Sorrento: dag vier

Eigenlijk waren we vandaag van plan om de Vesuvius op te gaan, maar wegens onweersdreiging werd ons dat afgeraden. Dat onweer is er inderdaad gekomen, maar pas om zes uur ’s avonds. Tsja…

Om tien uur zaten we daardoor in de auto richting Napels, en meer bepaald het Museo Nazionale Archeologico van Napels, een ronduit schitterend museum… dat dicht is op dinsdag. Juist ja. Ik kon mezelf wel slaan…

We zijn dan twee kilometer verder gewandeld, met ondertussen een lunchbreak, richtin de Castel Nuovo, een naar ’t schijnt prachtig kasteel… dat volzet was. Er mogen in dat gigantische kasteel maar 60 mensen tegelijk binnen door de coronamaatregelen die verder nergens meer gelden, zodat alles op was.

En de zeer vriendelijke jongeman die zich daarvoor verontschuldigde, wist ons te zeggen dat ook het Castel del’Ovo volzet was, net als de meest gekende Napels Ondergronds. We zijn dan maar per taxi naar een andere Napels Ondergronds gegaan, waar je in de koelte effectief nog een ganse hoop Romeinse overblijfselen kan zien onder de stad.

Toen zaten we middenin de toeristische buurt en zijn we nog een cache gaan zoeken in een straatje waar je het jaar door de meest waanzinnige kerststalletjes kan kopen. Van daaruit zijn we opnieuw naar de parkeergarage gegaan en dan maar naar huis gereden. Ha ja, want de prachtige Villa Poppea in Oplonti… is dicht op dinsdag.

Die parkeergarage, dat had nog wat voeten in de aarde op zich. Ik denk dat ik er een jaar van mijn leven ben kwijtgespeeld, mijn smartwatch geeft in elk geval een bijzonder goeie workout aan. Ik ben namelijk niet gewoon dat die Fiat zo’n ruime draaicirkel heeft en was dus eigenlijk niet ruim genoeg ingereden in het bijzonder smalle doorgangetje. Ik zat dus op een goeie vijf centimeter van de zijmuur en ging er niet geraken. Alleen… stond ik al behoorlijk op de helling naar beneden en merkte ik dat ik de handrem maar kon lossen door, jawel, op de rem te duwen, waardoor de truc met de handrem niet werkte. Ik probeerde dus achteruit te rijden maar bolde gewoon vooruit, tot op een centimeter van de muur, met bijzonder slechte vooruitzichten. Paniek, echt waar, dikke paniek.

Gelukkig zag een van de geranten van de garage dat, en toen ik hem zei dat ik het gewoon niet kon wegens ook die auto absoluut niet gewoon, gebaarde hij dat ik de auto moest uitzetten. Hij nam het stuur over en reed zonder een centje pijn de auto netjes achteruit en daarna binnen. Ugh. Een jaar van mijn leven, echt waar. Nochtans kan ik meer dan mijn mannetje staan in het hectische Italiaanse verkeer, geloof me. Ik zit er eigenlijk niet mee om in Napels en de rest rond te rijden, maar je hebt wel zeven ogen tegelijk nodig met al die brommertjes langs alle kanten, en zelfs verkeerslichten zijn puur indicatief voor sommigen. Serieus!

Enfin, tegen kwart voor vijf tuften we opnieuw Sorrento binnen en stelde ik voor om eerst een ijsje te halen en dan langs de supermarkt te passeren. We hebben allemaal deze middag deftig warm gegeten, Merel is moe, en elke keer moeten we toch een dikke 20 minuten bergaf en in het terugkeren bergop om te gaan eten in het superdrukke Sorrento. We zijn dan maar sandwichen en beleg gaan halen, en dat bleek een bijzonder goeie zet, want…

We waren eigenlijk nog aan het parkeren toen het begon te druppelen. En daarna… gieten. Maar echt gieten! Meer dan een uur aan een stuk heeft het immens hard geonweerd en gegoten, ons terras stond onder twee centimeter water, je zag zelfs de Vesuvius niet meer.

