tToneel: Binnenste Buiten

Schooltoneel.

Ik hou niet van het woord, ik vind het op zich al een negatieve bijklank hebben. Het doet me denken aan stoffige turnzalen met een amper gebruikt podium en dus nog stoffiger coulissen. Een zaal vol enthousiaste ouders wier kind schoon kind is. Ik denk aan een klungelig in elkaar gestoken voorstelling, met kinderen wier acteerniveau dat van de gemiddelde sanseveria benadert, met pakjes die in elkaar gestoken zijn door liefhebbende en behulpzame oma’s. Ik denk aan een zingende selder, quoi.

Het hoeft gelukkig niet altijd zo te zijn. Ik ben dan ook enorm opgelucht dat op mijn school het woord ‘schooltoneel’ eerder een vorm van kwaliteitsvol jongerentoneel is. En de voorstelling die ze er afgelopen twee weken vijf keer gespeeld hebben, kan gerust naast om het even welk ander jongerentoneel staan, dat subsidies krijgt en meedraait in het reguliere circuit.

Het bijzondere aan tToneel, de groep van het Atheneum Mariakerke, is dat ze zo ongelofelijk democratisch zijn. Iedereen van de leerlingen die wil, mag meedoen. Geen audities, geen leeftijdsbeperking, geen beperking van het aantal acteurs, nee. Dat resulteerde dit jaar in een groep van vijftig leerlingen, van twaalf tot twintig jaar, die elke woensdagnamiddag en de helft van de kerstvakantie aan het repeteren sloegen.

Kan je een stuk vinden voor een dergelijke groep? Niet echt. Is dat erg? Al helemaal niet: het stuk moet organisch groeien, en komt uit henzelf. Dit jaar ging het over de speelplaats, en hoe iedereen daar toch met zijn eigen gedachten bezig is, met zijn eigen problemen, en hoe moeilijk het soms is om beslissingen te nemen en keuzes te maken.

Ik moet zeggen, ik vond het stuk écht goed. Serieus.

Ik heb er een bespreking voor geschreven, voor de schoolwebsite. Die kan je hier lezen. En chapeau voor de leerlingen. Echt waar.

Design Museum

Mijn kinderen zijn van het soort dat graag naar musea gaat. Op voorwaarde dan dat het niet te lang duurt, en dat er ook voor kinderen iets te doen valt.

In het Design Museum loopt weer een nieuwe tentoonstelling, en dus zijn ook de Playmobilfiguurtjes opnieuw opgesteld. Het doet de kinderen rondlopen, zoeken en kijken, en intussen kan je als volwassene ook rustig rondkijken.

De tentoonstelling op het gelijkvloers en de eerste verdieping is Hands on Design, waarbij je ook een inkijk krijgt in de ateliers en het productieproces, gaande van een handtas, een baksteen, een keramieken lampenvoet tot een kano. Bijzonder interessant!

Boven staat dan een overzicht van vooral stoelen, al is die term wat te beperkt, met als centrale figuur Maarten Van Severen. Ook heel knap, maar die had ik al gezien.

Beneden staat er een apart project met een monumentale zetel waar je zonder schoenen in mag, en dat moest je tegen de onze geen twee keer zeggen.

Eerst waren we in Sint-Amandsberg een step voor Kobe gaan oppikken via Freecycle, zodat ze kunnen stoppen met bekvechten over die step hier. Daarna waren we in dezelfde straat als eerder deze week geparkeerd, en kostte me dat liefst 10 euro voor drie uur. Ja slaapwel!

We repten ons naar de Pizza Hut, en genoten er van het pizzabuffet. Altijd een voltreffer, hier. Van daaruit liepen we dus naar het Designmuseum, waar we amper een goed uur binnen waren, eigenlijk, maar dat maakt niet uit. De kinderen en ik vonden het heerlijk.

We slenterden doorheen de kerstmarkt, probeerden tevergeefs ergens de cadeaubon voor de Uitpas in te wisselen voor een echt exemplaar, en liepen de Sint-Niklaaskerk binnen, alwaar we een stapje verder geraakten in de geniale geocachepuzzel Heilig Bonus. Nu moet ik me nog even aan het puzzelen zetten, en hopelijk vind ik dan de cache!

We wandelden verder, en passeerden een kraam met gestreken mastellen, waar blijkbaar een oudleerlinge stond. We namen vier ongestreken exemplaren mee, en ik streek ze dan maar hier thuis, met een stevige kluit boter en een schep suiker.

Tegen half vier waren we thuis, hadden nog een vrij lange namiddag over, en hadden toch alweer een gevulde dag gehad. Zalig toch, vakantie?

