“Als vissen zwemmen, ga ik dood”

Schooltoneel.

Ik hou niet van het woord, ik vind het op zich al een negatieve bijklank hebben. Het doet me denken aan stoffige turnzalen met een amper gebruikt podium en dus nog stoffiger coulissen. Een zaal vol enthousiaste ouders wier kind schoon kind is. Ik denk aan een klungelig in elkaar gestoken voorstelling, met kinderen wier acteerniveau dat van de gemiddelde sanseveria benadert, met pakjes die in elkaar gestoken zijn door liefhebbende en behulpzame oma’s. Ik denk aan een zingende selder, quoi.

Het hoeft gelukkig niet altijd zo te zijn. Ik ben dan ook enorm opgelucht dat op mijn school het woord ‘schooltoneel’ eerder een vorm van kwaliteitsvol jongerentoneel is. En de voorstelling die ze er afgelopen weekend drie keer gespeeld hebben, kan gerust naast om het even welk ander jongerentoneel staan, dat subsidies krijgt en meedraait in het reguliere circuit.

Het bijzondere aan tToneel, de groep van Koninklijk Atheneum Mariakerke, is dat ze zo ongelofelijk democratisch zijn. Iedereen van de leerlingen die wil, mag meedoen. Geen audities, geen leeftijdsbeperking, geen beperking van het aantal acteurs, nee. Dat resulteerde dit jaar in een groep van dertig leerlingen, van twaalf tot twintig jaar, die elke woensdagnamiddag en de helft van de kerstvakantie aan het repeteren sloegen.

Kan je een stuk vinden voor een dergelijke groep? Niet echt. Is dat erg? Al helemaal niet: het stuk moet organisch groeien, en komt uit henzelf. En blijkbaar was ‘angst’ wat hen dit jaar vooral bezig hield.

Angst. Bijzonder herkenbaar. Dertig leerlingen die ervoor uitkomen wat hen uit hun slaap houdt. Waar zij van wakker liggen. Hun toekomst. Hoe zij door anderen gezien worden. De angst om vergeten te worden, alleen te staan, hét gelukkigste moment in hun leven te missen, of de kans om de partner van hun leven te ontmoeten te vergooien.

Het gaf een aantal pareltjes van scènes, die ongelofelijk mooi tot een geheel werden gesmeed. De rode draad was een soort van telefoon: drie micro’s die geregeld naar beneden werden gelaten, en waardoor je dus de ene helft van een telefoonconversatie kon volgen. Dat was, naast een resem stoelen, trouwens zowat de enige mise-en-scène. De leerlingen zorgden zelf voor het visuele: terwijl een praatscène aan de gang was, kregen we geregeld een soort van choreografie te zien, die vaak een bevreemdend effect opwekte.

En waar zijn de jongeren van tegenwoordig bang voor? Het ging van – zeer amusant gebracht – de vraag hoe je een meisje moest versieren op een fuif, over het in de steek gelaten worden door je lief omdat zij niet overweg kan met de té heftige emoties die de liefde met zich mee brengt, tot de angst voor zwanger worden. Of nog dieper: de angst voor de dood. Niet gewoon het doodgaan an sich, maar wel de twééde keer doodgaan: dàt moment waarop je door niemand nog herinnerd wordt, waarop je naam voor de laatste keer wordt uitgesproken. Als afsluiter gaven ze nog ‘a word of advice’ van Burroughs, een bijzonder sterk einde, waarin de hoop voor de toekomst het overnam van de angst.

Dit alles, en nog veel meer, resulteerde in een bijzonder krachtige voorstelling: evenwichtig, visueel, bij momenten grappig, maar vooral iets om over na te denken. Regisseur Gregory Caers heeft hier knap werk verricht: een voorstelling als deze kan gerust naast veel professioneel toneel staan, geloof me.

De drie voorstellingen waren uitverkocht en het stuk wordt niet hernomen. Reclame maken heeft dus geen zin. Maar ik wilde eigenlijk gewoon mijn bewondering uiten voor de jongeren van mijn school die dit gerealiseerd hebben. Die ik nu trouwens met andere ogen zie, dan gewoon als een van de vele bezette stoelen in mijn les.

Schooltoneel. Ik hou nog steeds niet van het woord. Maar als het gebracht wordt zoals afgelopen weekend, dan mag het er staan. En zal ik telkens weer met volle goesting gaan kijken.

