Het zijn zo van die stille dagen hier. Als ik mijn kot al uitkom, is het om examen af te nemen, of de kinderen af te zetten of op te halen van school.
Verder zijn er verbeteringen. Massa’s verbeteringen. Stapels examens die hier van de ene doos naar de andere verhuizen, de ene doos net wat roder dan de andere.
Ik probeer zo objectief mogelijk te zijn, en dezelfde maatstaf voor al mijn leerlingen te hanteren. Daarom heb ik ook modeloplossingen: dan zit het perfect in mijn hoofd welk woord ik waar moet zien staan, en ga ik voorbij aan grappige opmerkingen of goedbedoelde flaters. Want ik weet het maar al te goed: ze hebben er uren in gestoken, in dat examen van me. En voor sommigen wordt het ook beslissend: van mijn examen hangt hun studiekeuze af, of soms zelfs hun jaar.
En dus probeer ik abstractie te maken van de persoon, en puur het papier te zien. Met het gekriebel, de kromme zinnen, de rake opmerkingen en gevatte antwoorden.
Zoals ik wel vaker zeg: ik geef geen punten, dat doen zij zelf; ik stel ze alleen vast.