En daarna? Een pracht van een regenboog…

 

Sorrento: dag drie

Maandag en dus een iets vroeger ontbijt. We hadden dan ook meer plannen: Bart en ik gingen te voet, aan bijna de andere kant van Sorrento centrum, de huurauto ophalen. Een duur geval, maar dat heb ik er keihard voor over. Het is een Fiat 500 X geworden, quasi nieuw, en eigenlijk een wreed wijs ding om mee te rijden. Best wel groot ook, vind ik, en het bolt prima. Oh, en Sorrento in de ochtend is quasi verlaten…

Tegen twaalven zaten we samen in de auto richting Ercolano ofte Herculaneum. Aan een kant vond ik dat bijna indrukwekkender dan Pompei, gewoon omdat je veel beter kan zien hoe enorm dik die aslaag moet geweest zijn. We reden naar de ingang van de scavi en vonden er een klein restaurantje waar we gewoon gratis op de parking mochten staan en eigenlijk bijzonder lekkere en volledig handgemaakte pizza’s hebben gegeten. Het zag er wat sjofel uit maar was echt meer dan dik in orde.

En toen was het vooral bloedheet in Herculaneum. Maar echt: het was een graad of 35, maar het is vooral een vochtige warmte waardoor het zweet me continu in straaltjes afloopt. Ik heb zelfs een handdoekje bij om mijn gezicht te deppen. Het is er natuurlijk ook ronduit prachtig en indrukwekkend en mooi en… bloedheet. Uiteindelijk liepen we van schaduwplek naar schaduwplek en liep ik keihard te manken, zodat we het bezoek minder lang hebben gehouden dan dat ik in de lente zou gedaan hebben, gezond van lijf en leden.

Maar iedereen was wel blij dat we het gedaan hebben, al hoeft Pompei zelf niet meer voor Bart, Kobe en Merel. Wolf gaat wel nog meegaan met mij, zegt hij. Oef.

Thuis ben ik op bed gaan liggen en prompt in slaap gevallen, terwijl ik eigenlijk aan de kinderen had beloofd mee te gaan zwemmen, maar dat zal dus voor een andere keer zijn. Ach ja, ze kunnen dat ook echt wel zonder mij. En terwijl ik me dan douchte, gingen zij met Bart een spelletje Uno spelen in de lounge boven.

Tegen acht uur wandelden we, welja, naar beneden naar Sorrento stad om er opnieuw een plekje te vinden in hetzelfde restaurantje als gisteren. Het moest er maar zo goed niet zijn.

Een ijsje zat er deze keer niet in: we waren wat later en de rijen aan de twee grote, uitstekende gelateria’s waren immens.

Maar het was opnieuw een zeer fijne, zeer hete en zeer vermoeiende dag.

Op naar morgen!

Eén namiddagje Gentse Feesten

Ja, meer hoefde voor ons echt niet. De Gentse Feesten waren gewoon te druk. Te warm. Te veel mensen. Gewoon… te.

Ik had er al geen zin in om ’s avonds te gaan, ook al waren er een paar dingen die ik wel wilde zien. Ik had eigenlijk ook meer naar MiraMiro willen gaan, en naar het Puppetbuskers festival, maar ook daar kon ik me niet voor samenrapen. En daarbij, het was ook wel pokkewarm.

Maar vandaag gingen Merel en ik alsnog de fiets op rond een uur of drie, zodat we mooi op tijd waren voor de voorstelling van vier uur in het Augustijnenklooster. De voorstelling van Compagnia To Mateixa was… poëtisch en mooi, maar had eigenlijk weinig tot geen inhoud. Het deed zeer steampunkig aan met klokpoppen en dergelijke. Het heette misschien wel Cabineta de Curiosidades, het was meer een circus waarbij een oudere pop goocheltrucs deed, een andere pop koorddanste en een reeks klokhoofdjes zowaar de cancan dansten. Veel vaart zat er niet in, maar het was wel mooi om naar te kijken.

We hadden er honger van gekregen en vooral Merel genoot van de gigantische ijscoupe die ze kreeg, kijk maar naar de foto van de dag.

Er liep trouwens een knappe tentoonstelling van quiltkunstwerken – ja, ik kan het niet anders noemen – waar we nog even een kijkje gaan zijn nemen.

Daarna hebben we nog wat rondgelopen, even stilgestaan bij het GEJO straatorkestje – Kobe zit op scoutskamp want anders was hij er ook wel geweest – en bij een knappe poppenspeelster, maar tegen zeven uur was ons beider pijp uit. Ja, Camille speelde om 20.00 uur maar dat zagen we niet meer zitten: te moe, te warm, te druk.

Wij dus terug naar huis gefietst met de nodige buit van de Hema, en dat was dat.

Nee, de Gentse Feesten: heel jammer, maar niet meer voor ons.

tToneel: “Dag winkel”

Vorige zaterdag was er, eindelijk, toch weer tToneel van het KAM. Vorig jaar ging het niet door, dit jaar was het gepland, zoals altijd, voor na de kerstvakantie, maar ook dat kon nog helemaal niet. Ze hebben toen een serieuze gok genomen en het gepland de week na de paasvakantie, en jawel!

