Nooit gedacht dat ik dat nog ging zeggen, maar vandaag was een héérlijk sociale dag!
In de voormiddag hebben Kobe en ik het partytentje opgezet want er kwam volk, maar het mocht niet zijn: in de namiddag is het echt beginnen gieten. Het zag er nochtans dik in orde uit.
Tegen half vier stonden Arend en Mireille hier: die moesten al lang iets komen ophalen en vandaag hebben we er gewoon een gelegenheid van gemaakt. Gelukkig waren ze maar met twee, van dezelfde bubbel, en volgens de huidige maatregelen mochten ze dus ook gewoon binnen, op afstand.
Ik had nog snel taart gebakken – diepvriestaart van de Aveve FTW! – en het deed deugd, eens gewoon in ’t echt, zonder scherm, zitten kletsen met vrienden. Over gewone dingen, niet eens over larp, en gewoon, echt als vrienden. Man, meestal put sociaal contact me uit, maar hiervan voelde ik mijn batterijen gewoon opladen.
Toen ze weg waren, begon het gelukkig wat droger te worden buiten en kon ik alles klaarzetten voor de DnD sessie, ook voor het eerst in bijna een jaar niet via schermen. We wisten dat het frisjes ging zijn, maar met je winterjas aan is het perfect te doen, en vooral: we konden écht spelen.
Al was ook dat weer met een korreltje zout te nemen: voor vrijwel iedereen was het het eerste niet-werkgerelateerde sociaal contact met iemand van buiten de familie of bubbel, en we hebben eerst twee uur gewoon oeverloos zitten tetteren. Héérlijk! We hadden er allemaal duidelijk behoefte aan.
Gelukkig is er wel nog wat gespeeld ook, en tegen half twaalf vond ik het welletjes: ik werd moe, en ik denk dat ook de buren het misschien wel welletjes zouden vinden. Niet dat we zo veel lawaai maakten, maar toch…
Maar ik ben binnengegaan met een grote, grote grijns. Echt. Fantastisch.