Ophaalronde

De woensdag was een heel gewone eigenlijk, tot ’s avonds: toen begon ik aan een rondje Gent. Kobe werd vakkundig afgekegeld ter hoogte van een rugbyplein, en ik reed door van de Watersportbaan naar Ledeberg. Een vriendin had een stereospeler op overschot, en de mijne in de badkamer is het aan het begeven, dus… Ideaal, en ingewisseld voor een bosje meiklokjes ^^

Ik reed door naar Sint-Amandsberg, waar een verbouwende jongeman me voor 200 euro per stuk twee schitterende, rode Vitra Maarten Van Severen .03 aan de hand deed. Eigenlijk had ik genoeg met eentje, maar bon, er is plaats voor zes stoelen, en Merel gaat geen eeuwen meer op een kinderstoel blijven zitten. En dus werden de vier zwarte exemplaren aangevuld met twee signaalrode, en ik geniet.

IMG_9904

Enfin, met de twee stoelen in de koffer reed ik, passerend langs een geocache, richting Sterre, alwaar een bevriende professor en rabiate larpster een zwaard voor me moest meenemen, en een extra elandje voor Kobe en een gewaad voor mij had. Helaas heb ik nogal gezocht naar haar huis, waardoor ik haar net gemist heb, maar bon, haar man was thuis, en da’s ook prima.

Enfin, ik had Kobe afgezet, een cache gevonden, twee rode stoelen, een eland, een larpgewaad en een stereo opgepikt, en dat allemaal op een paar uur. Goed gereden!

Meetkerkse Moeren

Ik zeg het al een paar maanden dat ik dringend eens in Brugge moet geraken om een zieke vriendin te bezoeken. In de krokusvakantie was het ronduit rotweer, maar vandaag zagen de kinderen en ik dat helemaal zitten. Want Brugge, dat is voor sommige mensen misschien gaan winkelen en rondlopen in ’t stad, maar wij, wij gaan geocachen. Ik heb niks nieuws nodig, de kinderen ook niet, en we winkelen geen van allen graag.

Bon, tegen elf uur stonden we voorbij ’t Sint-Janziekenhuis, voor een tocht van maar liefst 27 caches + bonus. Geen idee hoe ver we gingen raken, we gingen wel zien hoe lang we goesting hadden. Eén ding stond vast: met mijn zere voet en Wolfs zere rug gingen we de 15 kilometer niet te voet doen, maar per auto, voor zover mogelijk.

We reden naar Meetkerke, en begonnen dus aan de Meetkerkse Moeren. De wandeling is opgedeeld in twee stukken, een van 11 en een van 16 caches, en we gingen proberen het eerste deel nog voor het middageten te doen. Ha ja, want de bezoekuren zijn maar vanaf 14.00 uur, vroeger moesten we er niet zijn, en Els had ons toch wel het restaurant van het ziekenhuis zelf aangeraden. Nog zo gemakkelijk dus.

We reden rond door een prachtig landschap, stelden vast dat we bijna wegwaaiden bij momenten en dat de winterjassen dus zeker geen overbodige luxe waren, en dat de caches echt mooi gedaan waren. En we genoten, ja.

We haalden het eerste deel nog net voor we blauw van de honger zagen, en pikten zelfs de bonus op. De vol-au-vent, respectievelijk spaghetti smaakte nog dubbel zo goed, en dat zonder wachten!

Tegen half drie stonden we bij Els op de kamer. Toegegeven, het was erger dan ik verwacht had. De vorige chemokuren waren al bij al nog doenbaar geweest, maar deze laatste viel echt zwaar. Maar het deed echt wel goed om haar te zien, ook al zijn we niet lang gebleven, daarvoor was ze veel te vermoeid.

Enfin, wij terug naar Meetkerke voor deel twee van de Moeren. Hier hebben we ons geriskeerd om met de auto over een boebelige veldweg te rijden, en we konden 12 van de 16 caches oppikken. Voor de laatste vier werd het te laat, waren we te moe, en moesten we een stevig eind stappen. Die zullen dus helaas voor een volgende keer zijn. Maar man, geocachen is echt wel een zalige hobby! Of hoe ga je anders drie kinderen zomaar aan het wandelen krijgen, dacht je?

IMG_2721

Tussendoor waren we verzeild in een klein biercafé ergens op den buiten, dat eigenlijk wel vol zat, en waar ze zeer lekkere wafels en pannenkoeken verkochten. En warme choco, of wat dacht u?