Iets minder leerlingen dan anders – ze moesten nu ook een hele week paasvakantie vrij zijn, wat niet voor iedereen lukte – maar nog steeds een puike prestatie. Het is echt niet zomaar een klungelig schooltoneel, het is echt elke keer opnieuw meer dan behoorlijk én met een inhoud.

Hier ga ik het niet opnieuw bespreken, het staat op de schoolwebsite

Ik ben vooral eigenlijk zeer blij dat Merel en Lieze vastbesloten zijn om volgend jaar ook mee te doen. Ik kijk ernaar uit!

Lectuur: “The Wisdom of Crowds (The Age of Madness #3)” van Joe Abercrombie

Na deel een en deel twee volgde uiteraard ook fluks deel drie. Het is eigenlijk best moeilijk om iets te schrijven over een boek, wanneer je echt niks wil vrijgeven over de plot dat de pret kan bederven. Zeker in een derde deel zeg je bijna automatisch dingen die spoilers kunnen zijn voor deel 1 en 2.

Ik ga toch een poging doen, want ook dit boek van Abercrombie is ongelofelijk goed. Waar deel één vrolijk optimistisch begon en in deel twee zowat alles gewoon fout liep wat ook maar fout kon lopen, komt een aantal dingen in deel drie toch wel weer goed. Maar Abercrombie zou Abercrombie niet zijn, mocht hij ook hier niet een aantal favoriete personages de dood injagen.

Het blijft mooi om zien hoe hij zijn personages laat evolueren, hoe ze altijd allemaal een positieve kant hebben, ook al zijn ze eigenlijk de slechteriken, en hoe ook de good guys een behoorlijk duister kantje hebben. Er zijn trauma’s, evoluties, misdaden en berouw… En intussen loopt ook de plot vaak een totaal onverwachte kant op.

Een happy end? Goh… ’t Is te zien hoe je dat bekijkt, veronderstel ik. In zekere zin wel, als in: het kan allemaal nog goed komen. Maar het realisme – ook al zitten we in een fantasiewereld – van Abercrombie laat niet toe dat het de Jane Austen toer opgaat. Ja, het probleem is in die zin opgelost dat er weer mogelijkheid is tot optimisme. En dus ja, een happy end.

Jaarring!

Afgelopen weekend heb ik met mijn koor Cantandum twee concerten gezongen: Jaarring om seizoenen.

Dat concert was oorspronkelijk gepland voor juni 2020 en daarna een paar keer uitgesteld. Deze keer is het gelukkig wél kunnen doorgaan, op zaterdagavond en zondagavond. Het was een uitdagend programma met heel uiteenlopende stijlen, maar ik heb me eigenlijk fantastisch geamuseerd. Het is zalig om te zien hoe je beetje bij beetje als groep beter wordt, hoe alles begint te klinken, hoe stukken die je in het begin maar niks vond, uiteindelijk ongelofelijk mooi worden.

Ik heb er zelf echt van genoten, en ik had de indruk dat dat ook gold voor ons publiek.

BTW, we zingen het nog eens op 30 april in de kerk in De Pinte, als benefiet voor Oekraïne. Allen daarheen!

Lectuur: “Jude the Obscure” van Thomas Hardy

Ik lees al graag eens een boek van Hardy of Brönte of Eyre of zo, maar man, wat was dat, zeg? Wat een gigantisch deprimerend boek…

Het is geschreven in Hardy’s onnavolgbare badinerende stijl, uiteraard. En Hardy is eigenlijk altijd al vrij somber van toon, als je pakweg kijkt naar Far from the Madding Crowd of Tess from the d’Urbervilles. Zijn personages hebben het nooit makkelijk, vechten tegen de goegemeente en vooral tegen zichzelf. Maar dit is een boek waar je niet meteen vrolijk van wordt. Ik kan me voorstellen dat het destijds ook echt veel ophef heeft veroorzaakt: het is ronduit atheïstisch of eigenlijk meer nog antitheïstisch, het spreekt openlijk over scheiden en heeft duidelijke seksuele verwijzingen, met een naturalistische inslag.

