Zo’n zondagen, dat mag wel vaker van mij.
Heerlijk weertje, om te beginnen, en dan nog mijn wederhelft die redelijk fantastisch kookt. Mijn vader was op bezoek, en ook al had ik daar eigenlijk echt geen zin in, hij had speciaal een bus slagroom mee voor bij het zelfgemaakte roomijs, en dus maakte ik maar ijs. Juist ja. En toen kreeg ik een redelijk geniale ingeving: op het einde er cuberdonsiroop door mengen! Er is geen halve milliliter van overgebleven, van dat ijs.
Er werd in zandbakken gespeeld, en er was taart.
En van al het overgebleven eiwit maakte ik dan maar merengue. Dan is dat echt zalig, zo’n KitchenAid, ik kan het u garanderen.
En tegen een uur of zes zijn Wolf en ik de fiets op gegaan, en heeft mijn vader Merel, Kobe en Bart afgezet aan de Vrijdagsmarkt: een avondje Gentse Feesten. Meer bepaald: MiramirO en het vuurwerk. We spraken af aan het rond punt van Sint-Jacobs – waar anders? – en haalden meteen een zak frieten voor iedereen.
We wandelden even door het Baudelopark, keerden op onze stappen terug en liepen langs de Oude Beestenmarkt.
We moesten echter vaststellen dat het nieuwe brugje al afgesloten was wegens het vuurwerk, dus liepen we maar terug langs de RTT, en zo naar het Coyendanspark. We keken naar een zeer bizarre voorstelling van de Kanariteiten die eigenlijk niet veel om het lijf had.
En daarna schoven we door naar het Spaanskasteelplein, en hadden we eigenlijk echt nog goeie plaatsen voor een prachtige voorstelling, woordenloos, van La Mondiale Generale, Braquemard #1. Zelfs Bart leek onder de indruk.
Het plan was om dan een ijsje te halen, en door te schuiven naar nog een volgende voorstelling, van 22.00u tot 22.45u, en dan naar het vuurwerk te gaan om 23.00u. Edoch, we liepen zowat de helft van Gentblogt tegen het lijf, en die wisten ons te verzekeren dat er dan geen deftige plaats meer zou zijn om te staan, en dat we beter al meteen meegingen naar de Voorhoutkaai: zij hadden drank en chips mee. Voor we het goed en wel wisten, stonden we dus heerlijk “receptie” te houden daar aan de kaai, terwijl de kinderen scrabbelden en het langzaam donker werd om ons heen.
En toen was er het vuurwerk, vlak voor onze neus, en ronduit prachtig. Ik heb het in een paar filmpjes proberen vatten, maar eigenlijk doet dat afbreuk aan de ervaring.
Aansluitend – het duurde wel een half uur – namen Bart, Merel en Kobe een taxi terug, terwijl Wolf en ik tot aan de fietsen wandelden, en de cache aan Reke gingen repareren. De plakband en daarmee ook de magneet waren losgekomen. En uiteraard moest er om kwart over twaalf ’s nachts net iemand buitenkomen uit de gebouwen van het sluisbeheer. Die mens had blijkbaar moeten werken tot na het vuurwerk, want de sluis moest kunnen geopend worden voor veiligheidsdiensten. Tsja. We hebben dan maar uitgelegd wat geocaching was, en hij heeft meteen ook de app gedownload ^^
Enfin, door plattebandperikelen en de nodige pokemon waren we pas thuis tegen één uur. Goed bezig!
“Zelfs Bart leek onder de indruk”…zegt dat nu iets over de kwaliteit van de voorstelling of iets over Bart 😀