Van Italiaans eten, geocachen en kampterugkeerders.

Kobe was nog op kamp, Wolf zat bij vrienden, en dus zijn Bart, Merel en ik lekker Italiaans gaan eten. Als in: deftig Italiaans, geen Bolognese of pizza’s.

Dik in orde.

Daarna wilden Merel en ik nog een geocachetochtje doen, maar helaas, al na een paar caches begon het te druppelen en zijn we maar op onze stappen teruggekeerd. Jammer, want het was eigenlijk wel een hele mooie wandeling. We doen de rest wel een volgende keer!

En tegen half zes stonden we met ons drietjes – Wolf was ook mee – aan het station om Kobe op te halen van zijn kamp. Eindelijk, we hebben hem allemaal serieus gemist. Hij was vrolijk en bruin en moe, en vooral ook een wasbeer van totem. Zijn beschrijving was er trouwens knal op, ik moest echt lachen. Knap gedaan van de leiding.

En nu zijn dus alle drie mijn kuikens weer netjes thuis, en dat doet deugd. Ik mag dan graag mijn eigen ding doen, mijn moederinstinct blijft sterk.

Luie wandeling in Gent

Merel en ik hadden het plan opgevat om deze namiddag samen te gaan fietsen en te geocachen in Oostakker: ik heb er een serie van 55 raadsels opgelost, goed voor zo’n 20 kilometer.

Tegen de avond ging Mathias dan langskomen: hij had afgesproken om in de namiddag iets te gaan drinken met een meisje uit Evergem, en aangezien hij in Balen woont, zo’n 110 kilometer verder, ging hij hier dan wel komen crashen.

Maar bon, plannen veranderen duidelijk:  zij ging hem uiteindelijk hier om zeven uur ophalen, maar hij had geen zin om thuis te zitten en was dan al maar afgekomen naar hier. Geen enkel probleem: hij heeft eerst helpen was vouwen, en dan zijn Merel, Mathias en ik naar ’t stad gereden, naar de bibliotheek van De Krook. Merels boeken waren uit, maar de wijkfilialen zijn nog gesloten tot de tweede week van augustus.

Meteen hebben we er een fijne, lange wandeling door ’t stad van gemaakt, op zoek naar een ijsje. Walpoortstraat naar beneden, Kouter, en dan naar de Veldstraat, naar de Australian. Dicht. Geen nood, verder gewandeld naar de Korenmarkt, naar de Damass. Dicht. Hmmm.
Verder naar de ijsjes op de hoek van de Graslei, maar daar hadden ze geen aardbeienijs voor Merel. Mja. Door de Jan Breydelstraat naar Julie’s House dan maar, voor een stukje taart. Drie keer raden: dicht.
Verder gewandeld door ’t Patershol, richting Vrijdagmarkt, en jawel, daar op de hoek aan het Grootkanonplein waren er ijsjes, en nog goeie ook! Ha!

We zijn dan ook maar iets gaan drinken op een terrasje, en zijn dan via ’t Grafittistraatje en de Reep langs de Vlaanderenstraat terug gewandeld. Mathias was buiten de Gentse Feesten nog nooit in Gent geweest en vond het best wel een openbaring. Missie geslaagd!

Uiteindelijk is hij dan nog dat meisje tegen acht uur bij haar gaan ophalen in Evergem. Plannen veranderen, maar da’s niet altijd slecht ^^

Fietstocht door de Gentse haven

Gisteren was ik ook van de hele dag niet buiten geweest: veel te warm en te tam. Maar tegen ’s avonds was het heerlijk aan het afkoelen, nog zo’n 24°, en dus nodigde ik Bart en Merel uit voor een fietstochtje. Waarheen? Goh, ik vond het veer van Langerbrugge wel ne keer wijs. We zijn dan maar voor een fietstocht door de haven gegaan, iets wat strikt genomen niet mag, denk ik. Foert, het zijn Gentse Feesten voor iets.

We vertrokken langs het kerkhof van Wondelgem, over een pad tot langs de Ringvaart, verder tot Meulesteebrug, langs de Weba en dan links de haven zelf in. Wijs om zien, en heel veel mooie industriële zichten. Dwars het havengebied door, en dan op het veer. Half weggewaaid daar, maar nog steeds helemaal niet koud.

Dan opnieuw langs het water richting huis, afgeslagen naar de Ringvaart, over Evergem brug, en 17 kilometer en anderhalf uur – nogal wat verlet gehad met het veer – waren we terug. Helemaal verfrist en uitgewaaid. Zalig!