Draken in het STAM

We lummelden wat rond, haastten ons dan nog om appelmoes te maken, voor bij de cordons bleu en de puree, want Bart kwam eten om half één, en zorgden dat we tegen twee uur in het STAM waren. Elke dag van de vakantie is daar tussen 14.00 uur en 17.00 uur een workshop “Maak zelf je draakje”, in het kader van de lopende tentoonstelling rond draken. Alleen… het workshopgedeelte beperkte zich tot een jongedame die probeerde een beetje overzicht te houden over een gigantische knutseltafel. Er hingen hier en daar voorbeelden van zelf geknutselde draakjes, er hing een mobiel van origamidraakjes, en er was stapels knutselmateriaal. En dat was dat. Oh ja, er lagen ook wat afgeprinte instructies voor andere origamidraakjes, maar duidelijk gewoon de eerste googleresultaten, want ze waren allebei in het Engels, en de eerste begon al meteen bij een vogelbasis, wat je als leek absoluut niet kan kennen, en ook de andere was behoorlijk moeilijk. Zelf kende ze niks van origami, dat was dus ook al geen hulp. De tafel lag vol met half gevouwen papiertjes, vrees ik.

Enfin, de kinderen lieten het aan hun hart niet komen, en terwijl Kobe en ik de origami probeerden, bouwden Wolf en Merel samen een eigen draakje. Goed gelachen! Ik heb wel even hulp moeten vragen bij een bepaalde drakeninstructie aan een vader die er blijkbaar ook wel behoorlijk wat van kende. Enfin, we hebben ons goed geamuseerd, maar een echte workshop was het nu niet bepaald.

Daarna liepen we even door de korte tentoonstelling, en bleven even hangen in het speelgedeelte.

En toen was er ook nog een tentoonstelling van een aantal kunstenaars en hun visie op de stad in de toekomst. Een kijk- en luisterkabinet, noemt de site het, en daarin hebben ze wel gelijk. We waren alle vier behoorlijk gefascineerd.

Ik was van plan geweest om daarna iets te drinken in het STAMcafé, maar dat was blijkbaar een beetje overspoeld. Of, zoals de baliemedewerkster me wist te zeggen: er zijn maar dertig plaatsen, en er zat 750 man in het museum op dat moment. Tsja.

We zijn dan maar naar de Delhaize gereden waar de kinderen elk een soort koek – donut, crèmekoek of zelfs taartje – mochten kiezen, en die we dan hier thuis rustig opaten bij een warme choco.

De middag werd afgesloten al knuffelend in de zetel voor de televisie. En als u zich afvraagt of onze kinderen elkaar graag zien:

img_7975

Vakantiegevoel

Awel, ook al was gisteren een heel fijne dag, pas vandaag kickte het echte vakantiegevoel in, en dat kwam doordat ik koffie kon drinken met vrienden. Dat lukt amper in het jaar, wat logisch is, en dus hangt dat voor mij volledig samen met vakantie.

We sliepen lang uit, ik stak de lasagne in de oven, en kwart na één kwam Max hier toe. Max, dat is eigenlijk het pseudoniem van een bevriend tekenaar. Hij heeft woeste plannen: een groot drieluik met in het midden een pieta van een vrouw die haar dode moeder vasthoudt, met aan de ene kant een spelend kind – onze Merel – en aan de andere kant een wachter in harnas – ikke dus. De achtergrond wordt een grote haard uit het kasteel van Gaasbeek. De foto’s van Merel waren snel getrokken, voor die van mij moest ik me wel volledig in mijn harnas wurmen, compleet met schild en zwaard. Gelukkig ga je op de tekening niet zien dat het om latex gaat. Enfin, dat hoop ik toch. Intussen dronken we koffie en kletsten we vrolijk bij.

Om drie uur gooide ik Max buiten, en nam ik alsnog de auto richting stad. Ik wist op voorhand dat dat geen goed idee ging zijn, gezien de Winterfeesten, maar de tram is voor mij zo goed als geen optie wegens extreem wagenziek, en fietsen lukt niet zo best met die laars aan. Tsja… En effectief, de borden op de Wiedauwkaai vertelden me wat ik vreesde: alle parkings volledig volzet! Het was dan ook prachtig weer, ik snapte het wel. Maar ik ken mijn Gent een beetje, en reed dus tot aan Sint-Jacobs, alwaar ik in de buurt netjes een plaatsje vond. Ik heb me zelfs geriskeerd om geen ticket te nemen, en had geluk.