Respect.

Voorhavenlaan: een blaam voor Stad Gent

Er moet mij eigenlijk al een tijdje iets van het hart. Bart is er al langer mee bezig, maar ik eigenlijk niet. Tot ik vandaag nog eens aan zijn kantoor moest zijn. Je weet wel, een van die drie prachtige loodsen aan de Voorhavenlaan die volledig gerenoveerd is.

NCube - Gouden Paleis

De Voorhavenlaan zelf, daar is genoeg om te doen geweest: asfalt of kasseien, het werd een juridisch getouwtrek, en de bewoners zaten in de modder. Intussen is de straat knap heraangelegd, en is er intussen ook een gans park bijgekomen, dat vooral in de zomer zeer aantrekkelijk is.

Alleen…

De directe omgeving van de loodsen, door het hek heen, is ook officieel Voorhavenlaan, en dus ook de verantwoordelijkheid van de Stad Gent. De paar meter die bij de Loods zelf horen, zijn netjes heraangelegd. De kasseien daarrond echter zijn in ronduit erbarmelijke toestand. De eigenaars van de loods, waaronder dus ook Bart, moeten met lede ogen aanzien hoe het erger en erger wordt, en hoe de stad alles maar voor zich uit blijft schuiven. Dat er dagelijks honderden mensen passeren, daar liggen ze niet wakker van. En die honderden, dat mag je gerust letterlijk nemen: in de kantoren van Wijs alleen al werken er vijfenzestig mensen, en er zijn uiteraard nog tal van andere bedrijven gevestigd, om van de bewoners van de lofts nog niet te spreken.

Loods1

Loods2

Loods3

Loods4

Loods5

Met je auto kan je met moeite tien kilometer per uur rijden, en dan beschadig je nog je chassis. Of noem jij vier lekke banden op een jaar nog normaal? Met de fiets hoef je het al helemaal niet te proberen: je stapt beter gewoon af. En dan mag je als vrouw al geen hakken dragen, want die zijn er ook onherroepelijk aan. De putten zijn hier en daar gemakkelijk dertig centimeter diep, en niet te tellen.

En het ergste van al?

In volle verkiezingskoorts kwam er een bijzonder hoopgevende brief aan: dat er eerstdaags aan de weg ging gewerkt worden, en dat de bewoners dus wel enige hinder zouden kunnen ondervinden. Quasi iedereen sprong een gat in de lucht: eindelijk!

En ja hoor, aan de ingang van het terrein werden er linten gespannen en kegels gezet. En toen werden er – bijna niet te geloven – twee van de iets minder diepe putten gevuld met zavel. Yup. Twee. Met. Zand. En dat was dat. Na een week verdwenen de linten en de kegels weer, en niemand kon het begrijpen. Zeker niet toen er een tweede opvolgbrief kwam, trots ondertekend door schepen Martine De Regge, in de trant van ‘Kijk eens hoe flink we het probleem hebben opgelost! Kijk eens wat wij niet allemaal doen voor u!’

Intussen kan je niet meer zien welke putten ooit gevuld zijn, en heeft de bewonersvereniging al wat grind laten storten aan de zijkant, omdat dat echt niet meer kon. Maar verder staan ze machteloos, want het is eigendom van de Stad, en zij mogen er eigenlijk niks aan doen.

Loods6

Het vorige gemeentebestuur heeft dus duidelijk bewezen dat het niet wakker ligt van het probleem in de Voorhavenlaan, en dat er eigenlijk maar een minuscuul beetje actie komt als er verkiezingen zijn. Ik denk dat hier een mooie kans ligt voor schepen Filip Watteeuw om vanaf één januari te tonen dat het ook anders kan.

Want om eerlijk te zijn, ik durf er eigenlijk niet meer door met mijn wagen. En als het effectief zal sneeuwen zoals aangekondigd, wordt het helemaal levensgevaarlijk, want dan zie je de putten niet meer. Al een chance dat het water aan de andere kant ligt…

Blaarmeersen

We hebben er vandaag een lekker rustige dag van gemaakt, de kinderen en ik. Lang geslapen, koffiekoeken eten, Wolf naar de scouts tot 14.00u (ze hebben zelf gekookt) en intussen maakte Bart zijn heerlijke spaghetti.