En ik, ik was nog netjes op tijd thuis voor mijn generale repetitie.

Nieuwe tuinmeubels en stoelen!

Nu ik toch ongemeen veel geld aan het uitgeven was, kon ik daar maar evengoed mee verder doen. Na de nieuwe grote zetel, de salontafel, het ei van Wolf en de nieuwe tuinmeubelen kon ik evengoed eens kijken voor nieuwe stoelen. Niet dat de keukenstoelen die we nu hebben, zo erg zijn, verre van, ik vind die nog steeds mooi. Maar onze buitenstoelen zijn aan vervanging toe, en de huidige keukenstoelen zijn daar prima voor geschikt. En Merel gaat ook stilaan op een grote stoel beginnen zitten, en dan hebben we er eentje te kort. Ik had het er hier trouwens al over in 2012, ’t is dus geen bevlieging.

Ik ben dan eens gaan kijken op tweedehands sites, en lo and behold, daar stonden toch wel zwarte .03 stoelen van Vitra te koop voor 275 ipv 475 euro zeker? Ze waren blijkbaar uit een advocatenpraktijk geweest, maar nu overbodig, vandaar. Er is ook effectief niks aan. Enfin, ik nam contact op, en reed deze namiddag met de kinderen naar Laarne om vier van die stoelen op te pikken. 1100 euro, dat wel, maar da’s nog altijd een pak minder dan 1900, en zoals gezegd, het is niet bepaald een bevlieging :-p

In Laarne pikten we in ’t passeren nog een paar geocaches op, en reden toen naar de Weba. Onze auto werd ingeruild voor een camionette – je had Kobe en Merel moeten zien glunderen! – en we konden fluks de nieuwe salontafel en de tuinmeubelen opladen. Thuis werd alles afgegooid, en de camionette terug ingewisseld voor de auto met de stoelen.

Een en ander zag er ietsje later als volgt uit:

Heerlijke kussens, en weinig geld. Toch in vergelijking met de stoelen :-p

IMG_9869

De salontafel in elkaar steken zal voor morgen zijn, ik ben nu al zo content als een katjen. Maar eerst is er vanavond nog koor.

Neurolyse

Deze voormiddag stond ik om half tien netjes bij dokter Burssens, alweer. Twee stagiairs kregen nog maar eens de uitleg rond de voet van mij, en Burssens spoot vrolijk een stevige dosis lidocaïne in mijn voet. Ik hing ongeveer aan het plafond van de pijn, maar het verdovende effect verspreidde zich snel, dat moet ik toegeven. Kent u dat vervelende, stijve gevoel in uw kaak wanneer de tandarts verdoofd heeft? Wel, dat ambetante gevoel zat nu dus in mijn voet. Maar nu was het de bedoeling om die voet stevig onder druk te zetten, zodat het zeer duidelijk zou zijn wanneer de verdoving zou uitgewerkt zijn. Aan de hand daarvan kan de dokter bepalen wat het precies is.

Ik trok dus mijn sandalen aan – heerlijk gewoon! – en begon te stappen. Ik ging vruchteloos op zoek naar een geocache in het Delphine-Boëlparkje, en stapte daarna via de Parklaan – prachtige huizen! – naar het Citadelpark.

Menig pokémon werd gevangen, de voet werd stevig onder druk gezet, en ik pikte nog een geocache op.

Via de Prinses Astridlaan, de Oostendestraat en de Prinses Clementinalaan wandelde ik iets na twaalven terug, en jawel, exact twee uur na de inspuiting begon de voet gemeen veel zeer te doen.

Toen ik ’s avonds belde naar de dokter met die mededeling, moest hij lachen: “Ze hadden u verteld wanneer het ging uitgewerkt zijn, zeker?” Blijkbaar is het nu wel duidelijk wat er aan de hand is: een geknelde zenuw! Die moet nu operatief losgemaakt worden, een neurolyse dus. Enfin, op zich geen zware ingreep, en dan drie weken een loopvoetje of mijn laars. Juist ja.

Nu nog bepalen wanneer het kan.

Cachetocht in Belzele

Ongelofelijk mooi weer, geen scouts, een Wolf die zich verveelde, en ik die niet stil kan zitten? Ideaal om te gaan geocachen dus.

Er lag een rondje van 12 korte multi’s met bonus in Evergem-Belzele dat al lang mijn ogen uitstak, en dus reden Wolf en ik naar de grote Westbekesluis hier wat verderop, en begonnen te wandelen. Naast de Ringvaart (en de R4) loopt de Oude Kale, en daarnaast ligt een wandelpad. En dààrnaast ligt een groot veld zonnepanelen, tot onze grote verbazing. Nog nooit gezien!

