest door mijn rugarts. Drie en een half uur later was het grootste deel van het tuinpad vrij, waren de rozen gesnoeid, was er weer een soortement middenperkje te zien, waren er drie jonge bomen afgezaagd, en had ik een wegje vrijgemaakt richting kiekenskot, waarin het kieken zonder veel plichtplegingen werd opgesloten, tot haar grote ontzetting.

Ons pa heeft nu plechtig beloofd dat hij een tuinman ging contacteren om ook de rest wat toonbaarder te maken. Hopelijk ziet die mens zich er nu een begin aan…

Rondje Blauwbuik

In april was ik een namiddagje gaan cachen met Véronique en haar dochter. Dat was haar toen zo goed bevallen, dat we afgesproken hadden om dat wel eens meer te doen. Maar bon, ne mens moet tijd hebben en die moet dan nog samenvallen ook natuurlijk. Vandaag was gelukkig wél zo’n dag! Wolf zat uiteraard in het Zeepreventorium, en Léonore was op vakantie met haar papa, maar Véronique had wel haar dertienjarige plusdochter bij zich, en die zag dat cachen hélemaal zitten.

De vorige keer was het een Toertje Daknam geworden, nu gingen we vlakbij voor een Rondje Blauwbuik in Eksaarde. Ook hier waren de caches ongelofelijk mooi uitgewerkt, zoveel meer dan een potje achter een boom.

We wandelden dik drie uur, genoten ervan, snoepten nogal wat, en Véronique maakte foto’s.

Onderweg dronken we iets op het terras van een cafeetje dat eigenlijk gesloten was, maar waarvan de uitbaatster bezweek voor onze charmante glimlach.

Waren we moe? Jawel, maar het was meer dan de moeite waard.

Beeldenparcours op de dijk in De Haan

Wolf moest deze morgen al om kwart voor negen aan de inhalator en dan om negen uur naar drainage, en dus zaten wij kwart voor acht al in de auto. Ha ja, drie kwartier rijden, en dan nog tien minuten stappen tot je van een parkeerplaatsje aan zijn paviljoen bent.

Het resultaat was dat ik om negen uur al in De Haan liep, en voor een keertje de andere kant van de dijk wilde lopen, omdat het daar vol staat met beelden die ik nog niet gezien had. Het was een grijze, bewolkte dag, maar helemaal niet koud, en de beelden waren prachtig. Ik ben van geen kanten een fotograaf, en dus doe ik eigenlijk met mijn iPhonefotootjes de beelden absoluut geen recht, maar bon, u moet zelf maar gaan kijken ginder op de dijk.

Ik ga nog wel eens terug op een heldere dag, zodat ik ook heldere foto’s kan nemen. Vooral de beelden van Linde Ergo spreken me echt wel aan. Ik ben benieuwd: zou haar “Inner Circle” te koop zijn? Blijkbaar zou het beeld er maar blijven staan tot 30/9…

Daarna reed ik vlotjes naar huis, maar blijkbaar had Bart mijn assistentie niet nodig om een cyste op zijn oog te laten wegnemen. Hij is daarna gewoon terug naar kantoor gefietst…

En ’s avonds had ik dan eindelijk nog eens afgesproken met Gwen. We hadden elkaar niet eens meer gezien voor haar verjaardag op 16 juni, stel u voor. Enfin, we hebben een zalig diner gehad, en ik had meteen ook de nodige rozen voor haar mee. Tradities…

Al bij al een fijne maandag gehad, prima compensatie voor het drukke weekend.

 

Tiny en Tomas

Een hele tijd geleden kreeg ik een ‘vreemd’ verzoek van een oudleerlinge, Tiny. Ik heb altijd via Facebook een goed contact met haar gehad, in de klas was het een zeer fijne leerlinge, en ze is nog babysitter geweest hier in huis.
Ik wist dus wel dat ze al lang samen was met Tomas, dat ze een huisje hadden in Evergem, eigen paarden, en dat ze verloofd waren. En nu had ik dus de vraag gekregen of ik de ‘ceremoniemeester’ wilde zijn op hun huwelijk. Ik was vereerd, maar ook wel verbaasd: ik had zoiets nog nooit gedaan! Maar zij gingen voor de wet trouwen in de voormiddag in het Kasteel van Wippelgem, en dan ’s namiddags bij hen thuis een ceremonie en groot feest in country style.