Onder vrienden

Ik had al op de mini gezegd dat de Korda boys welkom waren op de Gentse Feesten, met alle plezier. En dat ze dan ook gerust mochten blijven slapen, zeker als ze hun fiets meebrachten, want parkeren tijdens de GF is niet, euh, ideaal.

Koen kwam zeker ook al, Mathias en Wim ook, en ook Michael zag het volledig zitten. De rest moest helaas werken, en de weekends waren geen optie wegens vorige zondag Tomorrowland en nu zaterdag feestje van Michael.

Toen puntje bij paaltje kwam, kwamen ze uiteindelijk al tegen de middag: Koen met Lorres grotere auto mét fiets, en Wim en Mathias met de camionette, ook met een fiets. Michael was zo zot om in dit weer anderhalf uur op de moto te kruipen, maar bon.

Er was quiche, en er was vooral ook ons zwembad, dat met die 38° verschrikkelijk goed gebruikt is. Zalig gewoon!

Tegen vier uur was er verse fruitsla, versgedraaid ijs en vlaai die Merel nog snel gemaakt had. Dik in orde!

Tegen kwart voor zeven zaten we allemaal op de fiets, tegen kwart na zeven hadden de heren al een gratis Duvel in handen. Nog wat later zaten we in Café Belfort om iets te eten, en daarna hebben we gewoon rondgelopen en zowat alles eens bekeken. Tegen half elf zijn we op Polé Polé verzeild, waar rond een uur of elf Wolf werd weggekaapt door een paar bevallige dames van de scouts.

Om half een konden we vrolijk terug fietsen, en we zijn nog blijven napraten (en afkoelen) op ons terras tot zo’n half drie, schat ik.

Fantastisch chille dag, eigenlijk, bijzonder aangenaam. Fijne gasten, die larpers.

Een blij weerzien met een oude vriendin

Ann had ik eigenlijk al in jaren niet meer gezien. Als in: vijfentwintig jaar. Nee, strikt genomen is dat niet waar: ze is me ongelofelijk uit de nood komen helpen op een absoluut crisismoment, toen Vic begraven werd en Bart in het ziekenhuis lag na een knieoperatie. Zij is toen spontaan ingegaan op een oproep op mijn Facebook en komen babysitten. Ja, dat was in 2015, en ik had beloofd om dan samen eens te gaan eten als bedankje. Dat was er, tot mijn grote schaamte, nog nooit van gekomen.

Maar de laatste tijd waren we weer vaker aan het kletsen op Facebook, en eigenlijk waren we in mijn studententijd echt wel goeie vriendinnen. Man, samen hebben we toch serieus wat uitgestoken…

Bon, het was een kwestie van de koe bij de horens te vatten en er een datum op te plakken, en gisteren pikte ik haar dus op bij haar thuis in Sint-Denijs, om dan samen naar Chaflo te rijden in Destelbergen.

Vreemd, maar het was alsof we elkaar vorige maand nog spraken. We tetterden honderduit, giechelden als twee bakvissen, ook al waren ze de wijn vergeten, en genoten.

Oh, en het eten was bijzonder lekker ook.

Anneke, deze keer gaan we geen twintig jaar wachten. Dit was veel te leuk!

Oak

Ik had het Bart al ontelbare keren doorgestoken: dat er nog een sterrenrestaurant was hier in Gent dat ik niet kende, dat hij er al ontelbare keren was gaan eten, en dat ik er nog steeds niet geweest was.

Hij had me de 17de doen uitblokken in de agenda om iets te eten voor onze huwelijksverjaardag, en vandaag wist hij me te vertellen dat het per fiets zou zijn. Ha bon, dat liet niet veel opties open natuurlijk ^^

Dus ja, tegen zeven uur waren we in de Hoogstraat in Oak. De ingang is bijzonder onopvallend, een beetje sjofel zelfs, met losliggende tegels en zo. Maar binnen is het wél aangenaam, en tegenwoordig is er ook een eerste verdieping, waar Bart en ik aan het raam zaten en dus alle passanten konden bekijken. Waarover trouwens later meer.

Bart ging voor de volle acht gangen – normaal gesproken zeven, maar de chef had vandaag nog een specialleke – en ik voor de zeven, dat was al meer dan welletjes.

