Hamsters, dat doet niets liever dan rondcrossen in een rad, en heeft verder weinig nodig. Een huisje om in te slapen, een bodempje stro, en dat is het.
Gerbils, dat is wat anders. Dat zijn graafbeesten, en die doen niks liever dan tunnels graven in het materiaal dat je hen geeft. We hadden ze eerst in de hamsterbak gestoken, maar daar kan amper vijf centimeter stro/houtsnippers/wat-het-ook-is in, en ze probeerden voortdurend te graven en gooiden al het materiaal uit de kooi. De hele keuken lag vol, geen goed idee dus. Gisteren ben ik dus glas gaan kopen, en vandaag heb ik de bak samengelijmd.
Het was de bedoeling dat het ijzeren traliewerk van de hamsterkooi er bovenop zou passen, maar helaas, een millimeter verschil zorgt ervoor dat het een beetje scheef staat. Nu ja, het is bruikbaar: de hele bak is gevuld met strooisel, en aan de kooi hangt het etensbakje, het water en een leksteentje. En de doorgang naar de bak met het looprad, die ze blijkbaar gebruiken als plashoek. Handig: ze hoef ik niet vaak de hoofdbak te verversen, alleen geregeld die aparte bak te kuisen.
Het zijn in elk geval wijzere beesten dan die hamsters, gewoon omdat het geen nachtdieren zijn en dus overdag te observeren vallen. Ik ga ze proberen handtam te krijgen 🙂