Euh… ja zeker?

Zo stond ik dus deze namiddag, gekleed in jeans, lange laarzen, wit bloesje, corset en cowboyhoed met mijn papieren en een micro achter een grote strobaal als pupiter, en zag ik twee stràlende mensen wier huwelijk ik aan elkaar mocht praten.

Ik had gezegd tegen Bart dat ik wellicht ergens tussen zes en zeven ging thuis zijn, want het was niet alsof ik daar mensen ging kennen en zo. Tsja. Ik ben in een compagnie van oudleerlingen verzeild, de bruidsmeisjes, heb me enorm goed geamuseerd, bleef dan maar voor een fantastisch beenhambroodje, en dan was er nog dessertenbuffet, en dan werd er gedanst, en zaten we aan een kampvuur, en…

werd het alsnog behoorlijk laat. Maar qua sfeer was dat een gigantisch fijn feest. Chance met het weer, natuurlijk, iedereen zat buiten in plaats van onder de tent.

Nog eens een dikke proficiat, Tiny en Tomas, en bedankt dat ik mocht komen!

Dagje Brugge

Wolf zit sinds zondagmiddag opnieuw in het Zeepreventorium, maar aangezien het vandaag een feestdag was, mochten we op bezoekdag, en hem zelfs meenemen van 10 tot 19.00 uur. Althans, dat was de theorie. Omdat hij serieus last heeft van een hoest en slijm op zijn longen – ze zijn het aan het onderzoeken – moest hij al om half vijf terug zijn voor aërosol en drainage. De dag werd dus iets korter dan gepland, maar bon, zijn rug staat een langere uitstap toch niet echt toe.

Iets over elven pikten we hem op en haalden we uiteraard nog een ijsje in De Haan zelf. Allez ja, Wolf moest wachten op zijn warme wafel.

Daarna reden we naar Brugge, om daar in L’Estaminet iets te eten. Dik in orde, alleen hebben we behoorlijk lang moeten wachten. En hadden we ook lang rondgereden voor een parkeerplaatsje: eerst konden we niet door omwille van een optocht en moesten we rondrijden, en toen was de parkeergarage van Park volzet. Aan de Magdalenakerk vonden we gelukkig wél nog een plaatsje, en moest er blijkbaar eerst ook nog gespeeld worden op de grote speeltuin aldaar. Door alledrie, ja.

Daarna wandelden we langs een brug, een van de kunstwerken van de Triênnale, richting Markt. Daar losten we de max van een geocache op, nota bene op een van de drukste plaatsen van gans Brugge, en toch vielen we niet op. Tsja, als je die cache in fietszakken stopt…

Daarna wandelden we verder om nog drie kunstwerken van de Triënnale te bekijken: de walvis, de lange metalen nek (of hoe je het ook moet noemen) en de oranje tunnels. Tussendoor dronken we ook snel iets, en kreeg de hangry Merel een pannenkoek.

Toen was het welletjes, was ook de tijd op, en brachten we Wolf tegen half vijf terug naar het Zeepreventorium, waar we nog bij hem bleven tijdens het aerosollen.

Daarna reden we naar huis via een omwegje, en deden we nog een cache waarbij we alledrie in de lach zijn geschoten. Je moest namelijk met een bidon aan een ketting in een kreek water scheppen, dat in een buis gieten, en dan een bovendrijvend kokertje opvissen waarin een sleuteltje zat, waarmee je een vogelhuisje wat verderop kon openen. Op zich leuk bedacht maar niet zo grappig natuurlijk. Het verrassende element zat hem in de buis, waarin gaten zaten om ze te draineren, en een van die gaten was héél gemeen geplaatst, zodat je een stevige straal water op jezelf kreeg, als je niet oplette. Een heuse pispaal dus.

Enfin, kwart voor zeven waren we terug thuis na een geslaagde middag. Yup yup.