Het begon met een resem hapjes: pizza bianca, eiersalade soufflé met Holsteiner, gepekelde groente, gefermenteerde zwarte bonen, gebrande mais en bieslook, venkel en pompoenpit.

Intussen was ons opgevallen dat er buiten een koppel al een paar keer gepasseerd was aan de overkant: de Begijnengracht in tot het einde, terug tot aan het kruispunt met de Begijnhoflaan en opnieuw. Zij was driftig aan het bellen, hij volgde haar redelijk slaafs met zijn koptelefoon op.

Bij ons volgde er een voorgerecht van krab met nori, dan hamachi (een soort vis) met tahini, en vervolgens doperwtjes met vin jaune. Waarbij wel een keer of drie beklemtoond werd dat dit een vegetarisch gerecht was. Alsof dat iets speciaals is?

Buiten liep de jongedame nog steeds heen en weer, hij had intussen afgehaakt en was verdwenen.

Wij kregen een stukje zeeduivel in miso, en dan een stukje Baskisch rund Txogitxu op de barbecue. Voor Bart zat daar nog een Aziatisch gerecht met paling tussen.

Buiten was de jongedame, nog steeds vertwijfeld telefonerend, op de ‘zulle’ gaan zitten van de voormalige Pizza Roma, en hij was erbij komen zitten met een fles water, een ijsje en een zak chips voor haar, die ze verbeten naar binnen propte terwijl ze af en toe haar ogen afveegde.

Bart koos een kaasplank in plaats van dessert, ik kreeg een dessert met kers en kardemom, en daarna een tweede dessert met passievrucht en chicorei.

En buiten? Daar was zij weer beginnen lopen, ik telde toertje 31, gene zever. Ze waren dus al aan het lopen toen wij toekwamen, en toen we op de fiets zaten, passeerde zij nog steeds. Bizar, bizar, en hoogst vermakelijk. Ik had er gewoon medelijden mee.

Maar wat vond ik nu van Oak? Wel, zoals Bart het stelde: he was underwhelmed. Het was zeer goed, maar niet wat ik verwacht had, en hij zei dat het niet het niveau had gehaald dat hij eigenlijk gewoon was. Het was allemaal lekker – uiteraard – maar er waren geen gerechten bij waardoor ik van mijn stoel werd geblazen, en dat verwacht je eigenlijk wel een beetje voor die prijs.

Mja. Maar al bij al wel een zeer aangename avond gehad met mijn lief, en dat was de bedoeling.

 

Zwemmen

Goh, zei Merel, ik zou zo graag nog eens gaan zwemmen…

Oh ja? Dan doen we dat toch gewoon? Ik stelde voor om in de namiddag naar de Rozenbroeken te gaan en meteen Sandra met Feija en Ayo mee te vragen. Die zagen dat ook volledig zitten, en dus stonden ze hier om twee uur.

De jongens waren meteen samen weg, beide meisjes waren iets aarzelender, en Sandra ging even mee in de wildwaterbaan. Ik mag dat soort dingen absoluut niet meer doen met die rug van mij, jammer genoeg, en dus ging ik als een braaf oud besje in het warmwatergedeelte. Sandra kwam me vrij snel vervoegen samen met de meisjes, en die gingen dan buiten spelen, en opnieuw binnen, en in het golfslagbad, en… terwijl wij bleven kletsen in het warme water.

Tot we, anderhalf uur later, plots Kobe en Ayo zagen binnenkomen van het buitenbad en een badmeester aanspreken. Ayo wees even naar ons en verdween toen naar binnen met die badmeester. Uh? Kobe kwam snel melden dat Ayo een salto had willen doen en met zijn hoofd nogal hard tegen de rand was geknald. Het was “zwaar aan het bloeden” volgens hem. Tsja, een hoofdwonde heeft niet veel nodig natuurlijk.

Bon, Sandra mee met hem, het bleek een stevige gap te zijn en ze hadden er een verband rond gedaan met de boodschap misschien toch naar de spoed te gaan. Goh, zei Sandra, dat bekijken we thuis nog wel even.

Het zwemmen was dus voorbij, maar ik had een grote kom fruitsla gemaakt en die netjes in een koelzak in Sandra’s auto gezet. We hebben dus rustigjes gepicknickt op het veld naast het zwembad, en zijn dan naar huis gereden.

