Rozebroeken
Vorige week kwam Bart plots af: “Zeg, als ik nu dinsdagnamiddag eens vrijaf neem, zodat we samen naar de Rozebroeken kunnen gaan zwemmen? Wat denk je?” De jongens sprongen een gat in de lucht. Ik had sowieso gepland om vandaag te gaan zwemmen met hen, maar met papa erbij is dat nog véél leuker!
Merel moest in de crèche blijven, het dutske, want ook al speelt ze heel graag in het water, zo’n recreatiebad als dat van de Rozebroeken is niks voor haar. Enfin, er zijn wel genoeg plonsbadjes met speelgoed, maar dan moest er altijd een van ons bij haar blijven, en dat was niet de bedoeling.
We gingen eten in het Lepelblad
en reden daarna naar het zwembad.
Ik schreef er een uitgebreide bespreking over voor Gentblogt, en die kan u, mét foto’s, hier lezen:
Gentblogt: zwembad Rozebroeken
Daarna wilden we wel een vieruurtje, en trokken we de trap op naar Rest-eau-Café. Best gezellig zitten daar, overigens.
Wolf wilde een ijsje, Kobe nam een pannenkoek (drie euro voor twee grote pannenkoeken met suiker, goeie deal!), Bart ging voor verse fruitsla, en ik, ik twijfelde. Ik had nog wel wat Weight Watcherspunten over, en had wel zin in een dessertje. En toen zag ik ‘ijssoezen’ staan. Hmm. Meestal is dat dan een coupe met een soesje of vier, overgoten met wat chocoladesaus. Ach ja, dat moest wel kunnen.
En toen kwamen ze met dit af:
Om te weten hoe groot die soezen wel waren, moet je maar eens naar de vorken kijken. En nee, dat zijn geen dessertvorkjes. De slagroom heb ik laten liggen, net zoals een deel van de chocoladesaus, maar de rest heb ik toch binnengespeeld. En ’s avonds heb ik één boterhammetje en wat fruit gegeten. Meer was trouwens niet nodig, na die soezen had ik nauwelijks nog honger. Amai zeg.
Enfin, het was een fijne middag. Welzeker.
De Tuin van Kina
Wat doet ne mens op zo’n rustige maandag in de vakantie? Tsja… Veel musea zijn er niet bepaald open. En dus gingen wij in de voormiddag op zoek naar breiwol, even bij mijn grootmoeder langs, om boodschappen, en dan na de middag (en een heus watergevecht met de nieuwe waterpistolen) naar de Tuin van Kina, hier in Gent, op amper vijf minuten rijden van ons deur.
Ik heb er een artikel voor Gentblogt over geschreven, met een massa foto’s. Ik zie het niet zitten om al die foto’s hier ook nog eens in te gaan zetten, dus je moet het artikel hier maar gaan lezen:
Alvast één fotootje krijg je wel, en da’s er eentje dat ginder niet staat, omdat het te persoonlijk is voor een stadsblog. Enfin, vind ik toch.
Pretland zonder zebrapad: Vlaamse kafka
Een paar dagen geleden kreeg ik een SMSje van een vriendin: of de jongens geen zin hadden om naar het verjaardagsfeestje van Bo te komen, in Pretland. Ze had samen met haar beste vriendje twaalf kinderen uitgenodigd, maar er konden er amper twee, door de paasvakantie vermoed ik. En een verjaardagsfeestje met vier is een beetje zielig, nee? Mijn jongens zeiden volmondig ja: Bo mag dan amper vijf worden, de jongens zijn zot van haar, en vice versa. En Wolf gaat perfect met kleintjes om, dus ook daar was niet direct een probleem.
Ik heb dus de jongens om iets over elf in een bijzonder rustig Pretland afgezet, ben zelf naar huis gereden, heb wat werk verzet, ben ze om drie uur weer gaan ophalen (moe en bezweet, zo moet dat), en ben dan met hen te voet de spoorwegbrug aan de Wiedauwkaai overgestoken, om ze ietsje verderop op het speelplein af te leveren. Ik had gevraagd of het een probleem was dat ze een uurtje later kwamen, en dat bleek perfect te kunnen. Er moesten nog zaadbommen gegooid worden op het terrein van Loods 21, vandaar.