En tegen een uur of vier, na een éclairtje en zo, zijn we naar de Blaarmeersen gereden. Daar hebben we de laatste twintig minuten van de match van Gent Rugby bekeken, en daarna zijn we nog even tot aan ’t water gewandeld. De grote speeltuin was een beetje te ver, daarvoor werd het te snel donker, maar het kinderzwemgedeelte was dan wel weer tof, vooral het waterplatformpompspeldinges. Daar heb ik geen foto’s meer van wegens al te donker, maar het was wél een zeer aangename middag.

11november01

11november02

11november03

En toen we thuis kwamen, hebben we overal kaarsjes aangestoken en de haard doen branden.

Zondag, iemand?

Stadswacht

Daarnet heb ik een ommetje gemaakt met een van de Gentse stadswachten, om een aantal pijnpunten in de buurt bloot te leggen.

Een tijdje geleden had ik namelijk naar Gentinfo gebeld, om een aantal problemen door te geven. Veel mensen klagen namelijk veel en vaak over dingen in hun straat waar ze niet gelukkig mee zijn: een slecht voetpad, een licht dat niet werkt, een overwoekerd speeltuintje, een oversteekpad dat bijna niet meer zichtbaar is… Alleen kunnen ze dat bij ’t Stad niet ruiken. Nochtans zijn er dagelijks een hoop stadswachten op pad, die proberen in elke straat van gans Groot Gent minstens één keer per jaar te passeren.

Daarom is er dus Gentinfo, voor al uw vragen, problemen, klachten, meldingen en inlichtingen over Gent. Ik had vroeger zo ooit eens gebeld omdat een van de favoriete speeltuintjes hier in de buurt overwoekerd was door brandnetels. Ze gingen het doorgeven aan de Groendienst, en jawel, toen ik twee dagen later passeerde, lag alles er proper gekortwiekt bij. Idem voor glas in het zand van een ander speeltuintje: de volgende dag was alles opgeruimd, en lag er zelfs een laag vers zand. Tsja, als niemand het meldt, kunnen ze het dus niet weten.

Ik had gebeld voor een serieus overwoekerd (stadswacht) en vooral zeer slecht aangelegd (technische dienst) voetpad, een haag die een halve meter over het voetpad groeit, weliswaar zeer goed onderhouden, maar waardoor je met een buggy noodgedwongen de straat op moet (stadswacht), de overwoekering van de bermen van het uitgebaggerde Liefke (vaststelling door stadswacht, probleem voor groendienst), en vooral ook het feit dat er in de buurt van de basisschool geen voetpaden zijn, waardoor je ook met je kinderen ofwel door de modder moet, ofwel op het fietspad. Terwijl ze net het fietsen promoten, en er dus veel fietsers zijn.

Ik kreeg eerst een telefoon van de technische dienst, waarin een man me vrij onvriendelijk om uitleg verzocht. Het onvriendelijke bleek achteraf vooral om die ontbrekende voetpaden te gaan: blijkbaar zaagt de school daar al jàren voor, maar als ze een voetpad moeten aanleggen, moet dat minstens een meter twintig (of zoiets) breed zijn, moeten ze de hele straat een stukje onteigenen, en daar is blijkbaar geen geld voor. Tsja, als de veiligheid van onze kinderen geen prioriteit is…

Dat kreeg ik dan ook als antwoord: of ik wel besefte hoeveel geld dat kostte? Ja hoor, maar daar betaal ik ook belastingen voor, zeker? De heraanleg van het andere troittoir, dat gingen ze eens bekijken, want ook dat was een kwestie van budget.

Een paar dagen later kreeg ik een telefoontje van iemand van de stadswacht: dat hij mensen had langsgestuurd, maar dat zij het probleem niet precies konden lokaliseren. Of ik eens wilde meegaan en tonen wat er aan de hand was? Ja hoor, en dus stond er om negen uur deze morgen een vriendelijke dame van de stadswacht aan mijn deur. Ik trok mijn jas aan, en wandelde met haar mee. Intussen was er in het slechte voetpad op de Evergemsesteenweg een heuse verzakking, en dat ging ze fotograferen en zo snel mogelijk doorgeven, want dat kon uiteraard niet. Ook de andere dingen waren duidelijk, en dus ging ze even proberen langsgaan bij de eigenaars en hen uitleggen wat het probleem was, en dat ze er dus iets aan moesten doen.