Nog wat later liet Sandra weten dat ze alsnog naar de spoed waren gegaan: het stond echt wel te ver open voor steristrips, en er zaten zowaar twee nietjes in! Tsja… Ne mens gaat dan al ne keer zwemmen zeg!

Ontbijten en geocachen in Dordt

Om negen uur gingen de wekkers af, maar waar ik op tien minuten klaar ben – als ik niet moet douchen tenminste – doen de beide dames hier in huis er vlotjes anderhalf uur over. Tsja. Ik ben geen ochtendmens, maar als ik wakker ben, moet het wel vooruit gaan.

Kwart over negen liep ik dus met een blije Ella langs een hele mooie vliet een beetje verderop, een ochtendwandeling van zo’n drie kwartier.

Bij mijn thuiskomst waren de dames nog verre van klaar, en we hadden tegen elf uur afgesproken bij Hanneke, zo’n drie kilometer verderop. Ha, dacht ik, ideaal voor een fietstochtje en intussen wat geocaches oppikken!

Ik ging dus de fiets op en genoot van het toch wel groene Dordrecht: het stadscentrum is eigenlijk niet zo heel groot, maar de rand wel. Ik vermoed dat het te vergelijken is qua grootte met Gent. En ja, wel een paar caches gevonden.

Tegen half twaalf zaten we met zijn allen aan tafel bij Hanneke, die een meer dan royaal ontbijt/brunch had voorzien: rozijnenbrood, wit brood, kadetjes (of hoe die dingen ook heten), bruin brood, drie soorten toost, gekookte eitjes, gesneden tomaat en komkommer, een massa beleg, zowel zoet als hartig… Ik heb, zoals eigenlijk al het hele weekend, weer veel te veel gegeten, maar het smaakte ook zo…

Tegen tweeën kwam Arend Mireille ophalen en reden Caterina en Sabrina ook naar huis. Ik volgde op de fiets, maar toch net iets trager.

Tegen kwart voor drie zat ik met fiets en al in de auto, maar omdat ik nog mijn cacheboek wilde ophalen in Antwerpen, niet wist of Philip het zelf al opgehaald had en ik niet meteen antwoord kreeg, reed ik nog even de impressionante Dordtse brug over om in Zwijndrecht nog een paar fijne caches te vinden.

Kwart over vier stond ik in Antwerpen aan het Galgeweel om er in het cafetaria mijn geliefde cacheboek terug in handen te krijgen, zocht ik nog een drietal caches op Linkeroever, en draaide ik tegen zessen de straat in.

Doodop, ook al had ik bijzonder goed geslapen ’s nachts.

Maar zo’n weekenden, daar zeg ik niet nee tegen!

Certaminavergadering

Ik heb me nog verdomd hard moeten haasten vandaag, en dat was eigenlijk te stom om los te lopen.

Eerst ging mijn ochtend veel te traag en toen plots veel te snel, waardoor ik me gigantisch moest haasten om te koken, en totaal onterecht gigantisch ben uitgevlogen tegen de jongens. Enfin, een en ander zorgde er toch nog voor dat ik nog snelsnel kon eten voor ik in de auto sprong richting Dampoort en daar de trein nam. In Sint-Pieters moest ik dan een kwartier wachten op mijn trein naar Brussel, en dus ging ik op mijn gemak buiten een paar pokémon vangen, en toen dacht ik: “Oh, zo’n frappuccino van de Starbucks, dat is mega lang geleden zeg!” Ze mogen dan pokkeduur zijn, af en toe kan het wel. Alleen… had ik er niet op gerekend dat de wachttijd zo lang ging zijn, en dat ze het rustig aan deden ginder. Ik heb verdorie nog gelópen daar in de gang met mijn frappuccino in de hand om nog net op tijd op de trein te kunnen springen. Vreemd genoeg had ze dan nog wel mijn naam correct geschreven…

Enfin, ik kwam in Brussel aan, wandelde op ’t gemak naar het Consciencegebouw en verwonderde me weer over de naamgeving van alle zalen. Zalig toch?

Er volgde een stevige vergadering met een aantal krijtlijnen, en toen namen Gwen en ik samen de trein naar Gent, waar we ons alsnog even op een terrasje placeerden, voor zij met de fiets naar huis reed en ik nog de trein tot in de Dampoort nam.

Enfin, een fijne dag, alles tesamen. Oh, en aan de Dampoort werd ik al helemaal goed gezind. Onderstaand bord eens goed lezen.

Mijn Gent, ik zie u graag, verander nooit!