Enfin, we wandelden een eindje langs daar, en trokken toen de velden in. En warm! De combinatie van de zon, de afwezigheid van wind en het stappen zorgde ervoor dat ik eigenlijk al vrij snel in mijn hemdje liep: veels te warm!

We cachten vrolijk verder, liepen een woonwijk binnen, en stelden vast dat er blijkbaar zelfs aparte borden en drempels bestaan voor tractoren. En ik stelde ook vast dat Wolfs rug blijkbaar helemaal nog niet in orde is. Ik had het gevoel dat het iets verbeterd was, maar niet dus.

We sloegen alweer een landweg in, kwamen in een andere woonwijk uit, en draaiden stilletjesaan terug naar de auto. Ik merkte aan Wolf dat die vijf kilometer (over bijna drie uur, dat zoeken naar die caches duurt vaak lang) toch te veel van het goede was geweest voor zijn rug.

De bonus zal voor een andere keer zijn, maar ik heb er intens van genoten, van die eerste lentedag met mijn oudste zoon. Bedankt, Wolf!

Dagje Brussel

Doordat ik gisteren tot twaalf uur moest werken, en probeerde om om 13.00 uur in Brussel te zijn, moest ik wel met de auto gaan. Tsja, de file op de kleine ring zorgde er toch nog voor dat ik er maar tegen half twee was, en had ik geweten dat het niet echt met een intro was, maar dat je de hele tijd kon arriveren, dan was ik wellicht met de trein gegaan. Maar bon, ik was in Brussel, het waaide keihard, en ik genoot ervan.

Zoals aangegeven parkeerde ik me op het Poelaertplein, en nam de stadslift naar beneden. Zo’n wijs gegeven dat dat is, ik blijf me erover verwonderen. En druk! Enfin, ik zocht mijn weg door kleine straatjes, en kwam in Les Ateliers des Tanneurs. Zo rond vier uur had ik het daar wel weer gezien, en wandelde op mijn gemak terug. Ik wilde bijzonder graag nog twee caches gaan zoeken die in de buurt lagen – ideaal weer, geen regen meer, maar wel die felle fijne wind – maar toen ik al vrolijk aan het stappen was, en bijna was waar ik wilde zijn, sloeg mijn telefoon uit. Van 13% naar nul, verdomme! En mijn batterij, die had pootjes gekregen richting Wolf. Pletsen, plétsen, zeg ik u!

Enfin, dan maar teruggekeerd naar de parking, mijn ticketje ontwaard (cadeautje van 9 euro van Nintendo), in de file staan aanschuiven naar de ring, en tegen dan was mijn gsm alweer een beetje opgeladen. Ik ben dan nog een cache gaan zoeken aan de basiliek, maar die was daar niet te vinden, helaas. Een beetje verderop, een zijstraat van de Keizer Karelstraat in Ganshoren, lag er wel een mooitje te pronken. Ik heb die dan maar opgezocht, en hier thuis nog vertaald van het Frans naar het Nederlands, want hij was eentalig Frans. Leuk, want de cachelegger heeft dezelfde dag nog de Nederlandse vertaling erop gezet.

Enfin, nog wat file later was ik tegen half zeven thuis. Oef. Net op tijd om te eten, nog wat schoolwerk te doen, en te gaan zingen.

Maar ik vond wel dat ik een fijne dag had gehad. Eigenlijk moet ik dat vaker doen, zo op mijn eentje een stad intrekken. Ik geniet daar duidelijk van.

Jas, nog maar eens

Deze morgen kwam Wolf naar mij in de badkamer: “Mama, weet jij mijn jas zijn?” “Euh, nee? Ligt hij niet in de auto? Je had hem zaterdag aan naar de muziekles, en had je hem terug mee van de rugby?”

Niet dus. Ook al had ik het hem nog expliciet gevraagd, en zei hij dat zijn jas in zijn tas zat.

Gelukkig heeft hij een reservejas voor rugby en scouts, en kon hij daarmee naar school. Maar in zijn gewone jas zitten wel zijn sleutels, zijn portefeuille en zijn abonnement. Samen is dat een vrijgeleide voor iemand met inbrekersneigingen natuurlijk.

