Ik zat rustig in de klassenraad, zo net na de middagpauze, toen mijn telefoon ging. Een mij onbekend nummer, dus ik nam niet op en verontschuldigde me bij de rest van de klassenraad. En toen belde die opnieuw. En een paar minuten later nog eens. Hmm, dacht ik, die meent het wel keihard, ik ga misschien toch beter eens luisteren wat er scheelt. Terwijl ik de gang oploop, gaat de telefoon opnieuw, maar deze keer het nummer van Mariavreugde, Merels school. En wanneer zij bellen op de sportdag, weet je al hoe laat het is.
Gelukkig bleek het niks ernstigs: ze was bij het skateboarden pal op haar neus gevallen en de kans zat erin dat hij gebroken was. Nee, dat is niet ernstig wanneer ge jongens hebt die rugby hebben gedaan en waarvan er eentje een jaar in het Zeepreventorium heeft gespendeerd. Er was net een ambulance voor een kind van een andere school en dus waren zij en haar juf meegereden naar de spoed van het ziekenhuis aan de overkant van de Watersportbaan, gelukkig ons standaard ziekenhuis. Toen ik daar toekwam, zagen haar ogen nog een beetje rood van het huilen en stond haar neus wat dik, maar dat was eigenlijk alles: zie de foto van de dag.
Na een klein uur kwam een dokter even luisteren, en zonder ook maar iets te bekijken – moeten die niet standaard nakijken op bloedklonters of zo? – schreef hij pijnstilling voor en gaf ons een afspraak voor donderdag bij de ORL (otorhinolaryngoloog, blijkbaar kennen mensen beter de NKO ofte neus- keel- en oorarts). Dat bleek dus dat.
’s Avonds was het dit:
Het is dus gelukkig niet blauw geworden, alleen wat dik en misschien een ietsiepietsie scheef, maar dat kan de zwelling ook zijn.
Geen drama dus.
Oh, en heb ik al gezegd dat het misschien niet zo een goed teken is als ge in de spoedafdeling standaard op de wifi zijt ingelogd? Hmm…