Lezen

Ik ben eindelijk weer aan het lezen geslagen, en dat werd tijd ook.

Ik vermoed dat het de leesclub was, die mijn goesting weer aangewakkerd heeft: met wisselend succes las ik De Cirkel van Dave Eggers, Het diner van Herman Koch, Amerikanah van Chimamanda Ngozi Adichie en Mrs Dalloway van Virginia Woolf. Dat laatste is zelfs nooit besproken geraakt, omdat net dan ons ma is gestorven. Tsja. Maar ik heb het wel gelezen en goed bevonden.

En toen was ik eigenlijk al tijden bezig met de Masters of Rome-reeks van Colleen McCullough: vier kleppers van elk meer dan 1000 bladzijden, maar meesterlijk geschreven! Man man man, zelfs dertig bladzijden over een senaatsvergadering gaan niet vervelen. Heerlijk gewoon!!

Bon, die waren uit, en dan ben ik tussendoor even de Hunger Games trilogie begonnen, en die was uit op een dag of vijf. Pulp, maar vlot geschreven, en aangezien ik enkel de eerste film heb gezien, serieus spannend ook.

En toen had ik het plots in mijn hoofd dat ik de reeks van Amber wilde herlezen, fantasy van Roger Zelazny. Ik heb die ooit gelezen een dikke twintig jaar geleden, en ik herinnerde me dat ik die bijzonder aangenaam had gevonden. Ik vroeg even rond, en jawel, iets later stonden ze op mijn Kindle. Fantastisch, toch? Dat was toen we in de Ardennen zaten, en een goeie twee weken later waren alle tien de boeken er aan voor de moeite.

En toen ging ik met Merel en de jongens naar de bibliotheek, en nam ik op goed geluk ‘The Cat’s Table’ van Michael Ondaatje mee: zeker niet slecht, maar niet het beste boek ooit. Enfin, het is nog niet uit, ik zie nog wel, maar het is niet echt zo meeslepend dat je het niet kan neerleggen, en dat heb ik vaak wel met andere boeken. En om eerlijk te zijn: ik mis de Kindle. Ik heb graag papieren boeken, daar niet van, maar als ik in het Engels lees, mis ik keihard de woordenboekfunctie van mijn Kindle.

Het volgende wordt dus wellicht weer een elektronisch exemplaar, tenzij ik een Nederlandstalig boek meeneem uit de bib. Ik zal nog wel zien.

Laatste vakantiedag

We wisten eigenlijk niet goed wat we vandaag nog gingen doen. Enerzijds wilden we eigenlijk gewoon een dagje rustig thuis, maar aan de andere kant was het wel nog prachtig weer, en mag je een laatste vakantiedag ook niet zomaar verloren laten gaan, nee? Gaan zwemmen, misschien? Neptunus, of de vijver? Of gaan cachen? Hmmmm…

Het werd in elk geval een rustige voormiddag, met boodschappen en dergelijke, en de vaststelling dat de fietsgraveurs van stad Gent aan den Delhaize stonden. Er volgde een lome start van de namiddag, en dan nog gespurt om net tegen half vier aan de Delhaize te staan met onze fietsen, nog net op tijd. Oef.

En toen besloten we om naar de kapper te gaan in de Wondelgemstraat, voor twee frisse korte kopjes voor de eerste schooldag. Vijftien minuten en vijftien euro later stonden we weer buiten, en aten we een vieruurtje van bij de bakker op een bankje aan de kerk. Geloof me: helemaal vakantiegevoel!

Omdat we nu toch op de baan waren, vond ik dat we evengoed een klein beetje konden omrijden en een cache gaan oppikken aan de ingang van de Westerbegraafplaats. Uiteraard hebben we toen maar een wandelingetje gemaakt in het park dat die begraafplaats eigenlijk gewoon is. Prachtige dingen gezien, trouwens, ik ga hier zeker nog eens komen rondlopen.

We moesten ons nog bijna haasten om op tijd op de rugbytraining te zijn. Enfin, enkel training voor Wolf, Kobe begint pas vrijdag. We leverden hem af, en Kobe, Merel en ik gingen voor de wandeling rond de petanquevelden tot aan de speeltuin aan de camping, om daar al een eerste paar boterhammetjes op te eten.

