Zoals alle leraren heb ook ik ongeveer een uur toezicht per week.
Op dinsdagmiddag sta ik van kwart over een tot kwart voor twee aan de poort achteraan: pasjescontrole, toezicht op de fietsenstalling, en toezicht op de binnentuin van de school, waar vijf en zes mag zitten tijdens de pauzes.
In de winter sta ik echt aan het hek: dan wordt de binnentuin toch niet gebruikt, en zijn er ook weinig die over de middag met de fiets weg gaan. Als het zomert, stel ik me op een strategische plaats, waar ik alle drie de plaatsen in de gaten kan houden.
Omdat een kwartiertje om te eten écht wel weinig is, zeker als je dan nog een leerling hebt met een vraag, moet ik dan soms gewoon buiten eten. Meestal heb ik eten mee van thuis, en vaak is dat dan een schotel die ik enkel met een vork moet eten, zodat ik het al staande kan eten. Vandaag had ik echter gekozen voor de heerlijke koude schotel van de week, met veel rauwe groenten, twee geitenkaasjes met spek en honing, en een broodje. Wat je dus niet al staande kan eten. En dus is een mens al eens creatief.
Gelukkig kwamen er iets later een paar fijne vijfdejaars toe, die ook nog een slaatje bij hadden, en even een tafel en een paar stoelen van onder het afdak haalden, zodat we gewoon rustig konden eten. Zalig in de zon, genietend van het mooie weer, en ondertussen een oogje houdend op de binnentuin, de fietsen, en alle pasjes van de leerlingen die naar binnen wilden.
Ik moet zeggen: er zijn ergere manieren om te werken.
Het doet deugd uw commentaren over je dagelijkse belevenissen op school en thuis ze laten me echt mmeeleven dank gudrun