Ze verzekerde me dat ze zeker actie gingen ondernemen, maar dat ze dus echt niet konden zeggen wat het resultaat ging zijn, en hoe lang het zou duren.

Dat begrijp ik volledig, maar wat ik vooral schitterend vind, is dat er meteen gehoor kwam voor mijn ‘klachten’. Want ja, enerzijds voelde ik me een oude verzuurde zaag, maar aan de andere kant kan het wel een hoop ergernis in de buurt wegnemen.  ’t Stad wil met plezier problemen aanpakken, maar ze moeten eerst weten dat ze er zijn.

Daarom: woon je in Gent, heb je een vraag/probleem/ergernis in verband met het openbare domein? Bel naar Gentinfo op 09/210.10.10, ze zullen je met plezier aanhoren.

Schoolstraat aan Mariavreugde

Deze post werd origineel geschreven voor en gepubliceerd op Gentblogt, over de school van de jongens.

De Vrije Basisschool Mariavreugde in Wondelgem telt heel wat leerlingen en dat zorgt ’s morgens en ’s avonds voor veel beweging aan de schoolpoort. In de vrij smalle, en trouwens doodlopende Vinkeslagstraat zijn die drukke momenten niet erg veilig en overzichtelijk. Daar wil deze school iets aan doen.

Schoolstraat Wondelgem[+]

Samen met de Stad start Mariavreugde het proefproject ‘schoolstraat’ in de Vinkeslagstraat. Het doel is om meer plaats te geven aan fietsers en voetgangers en zo de veiligheid aan de schoolpoort te verbeteren. Dat kan als er geen auto’s tot aan de schoolpoort rijden.

Wat betekent dit concreet? In samenwerking met de politie is de Vinkeslagstraat sinds maandag 5 november 2012 elke schooldag twee keer een half uur afgesloten voor alle inkomend gemotoriseerd verkeer (behalve hulpdiensten). Je kan dan enkel te voet of met de fiets de Vinkeslagstraat in.
Om dat moment nog meer in de verf te zetten, was er niet alleen extra politie op de been, maar stonden er plots ook een zebra en een schildpad aan de schoolpoort! Zeppe en Zikki, van de preventiecampagne van Levenslijn, zijn twee behoorlijk maffe vrienden die in de meest bizarre maar tegelijk ook realistische verkeersproblemen verzeilen, en die telkens ook weer oplossen. Ideale mascottes dus voor een actie zoals deze, en de kinderen waren er verzot op.

Schoolstraat Wondelgem[+]Schoolstraat Wondelgem[+]Schoolstraat Wondelgem[+]Schoolstraat Wondelgem[+]

Door de straat rustiger te maken, is er meer plaats voor fietsers en voetgangers. Het idee van voorrang voor fietsers en voetgangers in schoolstraten komt van de Italiaanse stad Bolzano, waar al enkele jaren het project ‘schoolstreets’ goed werkt. Samen met de Vinkeslagstraat start ook in de Onderstraat in het centrum van Gent een ‘schoolstraat’.

Het proefproject ‘schoolstraat’ loopt van 5 november 2012 tot en met vrijdag 8 februari 2013. Daarna volgt een evaluatie om uit te maken hoe hier in de toekomst het best mee verder gegaan kan worden.

Parkwandeling

Het was vandaag zo mooi weer, en de herfst is dan zó mooi, dat ik bijna niet anders kon dan de kinderen lekker warm aan te kleden, en vijf kilometer verderop naar het park Claeys-Bouüaert in Mariakerke te rijden. Het park aan mijn school, jawel.

park01

park02

park03

park04

park05

Ik denk dat ze er alledrie even hard van genoten hebben. Kobe was bijna onmiddellijk zijn klasgenootje Rihanna tegen het lijf gelopen, en even later ook Sebastiaan, die bij ons in de straat woont.

park06

park07

En Merel, die zat in haar buggy, en keek haar ogen uit. Lekker warm in haar prachtige nieuwe jasje (dat ik al had gekocht toen ze nog niet eens geboren was).

park08

park09

park10

park11

En op het einde was er natuurlijk ook het kleine speeltuintje. Man, da’s toch altijd plezierig!

park12

park13

park14