Man, wat een verhaal!
Kobe moet dit boek lezen voor Engels en daar dan een groepswerk over maken. Als ik kan, lees ik zijn boeken mee, zoals ik deed voor Wolf, zodat hij waar nodig extra uitleg kan geven.
Ik ben benieuwd wat hij hiervan gaat denken: ik vond het een ongemeen boeiend, maar loodzwaar boek, en echt ook niet gemakkelijk door de vele psychologische en filosofische bespiegelingen.
Het is dan ook nog eens non-fictie: Tara Westover, doctor in de geschiedenis, schrijft het verhaal van haar jeugd neer, en het is bijna niet te geloven dat dit geen fictie is. Ze wordt geboren als jongste in een streng Mormoons gezin in Idaho, met een vader die een survivalist is, een moeder die kruidengenezer is, en onder andere een gewelddadige broer die haar mishandelt. Ze bereiden alles voor voor het Einde der Tijden, maar dat wil niet zeggen dat ze afgesneden zitten van de wereld: ze hebben wel degelijk GSMs, een computer, tv en dergelijke. Maar ziekenhuizen zijn des duivels, en scholen zijn indoctrinatiecampagnes van de overheid. Tara mag dan ook niet naar school: haar moeder heeft haar wel leren lezen en rekenen, maar veel verder dan dat gaat dat niet. Het enige boek dat echt toegelaten is, is de Bijbel, samen met Mormoonse geschriften. Wetenschap en geschiedenis, dat bestaat eigenlijk niet.
Beetje bij beetje kan Tara zich aan dat milieu onttrekken: ze gaat zichzelf alle mogelijke dingen aanleren tot ze, blijkbaar in het bezit van een briljante geest, de toelatingsproef voor een lokale universiteit haalt. Maar daar komt ze in aanraking met de buitenwereld, weliswaar wel nog Mormoons, maar lang niet meer zo strikt. Wanneer ze later ook nog naar Cambridge en Harvard gaat, raakt ze meer en meer vervreemd van de enge leefwereld die haar thuis was, en dat gaat gepaard met ongelofelijk veel psychologische problemen en verscheurdheid. Enerzijds is ze nog steeds het kleine meisje dat opgroeide op die berg en er heilig van overtuigd is dat ze bezeten is door het kwaad, zoals haar vader blijft beweren, anderzijds weet ze intussen maar al te goed dat de pure indoctrinatie van haar vader nergens op sloeg. En toch…
Westover schrijft een al bij al afstandelijk relaas, gebaseerd op haar eigen herinneringen en dagboeken, maar ook op de herinneringen van haar broers, toch degene die nog met haar willen praten. Als buitenstaander schud je meermaals het hoofd: de situaties kunnen toch gewoon niet echt bestaan? En tegelijkertijd weet je dat dit alleen in de VS kan, en dat dit realiteit is.
Ik ben er gewoon nog eventjes niet goed van. Wat een boek. Non-fictie, maar met de spankracht en de vertelstijl van een uitstekende roman.
Lezen. Serieus.