Maar wat ik dus niet snap, is dat er geen zebrapad kan komen daar aan de Wiedauwkaai. Het is daar ongelofelijk gevaarlijk, maar toch steken er massa’s fietsers over, want het is een heel mooi fietspad en de officiële noord-zuid-fietsverbinding. Ik heb me laten vertellen dat het te maken zou hebben met het feit dat de brug van Infrabel is, en in feite niet mag gebruikt worden door voetgangers en fietsers. Er staat effectief ook een verbodsbord voor voetgangers, maar aan de andere kant zijn er wel weer hele mooie automatische hekjes en zelfs kleine rode lichtjes wanneer de brug opengaat, zo’n twintig minuten per uur.
Ik snap dat dus niet: het is weer zo’n typische hypocriete Vlaamse toestand: de officiële fietsroute gaat over die brug die in feite niet mag gebruikt worden, en dus kan er geen zebrapad komen. Terwijl er eigenlijk zelfs nood is aan voetgangerslichten, zo van die oranje pinklichten die op verzoek verspringen. Gans die Wiedauwkaai is een van de redenen dat ik niet per fiets met de kinderen naar het speelplein ga…
Gent: prachtige stad, maar er is nog werk aan de fietswinkel, zoveel is duidelijk.
Fotoproject dag één
Wel, ik heb eigenlijk een best fijne dag gehad vandaag.
Deze voormiddag heb ik een en ander opgestoken over sluitertijden, isowaarden, diafragma’s en perspectieven, wat ik eigenlijk wel nodig had: ik had me misschien wel een deftig fototoestel gekocht, maar kon er eigenlijk niet mee overweg, en liet het altijd op full automatic staan. Bon, ik beloof vanaf nu (af en toe) beterschap.
Ik had ook twee fijne groepen leerlingen toegewezen gekregen, met wie ik dan in de namiddag de ijzige kou trotseerde om eerst op het Braunplein, en vervolgens op de Kouter een aantal foto-opdrachten uit te voeren. Ik had zelf ook mijn toestel mee, maar liep eigenlijk gewoon wat rond, ik heb amper foto’s gemaakt. Daar was het eigenlijk te koud voor. En zeggen dat we vorig jaar nog buiten aten op een terrasje, diezelfde maandag, in plaats van de vrieskou te doorstaan. We zijn dan ook maar, toen de opdracht afgelopen was en er nog tijd over bleek te zijn, allemaal samen in het Damberd een warme choco gaan drinken, kwestie van op te warmen. ’t Was nodig, bij sommige leerlingen.
Ik zwoer alvast bij mijn mouton retourné, een erfstuk van Barts tante, en gevoerde lederen handschoenen, en had uiteindelijk niet echt kou. Hopelijk lukt dat morgen ook weer.
Enfin, een paar foto’s van vandaag.
Koffiestop in Wondelgem
Geschreven voor en gepubliceerd op Gentblogt. Waar anders? Voor een ganse reeks foto’s moet u overigens ook daar gaan kijken, ik ga ze er hier niet tussen zetten.
Vandaag is blijkbaar een speciale dag: het is niet alleen de eerste dag van de lente – al is daar niet veel van te merken – het is vooral een dag om actie te voeren. Aan Sint-Jacobs was er deze namiddag de Gentse Lente, in het kader van de Dag tegen Racisme, en het is ook de dag van personen met het Downsyndroom. Wellicht is er ook nog een aantal andere initiatieven waar ik nu even niet op kan komen.
Kleuter- en basisschool Mariavreugde in Wondelgem vond het het uitgelezen moment om hun jaarlijkse koffiestop te houden, ten voordele van Broederlijk Delen. Wie wil, kan een bekertje koffie krijgen met iets van zoetigheid erbij, tegen een vrije (en hopelijk gulle) bijdrage. Alle zesdejaars hebben deze voormiddag in de schoolkeuken cakes, muffins, brownies, pannenkoeken en andere snoeperijen gebakken, en om drie uur deze namiddag stonden ze paraat op de speelplaats met collectebussen en thermossen hete koffie. Nog een geluk dat het niet regende, maar erg druk was het helaas niet, daar stak de kille temperatuur van amper 6° een stokje voor.
Dat mocht het enthousiasme bij de leerlingen echter niet drukken. Getuige daarvan de volgende fotoreportage (en het zijn veel foto’s omdat iedereen zichzelf graag herkent) Edit: maar dus te vinden op Gentblogt zelf, en wel hier.
