Daarstraks wipte ik even binnen in de Brico om nog een zakje strooizout te halen.
Groot was mijn verbazing toen ik in de plantenafdeling een dame potten quasi uitgebloeide (en dus onverkoopbare) azalea’s zag weggooien, maar telkens ook een ‘klonk’ hoorde. Bleek dat ze de plantjes gewoon met mooie sierpot en al in de vuilbak gooide. Sorteren tussen groenafval en gewoon afval? Daar deden ze duidelijk niet aan mee. Maar dat ze ook die sierpotten weggooide, dat snapte ik gewoon niet, temeer omdat de Brico een afdeling sierpotten heeft, waar quasi dezelfde potten verkocht worden.
Toen ik de dame in kwestie erop aansprak, reageerde ze verveeld: “Goh madam, de mensen pakken dat gewoon niet mee, zelfs niet voor nen euro!” Toen ik zei dat ik eigenlijk twee van die rode potjes wilde, zei ze: “Nen euro ’t stuk, is da goe? Hierzie, een briefke voor derbij!”
Ze viste twee rode potten van tussen de azalea’s, en ging daarna vrolijk verder met het weggooien van de rest. En geef toe, zo klein of lelijk zijn ze echt niet (kopje ernaast gezet om de grootte te illustreren).
Trouwens, nog zo’n weetje over dit ’tuincentrum’: toen ik ooit eens een werknemer aansprak op het feit dat de aangeboden bonsai’s dringend water nodig hadden, kreeg ik de opmerking: “Maar madam, ge peist toch niet dat wij dat water geven, of wa? Daar hebben wij de tijd niet voor hoor, ze moeten maar op tijd verkocht worden, en de rest smijten we weg.”
Duurzaamheid is duidelijk niet belangrijk voor Brico. En dan hoeft het voor mij ook niet meer.