Vannacht had ik eindelijk geslapen zonder pijnstilling, en de pijnstilling die ik eventueel nog krijg, is niet meer via baxter. Da’s al iets.
Na het ontbijt kwam een vriendelijke zorgkundige binnen, en toen ik vroeg of ik eventueel, met ondersteuning, kon douchen, zag ze dat meteen volledig zitten. Ze zette de douche klaar, bleef netjes in de buurt, en waste mijn benen, want bukken gaat uiteraard nog niet. Maar eindelijk had ik wel weer proper haar, en een douche is toch nog iets anders dan een wasbeurt in een bed. Oef.
Ik geef het wel toe: ik was stikkapot daarna, en lag eigenlijk bijna weer te zweten van de inspanning, maar bon, we zijn toch alweer zo ver. Ik heb dan maar meteen ook een losse broek aangetrokken, dat geeft ook al een ander gevoel dan een slaapkleedje.
Kort na de middag kwam dan de dokter nog eens langs. Intussen wisten we al dat zijn vier dochters nog les hadden gekregen van mij, en was hij lang niet meer zo afstandelijk als eerst. Oef. Bleek dat hij vond dat ik het niet slecht deed, en dat ik eigenlijk wel naar huis mocht morgen. Als ik wou, mocht ik gerust ook nog blijven tot maandag, daar had ik alle reden toe, maar aan de andere kant, als ik dacht dat ik thuis uit de voeten ging kunnen, mocht ik wel naar huis, mits de nodige aandacht en pijnstilling. In het weekend ging hij toch niet langskomen: hij was niet van dienst, en ging vrolijk naar zee in dat prachtige weer. Groot gelijk!
Bon, hij was nog niet goed en wel weg, of ik zat te denken: waarom wachten tot morgen? Mag ik dan vandaag niet naar huis? Ik rolde voorzichtig uit bed, en ging met mijn stok tot op de gang. Ik zag hem nog net lopen, en een verpleegster rende nog achter hem aan voor mij. En jawel, als ik het zag zitten, mocht ik zelfs vandaag nog naar huis. Alleen moest de kinesiste nog even met mij wat trappen doen, om zeker te zijn dat dat lukte.
Bart maakte een gaatje in zijn drukke agenda en kwam me halen. Ik geef het toe: het kwartier zitten in de auto deed me geen goed, maar mijn eigen huis met mijn eigen mensen, da’s toch wel beter, ja.
En nu rusten. Geloof me, ik ben zodanig bang van de pijn, dat ik echt niet de intentie heb om me veel te verroeren. Echt niet.