Verbouwing, part elvendertig

Jawel, vandaag zijn hier nog maar eens de werkmannen over de vloer geweest, met drie dan nog wel. Ze wilden het eindelijk af hebben, en zijn daar helaas niet in geslaagd 🙁

Maar wat ze gedaan hebben, is echt wel klasse.

* de boekenkast hangt

* de tv hangt omhoog, tegen een apart paneel zodat alle kabels weggewerkt zijn, en er ledlichtjes rondomrond zijn.

* de kleine kastjes achter de zetel zijn er: we botsen niet langer met ons hoofd tegen de muur, en we kunnen eindelijk een glas of blikje kwijt zonder een verrekking op te lopen

* de glazen deuren hangen er. Helaas in helder glas, en niet in matglas. Maar bon, daar valt nog wel een mouw aan te passen.

* de plintjes zijn er, en het ziet er goed uit.

Wat moet er nu nog gebeuren? De omkadering van de deuren is er niet, dus daar moet nog geplamuurd worden en afgewerkt. Dan kunnen ze ook de laatste stukken gyproc zetten en afwerken.

De deurtjes van de kast onder de tv zijn er ook nog niet, maar da’s wachten op de elektricien, die een kabelgoot moet komen installeren.

En dan moeten er nog de legplankjes in de kast zijn, maar daar zit ik niet op te wachten, want die moet toch eerst geschilderd worden.

Auto-entertainment

Om eerlijk te zijn, ik zit niet graag in de auto. Nooit gedaan, en ik zal dat ook nooit doen. Omdat ik wagenziek word, en in heel serieuze mate. En nee, het is niet overgegaan met volwassen worden, aan geen kanten zelfs.

Alleen als ik zelf aan het stuur zit en dus alle bewegingen van de auto zelf in de hand heb, valt het mee. Helaas hebben de kinderen mijn overgevoelige evenwichtsorgaan geërfd, en hebben ze het dus ook zitten.

Nee, ik keek dus niet uit naar de drie uur durende autorit van gisteren. De kinderen kunnen namelijk niet zitten lezen of spelletjes spelen of zitten prutsen, want dan hangen ze binnen de kortste keren met hun kopje uit het raam. Niet zo interessant overigens, op een autostrade aan 132 per uur.

Maar Bart kwam thuis met een verrassing: hij had een dvdspeler gekocht voor in de auto, met twee schermpjes die je aan de achterkant van de stoelen bevestigt, zodat ze netjes kunnen zitten kijken. Meteen had hij er ook een Disneybox bij gekocht, met alle films van de kaartenactie van de Delhaize (waar Wolf zo zot van is).
Ze hebben dus eerst naar Cars gekeken, en dan, na een pauze, naar Nemo. Vooral Kobe is duidelijk verzot op de visjes, hij is er voortdurend over bezig.

Helaas, helaas: op 500m van het hotel, na de kortste maar ook bochtigste route (ik vind dat dat een GPS-feature zou moeten zijn) naar Lippenscheid, had Kobe het alsnog zitten, en mochten wij beginnen met de autostoel leeg te scheppen, Kobes kleren uit te stropen, en alles te beginnen afvegen. Gelukkig bestaan er natte en droge doekjes en hadden we beiden voorzien. Jammer dat je niet meteen ook iets aan de geur kan doen.

In het hotel hebben we wasmiddel en een emmer met doeken en kuisproduct gevraagd en gekregen en de ergste schade kunnen beperken, maar leuk is anders.

Herhaling: poesje gezocht

Op drie juni zaten de kinderen en ik vergenoegd te kijken naar een vers lief klein zwart pluizenbolletje, zijnde een nieuw katertje in ons huishouden.
Het beestje paste zich wonderwel aan aan ons gezin, en waagde na drie weken al een paar stappen buitenshuis, en zelfs al naar de overkant van de straat. Zes weken na aankomst, op 15 juli, is hij echter verdwenen. Ik vermoed dat iemand hem heeft binnengepakt, of dat hij ergens klem zit. Ik hoop het eerste. In elk geval is hij nu al meer dan een week vermist, en in de buurt heeft niemand hem gezien.

Vandaar dus opnieuw mijn oproep, die al eerder op dit blog heeft gestaan:

grijsje

Vorig jaar is mijn zwarte kater schielijk overleden, in vrij platte toestand. We hebben al een petitie ingediend om een verkeersdrempel te laten aanleggen, maar dat vindt de stad blijkbaar onnodig.

Enfin, ik ben dus opnieuw op zoek naar een katertje. Om voor de kinderen het verschil te kunnen maken, had ik deze keer geen zwarte gewild, maar wel een effen grijs mormeltje. Het moet ook nog een jong beestje zijn: ik heb een hond die katten gewoon is, en alleen een kitten went aan een hond, met een oudere kat wordt het gegarandeerd vechten.