Daarna wandelden we verder tot aan het toch nog steeds vrij drukke strand, en installeerden ons aan het piertje. Ik stak er een cache weg, Merel bleef bij me, en Kobe ging al gauw terug naar het strand om er zijn sandalen uit te trekken en in het water te gaan staan. Twee minuten later was hij al terug: of hij ook zijn broek mocht uittrekken en in zijn onderbroek er staan? Nog drie minuten later kwam de vraag: “Mama, mag ik zwemmen in mijn onderbroek? Please?” Euh… Hij had toevallig een boxersshortje aan, met daarover een vrij lange bermuda, ik zag dus het probleem niet. Alleen had ik natuurlijk geen handdoek bij, maar dat vond hij niet erg, hij ging zo wel opdrogen. Kobe heeft dus drie kwartier in het water liggen spelen op zijn eentje. Tsja…

Om kwart voor acht konden we eindelijk Wolf oppikken, en ging het meteen naar huis: morgen school, dus Merel moest echt wel in haar bedje!

Maar die laatste vakantiedag zorgde toch ook wel voor het nodige laatste vakantiegevoel. Zalig!

Hedera, of toch een versietje ervan

Sinds een paar jaar heeft de larpwereld, en dan meer bepaald de reeks Omen, een eigen folkbandje. De bezetting ervan is echt moeilijk, want er zijn zowel leden uit West-Vlaanderen als Limburg en Geldenaken, en dat maakt het niet bijzonder praktisch. Niet dat ze vaak samenkomen om te oefenen, dat is net eigen aan folk natuurlijk, dat je vrij makkelijk kan samenspelen.

Nu, om één of andere reden hadden ze besloten om te spelen op een wiccadagje in Wachtebeke, en ik had me erbij aangesloten. Voor de gelegenheid waren we met vijf: twee dames die tot hiertoe eigenlijk het voortouw hadden genomen, maar er nu allebei gingen mee stoppen, na dit. De ene zingt en speelt thin whistle, de andere zingt, doet percussie, en speelt prachtig harp. Verder was er ook nog Lorre, de enige man in het gezelschap, die zingt en gitaar speelt, en voor de gelegenheid werden we bijgestaan door Mabyr, die een kei is in percussie en banjo. En ik daar dus bij, met vooral zang, en een klein beetje viool en verder nog castagnetten. Tsja…

We namen op voorhand alles nog kort even door, en hadden dan een optredentje in de tuin van ongeveer 50 minuten in een loden hitte. Nog een chance dat we in de schaduw van een paar bomen stonden.

Daarna volgde een optreden van een Ierse dansgroep in het zaaltje, waar het nog warmer was. Kudos voor die mensen, die hebben liters gezweet, dat weet ik wel zeker!

IMG_5951

Daarna kwamen wij nog eens met een ingekort programma, en dat vond ik niet erg, want het was pokkeheet daar op dat podium. Maar ik heb wel genoten van het zingen, serieus.

Terwijl Lorre Katrien naar huis bracht, reed ik nog heel even rond om een cache of twee te zoeken daar op de Nederlandse grens, met beperkt resultaat overigens.

Tegen kwart over zeven zaten Lorre en ik heerlijk aan de tuintafel te eten, nog wat later bracht hij me met de auto naar de motogarage om de motor op te halen – eindelijk klaar, na de vraag tot reparatie in maart – en nog later reden we samen op diezelfde motor naar Barts kantoor. Ik dacht wel dat Lorre het gebouw zou appreciëren, en jawel, hij was serieus in de wolken.

Het was nog steeds 27°, en dus bleven we buiten zitten, met wat kaarsjes en een glas mede, en Bart kwam ons zowaar nog wat hapjes brengen ook. Goud waard, die man van mij! En op deze manier heb ik ook de tuin eens in actie gezien ’s nachts, en ik geef het u op een briefje: ik geniet er intens van!

IMG_5953

Ik denk dat het na enen was toen we gingen slapen, na een bijzonder fijne avond. Ik maak niet makkelijk vrienden, maar ik denk dat ik er nu toch wel eentje heb bijgemaakt. Enfin, ik hoop het toch. Fijne gast, echt waar.

