Zondag, mooi weer, en dus sommeerde ik ons pa om mee te gaan voor een korte wandeling op Meulestee om er twee geocaches op te pikken.
Omdat de brug nog altijd niet gerepareerd is, parkeerden we op de Wiedauwkaai aan de spoorwegbrug en staken te voet over. We flaneerden langs de nieuw aangelegde kaai en het nieuwe parkje, en ik bewonderde de metalen constructie met platform. Visueel verbindt het ding de twee omgevormde loodsen, en verder is het gewoon wijs, zo’n platform in de hoogte.
Om de 300 meter moesten we halt houden – als het al zoveel was – omdat ons pa compleet buiten adem was. Die lockdown heeft hem geen goed gedaan: hij beweegt amper nog, gaat niet meer wandelen en rookt weer meer, met behoorlijk desastreuze gevolgen, zo bleek. Met enige moeite bereikten we het pleintje aan de Meulesteedsesteenweg waar hij een bankje en ik een cache vond, en voorzichtig gingen we op weg naar het nieuwe parkje. Allez ja, nieuw, ik had het er al eerder hier over hoor.
Ik was er al een paar keer met de fiets gepasseerd, ik had er Wolf al eens naartoe gestuurd met een paar vrienden, maar nu merkte ik pas dat het echt mooi uitgebouwd was. En wat ik de vorige keer niet opgemerkt had – je kan er nochtans niet naast kijken – was de enorme kraan die er staat als erfgoed en die je kan beklimmen. Ik liet ons pa beneden aan een tafeltje achter om uit te zuchten en weer wat kleur te krijgen – ik durf hem nogal pushen – en ging zelf de cache zoeken op de kraan.
Al puffend gingen we langs het water terug naar de auto. Ons pa was oprecht blij dat hij terug was: net geen twee uur over 2.5 kilometer gedaan. Hij moet dus dringend iets aan die conditie doen, want anders is het resultaat dat hij compleet geen evenwicht meer heeft, begint te vallen en uiteindelijk naar een rusthuis moet, en dat proberen we kost wat kost te vermijden.
De koffie met taart smaakte eens zo hard, terug thuis. En ik, ik had een zeer fijne wandeling – beetje traag misschien – met fijn gezelschap en twee geocaches. Dik in orde, zo voor een zondag.