Dus: wie hoort dat er ergens een klein effen grijs katertje te krijg is, laat je me iets weten? De kinderen en ik zullen je dankbaar zijn!

Kak

We waren al laat, en toen zaten ze nog uren aan tafel. Soms kunnen de kinderen behoorlijk op mijn zenuwen werken. Ze moesten immers nog in bad, want Wolf had me geholpen in de tuin en het containerpark en viel wel onder het predicaat ‘vuil’ te klasseren.
Ik stelde nog de douche voor, maar twee paar grote smekende ogen vermurwden mijn moederhart, en Wolf liet het bad lopen, terwijl Kobe nog knabbelde op zijn laatste boterhammetje. Een goeie vijf minuten later zaten ze alletwee glimmend van plezier en zeep in bad te plonzen, omgeven door stapels speelgoed. Net genoeg tijd dus om me zelf ook even af te spoelen. Van tuinwerk word je stoffig en plakkig, het was dus geen overbodige luxe.
Ik stond al in mijn blootje en – zo stel ik het me toch voor – met één voet in de lucht om in de douche te stappen, toen Wolf een gesmoorde kreet slaakte. Ik liet mijn voet zakken en keek om.
Bruine vlokken verspreidden zich in het badwater, tussen het speelgoed en de kinderen door. Kobe staarde tussen zijn eigen beentjes, alwaar zich meer vlokken manifesteerden, tot zijn eigen grote ontzetting.

Zucht.

Wolf sprong recht, en begon het gecontamineerde speelgoed van tussen de vlokken te vissen, vrij stoïcijns. Kobe bleef staren. Ik trok weer een minimum aan kleren aan en liet de douche lopen. Wolf verhuisde uit eigen beweging, Kobe begon te huilen en wilde zo snel mogelijk ook onder een propere waterstraal staan. Beiden werden dus in de douche gedropt, terwijl mama het bad probeerde te ontdoen van resterende vlokken.
Enfin, een dik kwartier later waren ze opnieuw gewassen, gedroogd, in pyama’s gestoken, tanden gepoetst en in bed gestopt.

En toen kon ik eindelijk mezelf afspoelen.

(Noot voor de insiders: ik was eigenlijk nog steeds aan het grinniken, want Wolf had zich plots verschrikt de bedenking gemaakt: “Mama, ik denk, als jij die kaka doorspoelt, dat we toch wel een boze zwelpoet gaan hebben!” En toen schoot ik in de lach en kon het me eigenlijk allemaal niet zoveel meer deren :-p )

Dag elf van de verbouwingen

Vandaag is het parket gelegd, niet minder, maar helaas ook niet meer. Het ziet er super uit, maar het betekent ook dat het niet af zal zijn zoals me beloofd was. Ja, ik weet ook wel dat er een aantal tegenslagen waren, zoals de dag extra voor de elektriciteit en de drie dagen droogtijd voor de chappe, maar dan nog…

Bottom line is, dat we wel de living kunnen gebruiken, maar dat ze nog een dag moeten terugkomen. Op zich niet zo erg, ware het niet dat er drie weken bouwverlof tussen zitten.

Parket zal er liggen, compleet afgewerkt. De muren zijn gladgezet, maar zullen door de schilder moeten afgewerkt worden. Aangezien het om verse verbindingen tussen gyprocplaten gaat, raadt iedereen me af dat zelf te doen. Zeker op het plafond is het moeilijk dat perfect glad te krijgen. De schilder zal trouwens ten vroegste voor eind september zijn. Dat wordt dus nog fun.

De kast onder de tv zal er hangen, zodat we alle toestellen kunnen aansluiten. De tv kunnen we er nog gewoon bovenop zetten, ik vermoed dat de valse wand waartegen de tv opgehangen wordt, ook niet zal zijn.

De grote kast en de boekenkast staan klaar in het atelier, ze moeten alleen nog de tijd hebben ze te plaatsen. De grote kast is prioritair, heb ik gezegd, dus die komt er morgen.

De glazen deuren zijn voor augustus. Voorlopig zitten de gewone deuren er nog in, dat is dus niet echt een probleem.

Van de kastjes achter de zetel heeft hij niet eens gesproken; ook de lichten zijn niet geïnstalleerd. Er zijn wel lichtpunten met peertjes en alle stopcontacten en schakelaars werken, maar de spots zelf worden maar geplaatst als het plafond geschilderd is.

Ben ik dus tevreden? Nee. Helaas is er niks aan te veranderen, en zal het eindresultaat wel perfect mijn goesting zijn. Gelukkig maar.

Tweiclub

knitting-gift1

Met pijn in het hart moet ik de tweiclub, die morgen gepland stond, afzeggen. Ik heb net een serieuze keelontsteking achter de rug (eigenlijk nog niet eens achter de rug, maar dat wil ik niet geweten hebben, zo op de laatste lesdagen van het jaar) en ik sta ’s avonds nog te wankelen op mijn benen.