 

 

Onverwachte uitstapjes

Gisteren had ik een oproep gedaan op Gift Gent of er niemand een charlestonkleedje had liggen in mijn maat (nodig voor een larp begin september), en ik mocht eentje ophalen in Sint-Amandsberg. Perfect! Ik bracht de jongens naar het rugbykamp, dronk rustig koffie thuis, en Merel en ik togen naar Sint-Amandsberg, om er het kleedje op te halen en meteen wat caches mee te pikken. We verzeilden eerst in een heel mooi, en eigenlijk ook groot park. De cache heb ik helaas niet gevonden: ik was gewaarschuwd dat het in een een woest en groen hoekje was, vol met tengels, en dat was niet gelogen. Ondanks de sandalen en de blote benen – ik had voor een keer een rok aan – heb ik me een weg kunnen banen naar het nulpunt, maar zonder handschoenen was er geen beginnen aan. Ik kom wel eens terug met Wolf in de herfst, met lange broeken en handschoenen :-p

We reden iets verder, naar een ander park, en wandelden toen voorbij een alleraardigst restaurant met een heel fijne tuin in de schaduw. Hmmm. We gingen de cache oppikken, en toen we opnieuw langs het restaurantje liepen, leek het me echt te leuk. “Merel, eten we thuis, of eten we hier?” Domme vraag, natuurlijk. Voor 12 euro had ik een voorgerecht van fetasalade en een pasta maison met scampi, en voor 7 euro kreeg Merel een pasta bolognaise.

Dik in orde! Rosalie, heet het, op de Antwerpsesteenweg, en naar ’t schijnt moet je ’s avonds best reserveren, zeiden ze. Ik kan het me voorstellen, want ook in deze hitte liep het aardig vol.

Enfin, Merel en ik wilden toch nog een cache gaan zoeken aan Dok Noord, en meteen ook eens het nieuwe winkelcentrum bekijken. Het was wel pokkeheet, maar bon. Samen liepen we de vroegere grintbakken in aan de Blauwe Kraan, waar nu een officieel grafittipunt is. Het is eraan te zien, en er zijn echt mooie dingen.

De cache vonden we opnieuw niet: ik had een vrij goed idee waar hij zat (en dat is me bevestigd door de legger) maar dat was in de volle, volle zon, van metaal, en ik zag het echt niet zitten om langer te zoeken. Ook hier kom ik wel eens terug met Wolf.

En dan gingen Merel en ik op tocht in het nieuwe Dok Noord: we hadden een paar dingen nodig uit de Delhaize, en daar is er een gloednieuwe, en vrij grote ook. De locatie zelf was eigenlijk ook best indrukwekkend: een groot open plein met een heel gezellig terras, en dan een behoorlijk aantal winkels met een wandelarcade. De foto’s zijn met de gsm getrokken, maar geven toch een beetje een idee. En warm, warm!

En dus reden Merel en ik dan toch maar naar huis om af te koelen. We waren eerst van plan geweest om vandaag naar de Blaarmeersen te gaan, maar man, ’t is echt veel te heet! Blijkbaar was het maar goed ook dat we thuis bleven, want de jongens wisten te vertellen dat de Blaarmeersen overvol waren, en dat de mensen zelfs op de stenen zaten.

Gelukkig kwam de ijskar voorbij, een ijsje was welkom ^^

IMG_5936

En Wolf, die zag het in deze hitte nota bene nog zitten om, na een ganse dag sporten, ook ’s avonds nog op de rugbytraining te blijven. Amai, goed zot!

 

Hedera

Op een van de larpreeksen waar ik aan meedoe, zijn ze gestart met een muziekgroep, Hedera. Het is allemaal zeer folky en middeleeuws, en eigenlijk best wel fun. Niet dat ik hen ooit horen spelen heb, want da’s blijkbaar net altijd tussen mijn spel heen gevallen. Maar er zijn dus gitaren, percussie, harp, fluitjes, soms doedelzakken, en vooral veel zang. Ik vond dat een super idee, en heb vandaag voor het eerst eens gerepeteerd. Meteen ook een belangrijke repetitie, want op 27 augustus hebben we een optreden. Ik speel dus viool, doe onnozel met castagnetten, en zing.

Ik heb me eigenlijk echt wel geamuseerd vandaag, daar in het verre Ledegem. Ook al was er een serieuze file in het naar huis rijden, en duurde de tocht dubbel zo lang. Maar bon, we zien wel wat ervan komt, van die Hedera.