Het was lang geleden, maar Merel en ik zijn nog eens tijdens de rugbytraining gaan picknicken aan de Blaarmeersen zelf. Het licht was ronduit magisch.
We liepen langs het strandje, genoten van de zon, en gingen zitten op de steiger. En schrokken ons halfdood, toen er plotseling stemmen vanuit het water leken te komen. Jawel, vier duikers. Oef.
En toen kwamen daar twee mannen, die een eind verderop aan het vissen waren, visvoer in het water gooien om de vissen te lokken.
Een ongelofelijk zicht: de meeuwen lusten die brokjes voer ook wel, en kwamen er en masse op af. De brokjes die toch de bodem raakten, werden vakkundig opgevist door waterhoentjes, die op hun beurt brutaal werden overvallen door de meeuwen, die soms met vijf tegelijk op het arme waterhoentje aanvielen, en gewoon het voer uit de bek stalen.
En intussen ging de zon onder, en was ik helemaal zen.
Die Merel-mama-momenten, die zijn gewoon zalig.