Jude is een jongeman van zeer bescheiden komaf, zoals dat dan heet, met een scherp verstand en een tomeloze ambitie om te gaan studeren. Maar dan komt het leven – en vooral de vrouwen en zijn eigen driften – ertussen en gaat het mis. Keer op keer. Hij trouwt diep ongelukkig, slaagt erin te scheiden, bouwt een relatie op met de vrouw van zijn dromen, krijgt met haar zelfs twee kinderen die hij dan ook op bijzonder tragische wijze weer verliest, verliest dan ook haar en komt dan opnieuw in zijn eerste, ongelukkige relatie terecht. Berooid, ongelukkig, zonder ooit te hebben kunnen studeren, sterft hij. In alle obscuriteit, zonder iets na te laten.

Eind goed al goed? Het zal toch niet bij deze Hardy zijn. Ik geef het toe, bij momenten had ik het lastig om verder te lezen, want het was bij momenten echt wel deprimerend. En toch wilde ik weten hoe het zou aflopen: het kon toch niet allemaal kommer en kwel zijn? Jawel dus.

Maar als het een iets heeft opgeleverd, dan is het wel dat je je gelukkig voelt met wat je zelf hebt, dat je dankbaar wordt voor jouw eigen leven. En dat is eigenlijk toch ook al heel wat.

Lectuur: ” Ιλιάς” van Homeros

Toen ik zowel de Women of Troy, de Penelopiad als de Song of Achilles las, viel me opnieuw keihard op hoe zeer ik door de jaren beïnvloed was door de versie van de film Troy: ik wist aan geen kanten meer hoe het precies zat met de relatie Achilles-Patroklos, hoe Hector precies aan zijn eind komt, enzoverder.

Ik vond het dus hoog tijd om na dertig jaar de Ilias nog eens te herlezen. Man… Ik heb me daar serieus aan mispakt, om eerlijk te zijn. Ik dacht: ik lees dat wel eventjes op een dag of drie. Bleek het in de schitterende Engelse vertaling van Robert Fagles om 683 pagina’s te gaan waar ik meer dan drie weken zoet mee ben geweest.

En het boek zelf? Dat was zoals ik het me herinnerde: veel gedetailleerde gevechten, een opsomming van alle helden, weinig karakteriële diepgang, relatief bloederig en nogal macho. Als in: de vrouwen spelen ook effectief geen enkele rol, zelfs niet in de achtergrond. Helena wordt vernoemd, en uiteraard ook Chryseïs en Briseïs, maar dat is het wel zowat.

Maar ik snap wel dat het nog altijd, na bijna 3000 jaar, tot de verbeelding spreekt. Het is nog steeds goed geschreven, het verhaal van Achilles en Patroklos spreekt tot de verbeelding, de relatie tussen Achilles en zijn moeder Thetis ook, net zoals het slechte karakter van de Olympische goden en hun eeuwig geruzie. De relatie Zeus-Hera is er overigens ook eentje die een relatietherapeut kan gebruiken…

Ik ben blij dat ik het herlezen heb, al heb ik af en toe toch even op de tanden moeten bijten. Maar ik kan mijn leerlingen in het vijfde jaar nu tenminste weer de correcte versie vertellen.

Jaarring

Dat ik in een koor zing, dat weten jullie al lang.

Op zaterdagavond 26 en zondagavond 27 maart hebben we eindelijk nog eens een concert, en ik durf echt zeggen dat het goed zal zijn. We hebben intussen ook een zevental studenten van het conservatorium die meezingen.

Kaarten kunt ge dus bij mij krijgen, en daar doet ge mij dan ook een gigantisch plezier mee. EN ge kunt mij komen bekijken als tenor ^^, hier in Wondelgem.

De bijhorende tekst:

Het is eindelijk zover ! Na de grijze, winterse dofheid van de afgelopen twee jaren is de muzikale lente terug in aantocht.
Cantandum serveert je op zaterdag 26 en zondag 27 maart, telkens om 20.00 uur in De Zulle in Wondelgem een kleurrijk palet aan frisgroene lenteliedjes, goudgele zomerdeuntjes, bonte weemoedige herfstklanken en krakend witte wintermelodieën, als een jaarring om de seizoenen heen draaiend.
Alles baadt in een sfeer van licht en ruimte: beeldprojecties en kleureffecten zetten de unieke bloemlezing van a capella-koorwerkjes, liederen voor koor en piano én piano-intermezzi op een ongekende manier luister bij. De verschillende stijlen, van renaissancemadrigaal over romantisch koorlied tot close harmony-bewerkingen van jazz standards, bezorgen elke luisteraar ongetwijfeld een buitengewone “synesthetische” ervaring…
Dit muzikale avontuur laat je niet meer los! Ben je erbij?
Tickets zijn te bestellen via kaarten@cantandum.be of te verkrijgen bij mij. Gewoon even een berichtje sturen en ik hou een kaart voor jou opzij!