Zucht. Jas kwijt voor de elvendertigste keer, maar vooral ook al de rest. Ik ging dus lesgeven tot 12.05 uur, en reed daarna naar de Blaarmeersen, op hoop van zegen. En jawel, er was uiteraard wel iemand van dienst in de Piereput, en die had ook de sleutel van het clubhuis, maar niet  de code. Bon, even rondgesmst, na een paar vijven en zessen de code te pakken gekregen, naar het clubhuis gegaan, en oef, de jas hing netjes in het clubhuis aan de kapstok. Een goede ziel had die gelukkig uit de kleedkamers mee naar boven genomen. Nog die chance!

Nu ik er toch was, ben ik nog even de cache aan de Blaarmeersen gaan vernieuwen, want het oude potje was gisteren verdwenen, en ik zag de bevestigingsdraadjes effectief netjes in het water liggen. Fijn.

aalscholver

In het “passeren” ben ik dan ook nog de nieuwe cache, nummer vijf in de Gentse Sluizenreeks, gaan wegsteken, nu die andere in de buurt gearchiveerd is. En jawel, prompt werd die goedgekeurd. Oef. Nu de bonuscache nog maken.

 

Een zondag om zot van te worden, en daarna gelukkig weer zen

Vorige week schreef ik dat ons pa zijn Parkinson van de ene dag op de andere verdwenen was, en dat we daar eigenlijk niet gerust in waren. Een checkup bij de dokter wees uit dat alles in orde is – voor een 75jarige met overgewicht en kapotte longen, zonder enige conditie, maar bon – en dus bleven we ons hart vasthouden.

Vandaag kwam hij eten bij ons. Wel, ik ben rond drie uur gevlucht uit mijn eigen huis, samen met Wolf. Ons pa was compleet ongenietbaar, ratelde maar door, accepteerde geen vraag om te zwijgen, wilde perse zijn eigen zin doordrijven… Hij stond erop dat Wolf ging schaken met hem, ook al had die daar geen zin in. Wolf speelde dus even, maar liet zich verliezen om ervan af te zijn, wat resulteerde in een preek van vijftien minuten over tactieken en zo. Mij sprak hij aan over een klink die kapot was, en ik accepteerde zijn uitleg en voorstel tot reparatie. En toen bleef hij daarover doordrammen, zelfs in die mate dat hij, toen ik naar het toilet ging, me achtervolgde in de gang en bleef ratelen. Op een bepaald moment heeft zelfs Bart zich tegen hem kwaad gemaakt, en dat wil al veel zeggen.

Manisch, dus.

Jammer van Barts lekkere eten: hij had een fantastisch voorgerechtje gemaakt met gerookte makreel en avocado. Het hoofdeten was iets eenvoudigs, en ik maakte zelfs nog, om ons pa een plezier te doen, cuberdonijs.

Waarbij ons pa blééf doorgaan over de manier van bereiden. Zucht.

Help.

Tegen drie uur kon ik niet meer. Ik had zin om luidop te beginnen gillen, en ik heb samen met Wolf mijn boeltje gepakt, en we zijn gaan geocachen. In de koelte en de rust. Vooral dat laatste. Ons pa is dan maar tegelijk met ons vertrokken. Oef.

Wolf en ik hebben er nog een prachtige middag van gemaakt. We wilden vooral een multi doen in Gentbrugge, omdat ik al een paar keer geprobeerd had een nieuwe cache weg te steken aan sluis nummer vijf, de Brusselsepoortsluis, maar daar bleek een waypoint van die multi in de weg te liggen. We hebben ongeveer een half uur staan zoeken aan de eerste stap, en niks gevonden. Thuis wilde ik dan de leggers ervan contacteren, en net dat bleek de multi verdwenen te zijn, gearchiveerd dus. Blah! Had ik het geweten, ik had de cache opnieuw kunnen wegsteken.
Enfin, we hebben nog verder gelopen, gezocht naar een paar fijne caches, en kwamen daar iemand tegen die ons vroeg of wij toevallig degenen waren die vlak voor hem die nieuwe cache wat verderop hadden gevonden. Nieuwe cache? Je moet weten, het is een sport om een First to Find, Second to Find of Third to Find te scoren. Op mijn app was zelfs nog niks te zien, maar hij kon ons de coördinaten geven, en we hebben er ons naartoe gerept, om blijkbaar nipt vierde te eindigen. Dju!

Enfin, we waren helemaal tot rust gekomen toen we thuis kwamen, zo tegen half zes. Maar ik vertrouw het niet met ons pa: dat gaat helemaal de verkeerde kant uit.