Euh… Dàt was snel!
Ik ben eigenlijk nog steeds een beetje mijn kluts kwijt: op een kwartier tijd zijn we vandaag plots verhuisd, compleet onverwacht.
Laat het me uitleggen.
Gisteren kwam, tot mijn grote vreugde, de architecte langs met een stapel papier: de definitieve bouwaanvraag! Plannen, foto’s, hemelwaterbekommernissen, whatever: alles wat officieel bij Stedenbouw moet ingediend worden om eindelijk te kunnen en mogen verbouwen. Ze kwam onze handtekeningen halen – zo’n dertig stuks de man, vermoed ik – om alles in te dienen, ergens tussen twee afspraken door. En toen stelde ik voor dat ik dat zelf ging indienen: ik moet op woensdag toch geen les geven, en dan was het zeker en vast in orde.
Dus stond ik rond half elf op de Zuid (bleek dat ik eigenlijk in Mariakerke had moeten staan, maar bon, het was ook daar te regelen) en had ik vijf minuten later de bevestiging in handen dat mijn bouwaanvraag officieel was ingediend.
Juicht ende jubelt met mij, gij allen!
Toen dacht ik er plots aan, dat we ook van plan waren een adreswijziging aan te vragen: het hele huis is geörienteerd naar de Kineastlaan, niet alleen qua voordeur, ligging, garage, maar zelfs met de water- en elektriciteitsaansluiting. Het zou dan ook bijzonder logisch zijn, mochten we ook de brievenbus in de Kineastlaan mogen zetten en ons adres kunnen wijzigen, zodat niet langer iedereen naar de voordeur loopt te zoeken.
Bon, ik vraag dat dus aan de vriendelijke dames van Stedenbouw, die elkaar verbouwereerd aankijken. Euh… Wat geblader in de stadsgids later blijkt dat een zaak voor de dienst bevolking te zijn. Iets wat ik kan regelen in Wondelgem zelf, maar wat, gezien mijn ervaring met de ongelofelijk verregaande competentie aldaar, misschien toch een poging op de Zuid zelf waard is. Ik word doorverwezen naar de tweede verdieping, alwaar ik even wacht, en een buitenkomend jongmens in zijn nekvel grabbel.
Huisnummerwijziging? Ja, dat was bij hem, ja. De jongeman keert terstond op zijn schreden terug, en noodt mij aan zijn bureau. Wanneer ik uitleg wat ik wil, kijkt hij mij geamuseerd aan: het komt blijkbaar zelden voor dat mensen zélf een adreswijziging willen, meestal worden ze door de omstandigheden gedwongen. Bon, hij opent de grondplannen op zijn scherm, ik leg uit hoe de oriëntering van het gebouw is, en hij moet zelfs de plannen niet zien, hij snapt het volledig. Wanneer dan ook nog blijkt dat de Kineastlaan pas begint met nummer zes, en er dus geen twee en vier bestaat, grijnst hij me toe: welk nummer wil ik? Twee of vier?
Ietwat verbouwereerd kijk ik terug. Huh? Euh? “Twee dan maar, zeker? We zijn per slot van rekening het hoekhuis” stamel ik.
Tien minuten en een hoop computergetokkel later overhandigt hij me een papier: het attest dat ik vanaf nu op de Kineastlaan 2 woon, en niet langer in de Waterhoenlaan op nummer 24. En wrijft hij me nog eens meesmuilend in dat nu pas alle rompslomp en papierwerk begint om die adreswijziging door te geven.
Even later sta ik buiten. Niet met wat info over hoe ik de ellenlange papierwinkel rond een adreswijziging moet aanpakken, maar met een nieuw adres.
Serieus zeg.
365 – 28 februari
LOL!
Toen ik daarstraks Wolfs afwezigheid op de muziekles zaterdag wilde doorgeven via de site van de academie, moest ik blijkbaar niet alleen de startdatum van zijn afwezigheid invullen, maar blijkbaar ook de einddatum. Normaal gesproken krijg je dan een droge melding in de stijl van: “Niet alle verplichte velden zijn ingevuld. Gelieve na te kijken”.
Deze site pakt het iets… awel ja, Gentser aan, naar mijn mening. Ik moest echt lachen.