En hoe graag ik ook brei en klets en de twee combineer met een glas en een knabbel erbij: ik zie het gewoon niet zitten.

Dus bij deze: geen tweiclub morgen. Jammer.

Waarom?

Waarom zijn de antibioticapillen die je moet slikken bij een keelontsteking, altijd zo onmogelijk groot?

Je kan zo al met moeite wat water doorslikken, laat staan een pil van meer dan twee cm lang en een halve cm doorsnee.

En wie ooit al met amandels gezeten heeft de grootte van pingpongballetjes, zal me gelijk geven als ik zeg dat je verslikken geen goed idee is op zo’n moment. Laat staan dat dan zo’n mega kutpil in je keel blijft vastzitten tussen die bewuste amandels.

De farmaindustrie kan een beetje usability wel gebruiken, mijn gedacht.

Grmbl.

Slecht.

Donderdagnacht vreselijk liggen woelen in bed, en op een bepaald moment zelfs liggen klappertanden.

Ik vond dat dat eigenlijk al niet veel goeds beloofde.

Edoch, een leerkracht kan zich in de laatste weken voor  de examens eigenlijk niet permitteren ziek te zijn, dus raapte ik mezelf samen gisterenmorgen en schopte mezelf naar school.
Twee uur Zeno, Empedocles, Anaxagoras, Socrates en Plato later zag ik het niet meer zitten. Nog even wat bezigheidstherapie gegeven in de derdes, en naar huis. Om elf uur op school vertrokken, om twintig na lag ik al in bed, gene zever.

Ik heb als een blok geslapen tot vijf uur, en toen voelde ik me ronduit ellendig. Bart zat vast in een vergadering, en ik heb dan maar mijn ma opgetrommeld (de duts was net bij haar ma toegekomen, en toen moest ze alweer weg) om de kinderen op te halen, eten te geven en in hun bed te steken. Zelf kon ik amper nog op mijn benen staan: zware koppijn, keelpijn, oorpijn, spierpijn in gans mijn lijf, het ene moment rillen van de kou en het andere moment straaltjes zweet over mijn voorhoofd, en kotsneigingen. Griep dus, dacht ik.

Deze morgen deed mijn keel exponentieel meer pijn, kon ik nog amper slikken en had ik ook meteen meer dan 39° koorts, dus een dokter was wel op zijn plaats. De Gentse huisartsenwachtpost stuurde me een allercharmantste knappe jonge dokter, die mijn verwaarloosde uiterlijk, zweetgeur en wellicht breath from hell hoffelijk negeerde, een halve seconde in mijn pijnlijke grote muil tuurde, en meteen zijn conclusies trok. Een bijzonder enthousiaste amandelonsteking, in de volksmond ook wel angine genoemd. Hier leek antibiotica meer dan op zijn plaats, en dat schreef hij dan ook fluks voor.
Mijn allerliefste is meteen na het terugkomen van de zwemles naar de apotheker van wacht getrokken, en met een fikse dosis paracetamol ging ook het gevoel elk moment te kunnen doodgaan langzaam weg.

Ik heb zowel vrijdag als vandaag eigenlijk vooral geslapen. Maar best ook, praten was niet aan me besteed. Eten ook niet trouwens. Het enige wat ik eet, is om dan die antibiotica te kunnen slikken. Want ja, ook mijn maagmedicatie is net op, en ik verga dus van de maagpijn. Maar ik ga voorlopig nog niet dat benodigde attest zoeken, dat zie ik nog even niet zitten.

We zien morgen wel weer. Nu nog even niet.

Twee jongens onder het mes

Gisteren zijn zowel Wolf als Kobe geopereerd. Het codewoord van de dag was ‘wachten’, en veel meer dan we gedacht hadden.

Stipt om half acht waren we in de opname, en daar hebben we zo’n twintig minuutjes gewacht. Geen probleem. Boven op de kinderafdeling werden ze allebei onmiddellijk gemeten, gewogen, en mochten we bijna onmiddellijk naar beneden naar de gang van het operatiekwartier. Wolf kreeg een dikke knuffel, en werd binnengereden. Achteraf vertelde men me dat hij zelfs toen nog aan het tateren was, absoluut niet zenuwachtig, en gewoon vrolijk.
Zo kennen we hem wel, ja.

Intussen zaten we met Kobe te wachten, maar die was onmiddellijk na Wolf aan de beurt, dus zo heel lang ging dat niet duren. Dàchten we…
Het werd een half uur, drie kwartier, een uur… En toen kwamen ze zeggen dat er iets mis was met de sterilisatie van één van de machines, en dat het nog wel een twintigtal minuutjes ging duren. Hmm. Daar zit je dan, met een peuter van anderhalf, in een ziekenhuisgang. Gelukkig kwamen ze een bak oude kinderboekjes brengen. Veel bruikbaars voor Kobe zat er niet tussen, maar het was toch beter dan niks.