Ik moest er wel stevig de pas inzetten richting Café Rosario, want ik had wel even moeten aanschuiven om tot aan Sint-Jacobs te geraken. Maar gelukkig zat Simon netjes op me te wachten. Het was zes jaar geleden dat ik hem nog gezien had, aangezien hij al een tijdje in het buitenland woont, maar het voelde heerlijk vertrouwd aan, alsof we vorige maand nog samen hadden zitten kletsen. En de koffies van Rosario zijn, wel euh… groots te noemen. Op een calorie of twee moogt ge niet kijken, dat niet.

img_2318

Het was half zes tegen dat ik huiswaarts reed, maar man, met een vakantiegevoel om u tegen te zeggen. Bedankt, heren!

Nello en Patrasche

Gisteren was er een feestje bij Roeland voor Marnes verjaardag, en Batist, de man van Sarahs zus was daar uiteraard ook. Het is dus verre ‘aangetrouwde’ familie – de man van de zus van de vrouw van mijn broer – en eigenlijk ben zelfs ik trots op hem. Waarom?

Wel, hij heeft een pracht van een beeld mogen ontwerpen van Nello en Patrasche. Wie? Juist ja, een in Vlaanderen vrij onbekend verhaal, dat echter vooral in Japan gigantisch populair blijkt te zijn. Japanse toeristen gaan er zelfs speciaal voor naar Hoboken, waar een deel van het verhaal zich zogezegd afspeelt.

Ik vind het beeld heel knap, eenvoudig, en vooral het dekentje uit straatstenen bijzonder mooi gedaan. Batist zei dat hij ook de stenen zorgvuldig had uitgetekend, en er ook bij was om ze te laten leggen, want dat het anders wellicht wel in de soep was gedraaid.

Hier is een reportage van het VRT-nieuws te zien, en dit is een foto die ik van Batists FB heb geplukt.

15540867_10155486703187646_6602431528023712566_o

Omen VI

Dat larpen, dat blijft toch een ongelofelijk fijne, maar intense hobby!

Gisteren pikte ik her en der in het land drie mensen op, en tegen acht uur liepen we met een 150 man rond in een pseudo-middeleeuwse locatie, een vikingwereld tot leven te brengen.

Ik was eigenlijk het hele weekend een barbarenhoofdman, leider van een clan Bhanda Korr, waarvan er ook zo’n tiental spelers rondlopen. Impressionante kostuums vooral, en ik mocht er eentje lenen, waardoor ik eigenlijk niet moest onderdoen. Dan nog de nodige schmink op mijn toot, en we waren helemaal de Storm. Leuk om spelen, echt waar.

’s Avonds had ik zelf om een andere rol gevraagd: de Omenband ligt een beetje op zijn gat, maar Lorre en ik wilden toch graag zingen. Hij speelt Egbert, een bard, en dat past natuurlijk prima. En daar kwam dus voor de avond Johanna van Middelberg bij, een vrouwelijke barde, om het huwelijksfeest van de graaf op te luisteren. Alleen zat er zo geen feeststemming in, en was er ook niet echt een banket of zo. We hebben dan maar gezongen in de herberg voor een ander verloofd adellijk paar, en daar eigenlijk nog serieus wat goud mee verdiend. Linus is er nog bij komen zitten, en we hebben eigenlijk ook gewoon voor onszelf zitten zingen. Waarna we naar buiten gegaan zijn, de verbranding van de stropoppen hebben meegevierd, en warempel aan het vuur van de Bhanda Korr zijn verzeild, waar we ook nog zitten zingen hebben. Fijn fijn fijn!

 

Vrienden.

Na het nieuws van gisteren zat ik er een beetje door, dat geef ik toe. Barts reactie had eigenlijk ook niet veel geholpen: een droog “Dan gaat ge uwe levensstijl moeten aanpassen, he.” was mijn deel. Tsja. Alsof ik dat nog niet wist.

Maar gelukkig had ik vandaag afgesproken met Lorre, voor een ontbijtje, en dan zingen. Ha ja, dit weekend is het Omen, en we willen muzikaal vermaak brengen op het huwelijksfeest. Om half tien zaten we samen croissants en fruit te verorberen, en leende hij me een gewillig luisterend oor. En daarna werd er gezongen, en hoe. We kozen vijf liederen uit, pasten de teksten aan, en genoten van het harmoniezingen. Een fijne vriend in de buurt, blijkbaar moet ik niet meer hebben om mijn humeur op te krikken.

We kookten samen, lieten het kindergeweld over ons heen gaan, aten een groentenquiche, dronken koffie, en zongen nog wat meer. En om half vier schopte ik hem buiten, want toen moest ik Kobe naar de muziekles brengen.

Tussendoor kwam ook Vallery nog even binnenwaaien om wat schoenen te passen, en stond ook Véro even aan de deur.

Ik heb het al eerder gezegd: ik denk dat ik er echt wel een vriend bij heb. En op een dag als deze was net dat wat ik nodig had. Ik heb er zelfs niet aan gedacht om foto’s te trekken.