365 – 22 april 2014 – woord
Efkes weg. Gewoon efkes.
Ik heb het al zowat gehad met deze vakantie: de twee jongsten maken geregeld ruzie, en ik heb nog een pak werk dat ik niet afkrijg. De chaos in mijn hoofd is een pak minder tijdens de werkweken: dan is alles tenminste netjes geregeld, en heb ik tijd voor mezelf tussendoor.
Maar vandaag kwamen mijn ouders langs: die wilden de verbouwingen nog wel eens zien, want het was een serieus tijdje geleden dat ze hier nog waren geweest. En ik, ik zag mijn kans schoon: ik gaf mijn vader koffie en soesjes, liet hem bij de kinderen (+ 1, want neefje Alexander was ook meegekomen, tot groot jolijt van de jongens) achter, joeg mijn ma in de auto, en reed fluks naar de Sint-Michielsgarage. Zij had namelijk geklaagd dat het al zo lang geleden was dat ze nog eens in ’t stad was geweest, en dat het voorzekers serieus veranderd was in de winkelstraten. Kopen gingen we niet doen, nee hoor.
En toen keek ze haar ogen uit in de Desigualwinkel – “Moh, sinds wanneer is dat hier? Zo wijs! Ik draag dat al van sinds dat dat nog niet bekend was, meegebracht uit Spanje, jaja.” – en kreeg ze voor haar Moederkesdag-verjaardag een groen rokje van mij, waar ze beeldig mee staat.
Het was dik na zessen toen we weer thuis waren, maar dat kon me niet schelen: de kinderen hadden goed gespeeld, mijn pa had ze intussen morse-oefeningen gegeven, en ik, ik was een paar uur weg geweest van hun gezaag.
Thuis zijn als uw kinderen thuis zijn: het is een echt gemak, maar soms niet goed voor de mentale gezondheid. Geloof me maar.
365 – 15 april 2014 – mijn Gent
Strand
Omdat ik vier/vijfde werk, hoefde ik vandaag niet mee met het fotoproject naar Rijsel. Ik vind het super dat mijn collega’s daar rekening mee houden, want op woensdag kan ik moeilijk de kinderen aan een haakje hangen.
Ik had dus tijd om vanalles te regelen en te doen, en ’s avonds de jongens naar de rugby te brengen. Heerlijk weertje, en dus ging ik met Merel en een volle boterhamdoos richting Blaarmeersen strand terwijl de jongens trainden. Merel genoot er met volle teugen van, en ik eigenlijk ook. Zen, weetuwel.
Na een uurtje kwam ook Kobe meespelen, voor even toch.
365 – 02 april 2014 – danseresje
Nog maar eens Blaarmeersen
Ik beloof het, ik ga niet elke keer dat ik met Merel tijdens de rugbytraining naar de speeltuin ga, mijn fototoestel meenemen. Maar vandaag was dat dus wel nog eens het geval, en dit zijn de foto’s.
Aan de Leiearm die net naast de Blaarmeersen loopt.
Merel wou per se met haar vlechtjes op de foto.
En dit zou bijna kunnen dienen als een communiefoto…
Intussen was het al iets frisser geworden, en had ze haar jasje aan.
Maar ik hoef gelukkig haar handje niet vast te houden bij het spelen: ik kan zitten lezen.
Tegen half zeven gingen we naar het water, om daar op het boordje onze boterhammen op te eten. Er kwam een eendenkoppel aangelopen, die dat blijkbaar kennen. Hij hield gereserveerd afstand, maar zij had blijkbaar honger, en kwam de broodkorstjes uit mijn handen eten. Grappig gevoel, overigens, zo’n snavel aan je vingers.
Daarna moest er duidelijk verder gespeeld worden.
En toen ging langzaam de zon onder, en werd het donker. Met een klein kwebbelend meisje aan mijn hand.
365 – 14 maart 2014 – Blaarmeersen
Stadswandeling
Elk jaar maken de vierdes voor geschiedenis een stadswandeling door Gent, rond een bepaald thema dat in hun lessen aan bod komt. Omdat mijn nieuwe collega geschiedenis nog een jonkie is, en een hele fijne oudleerling, had ze wel een extra begeleider nodig om de groep van 29 in goede banen te leiden. Ondergetekende mocht dus mee: zo kon ik naar de uitleg van de leerlingen rond Keizer Karel luisteren, extra weetjes opsteken, en vooral gigantisch genieten van het goede weer. Ik had dan ook mijn fototoestel mee, en heb de toerist uitgehangen. De foto’s met uitleggende leerlingen zal ik u besparen, maar u krijgt van mij wel de cliché-toeristenfoto’s. Gewoon om nog even héél duidelijk te maken dat Gent toch wel de mooiste stad van Vlaanderen is. En wat mij betreft, van de hele wereld. Zeg dat ik het u gezegd heb!
Gentenaars: ge kunt zien dat ge elk plekske herkent!