Daarstraks, in de auto. Kobe (2,5) zit in zijn kinderstoel naast mij.
– Zeg mama, ik moet wel gaan werken he!
– Oh? Moet jij werken? Waar moet jij dan werken?
– Op school he mama. (Hij gaat al een volle vijf dagen naar school, mind you).
– Ah, en wat moet jij dan doen van werk op school?
– (Ernstig gezicht) Koekjes eten.
– Ah. En moet jij nog dingen doen?
– Ja, trainen (spreek uit: treenen).
– Oh? En waarvoor moet jij dan trainen, Kobe?
– Ik moet trainen voor de boterhammetjes! (Ik proest het net niet uit.)
– Ach zo. En moet jij nog iets doen van werk?
– Nee hoor mama, da’s alles. Da’s genoeg. Da’s al veel hoor!
En gij nu :-p
grappig
En waar precies kunnen we tekenen voor zo’n contract?