Intussen kwamen ze melden dat Wolf wakker was op de recovery, en dat we naar hem toe mochten. Bart bleef bij Kobe, ik ging zo’n schortje aandoen, en knuffelde mijn oudste. Alles was in orde, pijn deed het niet, maar hij voelde zich behoorlijk mottig, had zelfs overgegeven.

Dat duurde zo nog een eindje, tot ze, rond kwart na tien, kwamen zeggen dat Wolf naar boven mocht, en dat we misschien dan Kobe (na twee uur in die gang!) mochten meenemen.
Wij opgelucht naar boven, maar we waren nauwelijks vertrokken, of de verpleegster kreeg de boodschap dat Kobe mocht blijven. Oi vé! En jawel, nog een drie kwartier later, om elf uur (TWEE UUR en DRIE KWARTIER in een ziekenhuisgang met een kind van 20 maanden, dat niks te eten heeft gekregen) mocht Kobe eindelijk binnen. Ik was op van de zenuwen en de ergernis, maar mocht dat niet laten blijken omdat Kobe kalm moest blijven. Die heeft geen enkel moment gehuild, gezaagd of geneut, is vooral zichzelf gebleven. Gelukkig was er op het einde van de gang een lifthal die volledig beschilderd was, waar we dus regelmatig naar toe wandelden.

Enfin, Kobe binnen, ik naar boven, Wolf een knuffel gegeven, en ik naar de cafetaria, want ook ik had, net zoals de kinderen, nog niks gegeten of gedronken.

Wolf heeft nog een paar keer overgegeven, één keer zelfs in ware Excorcist-stijl (Bart heeft de rest van de dag mijn tshirt aangehad, want ik had nog een topje aan en zijn kleren waren doorweekt) en voelde zich daarna zienderogen beter.

Kobes operatie duurde lang, en het werd bang afwachten voor ons. Pas rond vier uur kreeg ik het signaal dat ik naar beneden mocht naar de recovery, waar hij lag te zieltogen in zijn bedje, met een infuus aan zijn voetje en een hoop plakkers op zijn lijfje. Operatie was geslaagd: één teelballetje zat netjes op zijn plaats, vastgehouden door een rekkertje dat tegen zijn bil was geplakt (anders trekken de te korte bloedvaten het weer naar omhoog) en het andere was weggehaald, wegens niet volgroeid en ook veel te hoog. Ook zijn plassertje was, net zoals bij Wolf, behandeld voor fimosis, waardoor de voorhuid was opengesneden en losgemaakt van de eikel.
Hij voelde zich ellendig, en huilde zachtjes in mijn armen. Ik heb hem gewiegd en zachtjes in slaap gezongen, en het daaropvolgende anderhalve uur de Flair (die daar lag) gelezen naast zijn bedje.
En toen mocht ook hij naar boven, waar hij passief voor zich uit lag te kijken.

We hadden verwacht dat Wolf rond zes uur naar huis mocht, maar het was, alweer, wachten op de dokter, die pas rond acht uur langskwam. Intussen was ik al gaan vragen naar een paar boterhammen voor Wolf die half uitgehongerd was. Enfin, papa en Wolf naar huis, en ik bij Kobe, die onrustig sliep, en af en toe begon te krijsen wanneer hij een plasje deed in zijn pamper.

Jammer genoeg kwamen dokter en nachtverpleegster en zo altijd op een moment dat hij diep aan het slapen was, zodat hij daarna niet opnieuw in slaap viel. Ik heb uiteindelijk de halve nacht met Kobe op mijn schoot, of languit boven op mij doorgebracht, en in totaal amper een dik uur geslapen.

En om half acht kwamen ze me wakker maken (toen sliepen we allebei net) omdat wij eigenlijk op de grote dagkamer lagen (er waren geen kamers voor moeder+kind meer beschikbaar) en er zes kinderen gingen toekomen. Kobe en ik zijn dan maar verhuisd naar een box: net groot genoeg voor een kinderbed en een stoel, en wat gerief. Niet zo comfortabel als een eigen bed in die grote kamer, maar wel veel rustiger. Niet dat Kobe daar een boodschap aan had: hij was wakker en voelde zich veel en veel beter: hij babbelde, speelde, en krijste occasioneel. Als ontbijt speelde hij drie boterhammen binnen, en ook zijn middageten was meer dan één portie. Ik mocht wel geen moment van hem weggaan, helaas.

Al bij al is alles goed gelukt, en hebben de kinderen minder pijn dan verwacht. Hopelijk blijft het zo…